‘Verbod zal werkgelegenheid niet aantasten’

In Antwerpen produceert Monsanto Europe jaarlijks 300.000 ton chemicaliën. Het gaat vooral om glyfosaat onder de merknaam RoundUp. Midden mei spreekt de Europese Commissie zich uit over een nieuwe vergunning voor het herbicide. Mocht het tot een verbod voor particulieren komen, heeft dat volgens sitemanager Frank Lingier geen invloed op de werkgelegenheid in ons land.

Dit jaar viert Monsanto Europe in de Antwerpse haven zijn vijftigste verjaardag. Het bedrijf biedt er werk aan 750 mensen, plus nog eens 50 in het kantoor in Brussel. De totale opbrengst van Monsanto Europe voor het boekjaar 2014-2015 bedroeg 228 miljoen euro, waarop het een resultaat behaalde van 5,4 miljoen euro. Wereldwijd boekte het Amerikaanse bedrijf, met hoofdkwartier in de staat Missouri, met 23.000 werknemers een omzet van 15 miljard euro.

De hoofdactiviteit in Antwerpen is de productie van glyfosaat voor de Europese markt. Maar Monsanto verkoopt ook zaden die meestal bestand zijn tegen het herbicide. De jongste jaren legt het zich ook toe op nieuwe landbouwtechnologie. Het adviseert boeren, aan de hand van gegevens van satellieten of drones, over hoeveel en waar ze moeten zaaien, bemesten of irrigeren.

“Onze grootste afnemers zijn landbouwers in grote Europese landen als Frankrijk, Duitsland, het Verenigd Koninkrijk en de jongste jaren Rusland en Oekraïne”, zegt Frank Lingier. De belangrijkste concurrentie voor het bedrijf komt uit China, dat zich sinds enkele jaren ook toelegt op de productie van onder meer glyfosaat.

“In 2009-2010 kwamen de Chinezen voor het eerst naar Europa. Sindsdien is er een prijzenoorlog, die de marges drukt en ons verplicht continu naar onze kosten te kijken”, aldus Lingier. Jaarlijks investeert Monsanto Europe 30 miljoen euro in procesoptimalisatie en capaciteitsuitbreiding.

Het bedrijf stootte in de jaren negentig een deel van zijn chemische activiteiten af. Vandaag leent het enkele chemische installaties op de Antwerpse site aan andere bedrijven. “Dat zijn vlotte operaties met stabiele volumes”, zegt Frank Lingier. “Hierbij staat veiligheid voor het personeel en de omgeving bovenaan op het prioriteitenlijstje.”

Nieuwe erkenning

Monsanto werkt hard aan zijn reputatie. Voor verschillende milieuorganisaties is het bedrijf publieke vijand nummer één. Frank Lingier verwijst naar de investeringen in duurzaamheid en het European Water Stewardship-label (EWS) dat het vorig jaar kreeg voor zijn inspanningen in integraal waterbeleid.

In het Europees Parlement werd de voorbije weken stevig gedebatteerd over de verlenging van de vergunning van glyfosaat, die in juli afloopt. Op basis van een gunstig advies van de Europese Autoriteit voor Voedselveiligheid (EFSA) zou de Europese Commissie een nieuwe erkenning van tien jaar uitreiken.

Maar het Internationaal Agentschap voor Kankeronderzoek, dat deel uitmaakt van de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO), bestempelde glyfosaat als “waarschijnlijk kankerverwekkend”. Daarop keurde het parlement een resolutie goed die onder meer een verbod aanraadt voor niet-professioneel gebruik. De Britse stad Bristol verving glyfosaat al door azijn voor de onkruidbestrijding.

“De stemming in het parlement was niet bindend”, reageert Frank Lingier. “We vertrouwen erop dat de Commissie de erkenning bevestigt.” Zelfs als er een ban komt op niet-professioneel gebruik, zal dat volgens de manager geen impact hebben op de werkgelegenheid in Antwerpen, omdat de landbouwers toch veruit de belangrijkste klanten zijn.

Simon Van Dorpe