Uit houtafval gesneden

Eén operationele installatie. Meer had 4Energy Invest niet nodig om te beslissen vorig jaar naar de beurs te trekken. “Wij te klein? Wij creëren echt wel aandeelhouderswaarde. België is nu al te klein voor ons.”

Jeans, hemdje, geen das, laptop en een hippe rugzak bij de hand: Yves Crits (47), topman van 4Energy Invest, mag dan misschien de CEO van een beursgenoteerd bedrijf zijn, hij is nog meer een exponent van de nieuwe economie die duurzaamheid hoog in het vaandel voert. “Op milieuvlak beperken veel kmo’s zich graag tot het minimum. Terwijl wij ons afvragen: wat kunnen we doen om een zo hoog mogelijke standaard te bereiken?”

Het operationele hart van het bedrijf bevindt zich op een heuvel in het Waalse plaatsje Amel. Middenin de groene bossen die doorkruist worden door de Amblève huisvest de bedrijvenzone Kaiserbaracke vooral houtbedrijven. 4Energy Invest haalt hun houtafval op, verhakselt dat tot biomassa van maximaal 15 centimeter lang, en verbrandt die. Dat levert elektriciteit op, waarvoor het bedrijf groenestroomcertificaten ontvangt, terwijl het de energie via een langetermijncontract doorverkoopt aan SPE. Tweede product: warmte, die door de biomassa-leveranciers wordt gebruikt om hun hout te drogen. “Tot 1830 was hout wereldwijd eigenlijk de enige energiebron, op wat windmolens na. Die tijd is voorbij, maar dat er een revival komt, is zeker.”

Met die basisovertuiging besloten Crits en zijn twee mede-intiatiefnemers om een idee dat ze sinds juli 2004 als hobby uitwerkten, tot een bedrijf om te toveren. “We zijn nogal complementair”, oordeelt Crits, die twintig jaar ervaring heeft bij Tractebel, Nuon, SPE, Turbowinds en Mesa. “Ik ben burgerlijk ingenieur, dus ik weet wanneer iemand technische onzin uitkraamt, en ook handelsingenieur, wat van pas komt bij het opstellen van contracten.” financieel directeur Nico Terry was dan weer actief in de financiële cel bij Tractebel, Dynegy en Nuon, terwijl operationeel directeur Guido Schockaert uit de technische wereld van het afval komt, als projectmanager bij Indaver, Dalkia en Nuon. “Grotendeels doen we nog hetzelfde werk, alleen op een ander niveau. Want groepen als Tractebel zien er aan de buitenkant misschien uit als een supermarkt, maar in essentie is het ook vooral een verzameling kruidenierswinkeltjes, waar de ondernemersgeest leeft.”

KBC Private Equity wilde dan weer niet investeren in één project, maar wel in een platform dat ruimere ambities koesterde. 4Energy Invest werd opgericht met een duidelijke visie: kleine tot middelgrote biomassaprojecten ontwikkelen en beheren. Amel was het bewijs dat ze in staat waren een project in realiteit om te zetten. “Het gevolg was dat we zowat twintig projecten kregen voorgesteld, waarvan we er twee binnen twee tot drie jaar operationeel willen krijgen: Ham bij Tessenderlo, en Pontrilas in Wales.”

Het netwerk van de initiatiefnemers reflecteert zich ook in een raad van bestuur die naast de drie initiatiefnemers en Filip Lesaffer namens KBC, ook drie onafhankelijke zwaargewichten telt: ex-Tractebel-topman Daniël Deroux, Henri Meyers, voormalig vicepresident bij Suez Energy International en voormalige Generale Bank-topman Ferdinand Chaffart.

Keerzijde van de beursgang

Sinds het midden van vorig jaar noteert 4Energy Invest, dat in november vier kaarsjes uitblaast, op Euronext. Samen met vastgoedbevak Immo Moury was het bedrijf in 2008 de enige geslaagde introductie op de Brusselse beurs. Al is de beursgang geen onverdeeld succes. De beurskoers halveerde van 6,25 euro bij de opening naar amper drie begin dit jaar. Intussen staat het terug op zowat vijf euro. “Een verlies van twintig procent is niet prettig, maar als je vergelijkt met andere bedrijven uit de sector, dan denk ik dat we minder zijn gedaald dan anderen. Het is een algemene vertrouwenscrisis: iedereen deelt in de brokken”, relativeert Crits. “Hoe we erop reageren? We spreken onze kredietlijnen niet aan, maar gebruiken onze cash voor de financiering van onze investeringen. Als we het geld zouden beleggen, levert het niets op.”

Analist Alexandre Weinberg van beurshuis Petercam, naast KBC Securities de enige die het aandeel opvolgt, verlaagde dit voorjaar zijn rating van ‘houden’ naar ‘afbouwen’. Hij somt daarvoor drie redenen op: “De elektriciteitsprijs is redelijk laag, de klanten die de warmte afnemen, hebben een lagere prijs bedongen, en momenteel blijven de andere projecten wachten op financiering. 4Energy Invest hanteert een verhouding 25 procent eigen middelen en 75 procent externe financiering, maar mogelijk moet het bedrijf de eigen inbreng verhogen. Wat betekent dat ze mogelijk meer geld nodig hebben.”

Ook de vorige week gepubliceerde halfjaarcijfers zullen de beleggers wellicht niet opvrolijken. Een nettoverlies van 354.000 euro, tegenover een winst van 628.000 euro in dezelfde periode vorig jaar. Ook de omzet ging licht achteruit, van 4,53 miljoen naar 4,4 miljoen euro. Al brengt Crits de nodige nuances aan. “We produceerden een kwart meer stroom, maar de elektriciteitsprijs schommelt van 30 tot 35 euro per kilowattuur. Dat is erg laag, gemiddeld 40 procent minder dan in dezelfde periode vorig jaar. Volgens mij zitten we nu op de bodem. Naar mijn gevoel is 50 tot 60 euro een normale marktprijs. Een kwart van onze inkomsten komt uit de verkoop van elektriciteit. Als die prijs met een derde terugvalt, scheelt dat 16 procent omzet, en die inkomsten gaan rechtstreeks van onze bottomline af. Maar we verwachten dat de lichte prijsstijging zich in juni doorzet, en rekenen erop om nog eens 13 procent meer elektriciteit te kunnen produceren.”

Groeien kost geld

Bovendien betekent groeien ook kosten maken. Net voor de beursgang, in mei, werd een tweede centrale – Amel II – in dienst genomen, die door verbeterde productietechnieken vijf procent meer elektriciteit levert. Gevolg: tegenover één maand staan nu zes maanden afschrijvingen. Dit voorjaar werd het onderhoudscontract met een externe firma, Wartsila Nederland, beëindigd omdat de twee centrales onvoorzien uitvielen. Dat betekent een investering in personeel, dat enkele maanden dubbel moest lopen met de externe ploeg. “Ach, in het begin hebben we zelf nog met zakken houtschors liggen sleuren. Dankzij de crisis is het nu makkelijker om mensen te vinden.”

De beursnotering is evenmin gratis: 300.000 tot 400.000 euro per jaar aan extra werknemers – er zijn er nu 25 – en hogere vergoedingen voor de raad van bestuur. Er werden voor 200.000 euro warrants uitgegeven, die weliswaar geen ‘cash-out’ betekenen, maar boekhoudkundig wel een negatieve impact hebben. Was het wel zo’n goed idee om niet alleen naar de beurs te trekken, maar ook driemaandelijks te willen rapporteren? Crits: “We zaten op een kruispunt: we hadden geld nodig voor nieuwe projecten, maar een nieuwe kapitaalronde bij durfkapitalisten vonden we te veel een tussenoplossing. Onze filosofie is zo transparant mogelijk te werken. Dus rapporteren we ook trimestrieel. Ach, de crisis bezorgt ons een probleem met de bottomline, maar niet met de cashflow.”

Wat niet betekent dat 4Energy Invest rustig wacht tot de economie weer aantrekt alvorens nieuwe activiteiten te ontplooien. In Amel wordt druk gebouwd aan een loods voor de opslag en aanvoer van hout, en een lopende band om biomassa volautomatisch in de cogeneratie-oven te transporteren. Het meest wordt echter verwacht van de torrefactiecentrale, een investering van 13,3 miljoen euro. Daar zal biomassa worden gebruikt om gedroogde houtpellets en green coal te vervaardigen. Dat zijn kleine zwarte bolletjes, die steenkool kunnen vervangen in elektriciteitscentrales, maar ook dienen als brandstof voor de barbecue. “Een wereldprimeur: doorgaans produceert zo’n centrale zowat 2000 ton per jaar. De onze is goed voor 40.000 ton per jaar. Bovendien is de productie al verkocht aan energiebedrijven en verdelers van barbecues.” Met als extra voordeel dat de warmte van de cogeneratie-eenheid ook hier wordt aangewend. Eind dit jaar moet de centrale operationeel zijn. “Hoe eerder, hoe liever, want het heeft een rechtstreekse impact op onze cijfers.”

Ook hoopt het bedrijf dit najaar de financiering rond te krijgen van haar plannen in Ham. Daar zal, op een terrein vlakbij Tessenderlo Chemie, nog een 10 megawatt groot cogeneratie- en torrefactieproject verrijzen. Indien alles vlot loopt, moet dat operationeel zijn halverwege 2011, en op iets langere termijn verrijzen er op hetzelfde terrein drie biogasinstallaties (van telkens 4 megawatt). “Het is een project van 40 miljoen euro, maar de strengheid van de contracten en het niveau van de garanties is dezelfde als bij een project van 500 miljoen euro. Een jaar geleden zouden de banken hebben gevochten om het project alleen te kunnen doen, nu onderhandelen we met een consortium van drie financiële instellingen.”

Drie, vier maanden na Ham wil Crits ook zijn eerste stappen in het buitenland doen. Bij een houtbedrijf in het Welshe stadje Pontrilas wordt ook een cogeneratie-eenheid van 10 megawatt gebouwd. “Alle vergunningen zijn binnen sinds eind juni. Onze partner daar zocht niet de ontwikkelaar die de hoogste cashflow kon bieden, maar degene die de grootste zekerheid bood dat het project er daadwerkelijk zou komen. Bang van het buitenland zijn we niet; we hebben allemaal internationale ervaring, ik kén de mensen van Goldman Sachs, Merrill Lynch en andere zakenbanken, ik weet hoe ze werken.”

Al uit de beginfase, maar nog in het proces van vergunningsaanvragen zijn de projecten in het Duitse Reisbach, in de buurt van Saarbrücken, waar een gecombineerde cogeneratie- en bio-coal-installatie wordt gepland; en Flanders Biogas, waaronder drie biogas- en biocoalinstallaties zullen vallen.

“Wij willen kleine tot middelgrote installaties, 10 tot 13 megawatt. In het Verenigd Koninkrijk bouwen sommigen aan centrales van 100 megawatt en groter op basis van biomassa. Maar dan wordt het transport zo belangrijk dat er ecologisch weinig winst overblijft. In Wallonië heb je nog twee concurrenten: Erda in Bertrix en IBV in Vielsalm. Hoewel, eigenlijk hebben we elk ons deel van het bosgebied. Daarmee is de regio eigenlijk grotendeels afgedekt. Overnames? Ik sluit dat niet uit, al ligt er momenteel geen concreet dossier op tafel. Er is nog voldoende plaats op de ecologische markt: we kijken ook naar Frankrijk en Italië, maar het totale plaatje moet kloppen.”

Electriciteit produceren is niet zo moeilijk, doceert Crits. “Elektriciteit produceren in een marktsituatie is minder evident. Want in tegenstelling tot andere markten moet er steeds een evenwicht zijn, omdat je elektriciteit niet kan opslaan. Door de lage elektriciteitsprijs gebeuren er momenteel nauwelijks investeringen, waardoor het aanbod wanneer de economie weer aantrekt zeker kleiner zal zijn dan de vraag. Misschien gaan we dan naar marktprijzen van 130 of 150 euro per megawatt.”

Door Luc Huysmans/Foto Thomas De Boever

“Er is nog voldoende plaats op de ecologische markt”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content