Veilige haven voor cash en effecten

Nee, het is niet al kommer en kwel in de financiële sector. En ja, er zijn nog banken die geloven in de troeven van België. Een van die instellingen is The Bank of New York Mellon, wellicht de grootste financiële backoffice ter wereld.

The Bank of New York Mellon is een naam als een klok bij bankiers, verzekeraars, beleggings-, hefboom- en pensioenfondsen, maar vrijwel onbekend bij Jan met de Pet. Nochtans heeft BNY Mellon een belangrijke vestiging in Brussel, waar 780 personeelsleden werken. Drie jaar geleden waren het er nog meer dan duizend, maar toen besliste de groep een aantal activiteiten te verhuizen naar landen met lagere lonen, onder meer India. “Voor de eenvoudige jobs is dit land duur geworden”, zegt CEO Paul Bodart. “Ofwel vang je dat op door automatisering, ofwel door een gedeeltelijke verhuis.”

Voor financiële jobs met een hoge toegevoegde waarde blijft België een zeer goede vestigingsplaats, vindt Bodart. “De high-endjobs blijven hier. In België vinden we gemakkelijk toptalent. Als we in Londen, Parijs of Frankfurt mensen met dit profiel moeten aantrekken, zou het ons – wegens de concurrentie met de grote zakenbanken – veel meer kosten.”

De meertaligheid van de Belgen en de aanwezigheid van de Europese instellingen (waardoor er veel nationaliteiten in Brussel aanwezig zijn) spelen in het voordeel van ons land, aldus Bodart. Er werken bij BNY Mellon in Brussel 47 nationaliteiten, goed voor 27 talen. “En het onderwijs in België is top: mensen worden opgeleid en getraind om problemen op te lossen. Daarom vind je hier bedrijven als Clear2Pay, Callataÿ & Wouters, Swift, Mastercard en Euroclear”.

Het settlementhuis Euroclear besliste niettemin een nieuwe vestiging te openen in Polen, omdat de onderneming moeite heeft om in België de juiste mensen te vinden. Dat probleem heeft BNY Mellon niet, zegt Bodart: “Bij ons werken veel minder IT-mensen dan bij Euroclear. Wij zijn niet specifiek op zoek naar informatici of ingenieurs. Elk universitair diploma komt in aanmerking. Een geoloog of archeoloog kan even goed complexe financiële problemen oplossen.”

Gigantische cijfers

“Een mooi voorbeeld van zo’n complexe operatie was de recente schuldherschikking van Griekenland”, zegt Annik Bosschaerts, managing director Broker Dealer Services. “Een team van twintig mensen is hier toen dag en nacht in de weer geweest om de conversie van elke obligatielijn van elke klant uit te rekenen en uit te voeren.”

BNY Mellon is actief in assetmanagement (fondsenbeheer), maar voornamelijk in investment services. Deze activiteit omvat alles van het bewaren van effecten, over het waarderen en beheren van die effecten (inclusief alle reglementaire verplichtingen), tot het managen van onderpand. Het cliënteel varieert van banken, brokers en verzekeraars tot vermogensbeheerders, hedge funds, sicavs en pensioenfondsen. Ook ondernemingen kunnen klant zijn, bijvoorbeeld als ze obligaties willen uitgeven.

De activiteitcijfers zijn gigantisch groot: de bank heeft meer dan 1200 miljard dollar activa onder beheer, de effecten die ze bewaart voor haar klanten lopen op tot 25.800 miljard dollar en dagelijks verwerkt ze 1500 miljard dollar aan betalingen en transacties. Twee derde van de activiteiten situeert zich in de VS. Maar de groei wordt vooral in Azië en Europa gerealiseerd.

De Amerikaanse beursgenoteerde instelling kwam in het midden van de jaren negentig in België terecht toen ze de effectenbewaardivisie van de zakenbank JP Morgan in Brussel overnam (toen goed voor circa 230 werknemers). Sindsdien is ons land uitgegroeid tot een belangrijke hub in het Europese netwerk. In die mate dat de groep in 2009 besliste van haar Belgische filiaal een echte bank te maken, en de andere banken van BNY Mellon in Europa in de Belgische te integreren. Dat proces is in uitvoering.

Jean-Christophe Mathonet (CFO van BNY Mellon): “Er is zo veel regulatoire druk op de banken, dat het ons zinvol leek om met één instelling in Europa te werken. Op die manier kunnen we de kapitaal- en liquiditeitsverplichtingen concentreren op één plaats. De Belgische bank heeft tien keer zoveel kapitaal als al onze andere banken in Europa tezamen. Tezelfdertijd biedt dit ons de mogelijkheid om de klanten in hun expansie te volgen en onze activiteiten uit te breiden.”

Blootstelling

Het businessmodel van BNY Mellon is gestoeld op vergoedingen die de 20.000 klanten betalen voor de dienstverlening. 80 procent van de groepsinkomsten komt uit fees, de nettorentemarge vertegenwoordigt slechts een vijfde van de inkomsten. Met een bankencrisis die nu al drie jaar aansleept, was dit een reden voor het ratingbureau Moody’s om te waarschuwen voor de grote blootstelling van BNY Mellon aan de financiële sector (zie kader Waarom Moody’s de rating verlaagde).

Tom Casteleyn (managing director Global Client Management Benelux/France) nuanceert. “Onze exposure situeert zich in de omzet. Het gros van onze klanten zijn nu eenmaal financiële instellingen, en onze business bestaat erin hun diensten te verlenen. Maar in kredietrisico’s is onze blootstelling heel beperkt. We zijn maar beperkt actief op de interbankenmarkt, en zijn zeker geen grote kredietverschaffer aan de financiële sector.”

Maar kan de bank in moeilijke tijden haar fees wel doordrukken? “De banken kunnen in elk geval hun verliezen niet doorschuiven naar ons”, antwoordt CFO Jean-Christophe Mathonet. “Als ze verlies lijden, is dat omdat ze belegden in verkeerde activa. Het enige wat wij doen, is die activa bewaren. Maar de crisis heeft wel invloed op de fees in die zin dat deze mede bepaald worden door de waarde van de portfolio. Als een crisis op de financiële markten te lang aansleept, kunnen onze fee-inkomsten terugvallen. Maar bij een normale cyclus wordt dit gecompenseerd door de toename aan volatiliteit, waardoor er meer handel is en de inkomsten uit transacties en settlement stijgen.”

Veilige haven

De financiële en bankencrisis heeft er bovendien voor gezorgd dat BNY Mellon uitgroeide tot een ‘veilige haven’. CEO Paul Bodart: “Wij hebben een heel eigen profiel. Als er turbulentie op de markt is, en de interbankenmarkt droogt op zoals het voorbije jaar, deponeren anderen hun cash bij ons. Onze balans evolueert anticyclisch. In enkele maanden tijd is ze fors gegroeid: van 250 naar 350 miljard dollar. Een crisis op de financiële markten betekent dat heel wat financiële instellingen activa verkopen en hun cash op een veilige plaats deponeren. Vaak is dat bij BNY Mellon, omdat wij hoge kapitaalratio’s en ratings bezitten. ( lacht) En wij zetten dat geld op onze beurt bij de ECB, de Fed of de Bundesbank.”

“Een investeringsfonds kan niet zelf geld bij de centrale banken plaatsen. Dat doen wij in hun plaats”, vult CFO Jean-Christophe Mathonet aan. “Veiligheid en zekerheid zijn heilig voor ons. Wij zijn zeer risicoavers. Daarom schuiven we het geld door naar de centrale banken of investeren we in overheidsobligaties.”

“Aan de activakant zie je hetzelfde”, zegt Annick Bosschaerts. “Bepaalde fondsen zien hun effecten liever bij ons staan dan bij een zakenbank of een broker. Toen Lehman viel, konden bepaalde hedge funds niet aan hun activa. Dat willen ze niet opnieuw meemaken. Als gevolg daarvan vloeit er dus zowel cash als effecten in onze richting.”

En dat is meteen ook een uitdaging voor de bank, beseft Mathonet: “Te veel liquiditeiten op de balans lijkt een luxeprobleem, maar het is best wel een uitdaging. Je moet ervoor zorgen dat je balans groeit zonder dat je kapitaalratio’s in het gedrang komen en dat je rendement haalt op die berg cash zonder dat je risicoprofiel verandert.”

BNY Mellon blijft heel voorzichtig investeren, in bijvoorbeeld Amerikaanse schatkistcertificaten of stabiele Europese landen, zegt Mathonet. “We hebben ook heel veel cash uitstaan bij de Bundesbank. Door de aard van onze business zijn we verplicht heel veel op korte termijn te beleggen. Wij moeten op elk moment uitermate liquide zijn. Onze klanten kunnen immers elke dag schuiven met geld en effecten.”

Gezond verstand is terug

De financiële crisis lijkt de klanten van BNY Mellon meer getroffen te hebben dan de bank zelf. Maar volgens CEO Paul Bodart gaat het sinds kort overal weer de goede richting uit: “De bankensector beleeft ontegensprekelijk de zwaarste crisis sinds de jaren dertig. De goedkope financieringsacties van de ECB hebben gelukkig de markten gestabiliseerd. Overal worden er regulerende maatregelen genomen die de sector aan banden leggen. Op termijn zal deze aanpak vruchten afwerpen. Het vertrouwen zal terugkomen, ook tussen de banken. Maar het zal langzaam gaan. Het vertrouwen herstellen vergt veel meer tijd dan het vernietigen ervan.”

Tom Casteleyn: “Volgens mij is het ergste achter de rug, wat niet betekent dat de crisis helemaal achter ons ligt. Integendeel, ik verwacht nog ernstige opflakkeringen. We zien nu al dat Spaans en Italiaans overheidspapier opnieuw onder vuur ligt. Maar de fundamentals zijn beter: de bankensector kent geen ongezonde groei of ontwikkelt geen heel complexe producten meer. Het gezond verstand is terug. Ook de toezichthouders hebben hun les geleerd. De ongezonde creativiteit van de banken is beteugeld en de bescherming van de investeerders verbeterd.”

Maar misschien zijn er naast de hogere kapitaalratio’s en de betere bescherming van beleggers nog maatregelen nodig? In de Angelsaksische wereld maakt men werk van het scheiden van retail- en zakenbanken. “Daar zit een logica in”, meent Bodart. “De overheid zou niet moeten optreden als de lender of last resort van de financiële sector. Daarom is het belangrijk dat de kritische activiteiten van een retailbank (het spaargeld en de kredieten aan bedrijven) geïsoleerd worden van de risicovolle activiteiten. Maar niet iedereen in Europa denkt er zo over. In continentaal Europa verdedigen nogal wat mensen het model van de universele bank, die een beetje van alles doet, waardoor de risico’s beter gespreid zouden zijn. Ik weet niet of dat steek houdt. Hoe zorg je ervoor dat in de toekomst zakelijke investeringen niet opnieuw een bedreiging vormen voor het spaargeld?”

PATRICK CLAERHOUT, FOTOGRAFIE CHRISTOPHE KETELS /IG

“Als er turbulentie op de markt is, en de interbankenmarkt droogt op zoals het voorbije jaar, deponeren anderen hun cash bij ons”

(Paul Bodart)

“Bepaalde fondsen zien hun effecten liever bij ons staan dan bij een zakenbank of een broker”

Annick Bosschaerts

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content