UIT DE GEVANGENIS

Voor de 35.622 Belgische hoogspanningsklanten openen geleidelijk de deuren van de gevangenis. De 4 miljoen laagspanningsklanten zijn nog tien jaar veroordeeld tot het betalen van hoge elektriciteitsprijzen aan de nationale monopolist, Electrabel. Electrabel heeft de distributiebedrijven – de intercommunales – voor de allerlaatste maal zo kunnen vlijen dat de deuren van de nor voor de gezinnen gesloten blijven tot in 2011.

Electrabel en haar moeder Tractebel leven samen in perfecte schizofrenie. Beide bedrijven hebben tien jaar in tegengestelde richting gekeken. Tractebel zette zich van het begin van de jaren negentig blijmoedig in voor internationalisering en expansie op soms bizarre en verre markten waar het loven en bieden en het negotiëren over de beste marktvoorwaarden tot contracten leidde. In België bleven het lobbyen in de Wetstraat en het flirten met de lokale politici de enige marketing van de national champion. Wie elektriciteit wilde, had slechts één adres en één prijs. Alles wat de Europese elektriciteitsliberalisering kon tegenhouden, werd uitgetest. Bij conservatieve politici als de PS’ers werd succesvol om steun gebedeld.

Pas recentelijk is Electrabel de weg ingeslagen van Tractebel. De cultuurschok is echter onvolkomen. Electrabel moet de bedrijven onder Europese druk een grotere vrijheid gunnen, de gezinnen heeft zij nog tien jaar kunnen binden. Het leerproces dat Tractebel transformeerde tot een wendbare, internationalistische onderneming is bij Electrabel slechts halfslachtig ingezet. De organisatie leeft nog een decennium verder als ministerie van de Elektriciteit. Van de Belgische gezinnen wordt nog een decennium de vrijheid afgepakt die ze hebben leren smaken door de liberalisering van de telecommunicatie en haar groter aanbod, sterkere klantvriendelijkheid en lagere prijzen.

De maartse buien zijn guurder dan andere jaren voor Tractebel en haar energiedochters. Philippe Bodson is halverwege deze maand geliquideerd onder Parijse druk. De nieuwe bazen trekken hun gezicht in een pokerplooi. Maar einde maart valt de beslissing bij BASF, koper van 3% van de Belgische stroom, of de chemiereus in Antwerpen trouw blijft aan Electrabel of het Duitse RWE verkiest. Wat er van de onderhandelingen tot nu toe is doorgesijpeld, wijst erop dat de prijzen van RWE aantrekkelijker zijn dan die van Electrabel. Als de Belgische onderneming het toch haalt, kan dit alleen met een uitgeklede prijs en een lachwekkende winstmarge. Dat staat symbool voor een veel moeilijker toekomst waarop het bedrijf zich onvoldoende pro-actief heeft voorbereid.

Niet de hinderpalen onderweg, maar de voordelen van de liberalisering zijn echter het ware verhaal van de Europese elektriciteitsindustrie. Een doorzichtiger prijsvorming en een eenheidsmarkt voor elektriciteit zullen de tarieven doen krimpen. De investeringen in schonere, meer doelmatige centrales groeien. Vandaag is de elektriciteitsbranche een zware industrie. Overmorgen vervangen plaatselijke micro-generatoren de grote krachtcentrales en de nationale netwerken met hoge masten en dikke kabels. Door technologische doorbraken zijn de huidige gascentrales goedkoper, geluidsarmer en doelmatiger. Hun efficiëntie ligt tweemaal hoger dan een kwarteeuw geleden. De micro’s genereren afvalwarmte en warm water die door hun nabijheid bij de klant zijn huis kunnen klimatiseren. Waarnemers voorspellen dat over tien jaar de gedecentraliseerde kleine krachtcentrales tot 30% à 40% van de elektriciteit zullen produceren en voor de distributie geen beroep meer hoeven te doen op de klassieke transmissienetten.

De belangrijke test voor de liberalisering is de third party access: het doorlaten tegen een tolgeld van stroom van een concurrerende leverancier op het eigen net of op het nationale net. De Amerikaanse independent power producerEnron tekende al verkoopcontracten in Duitsland, maar krijgt niet overal vrije doorgang.

Een aantal Europese landen liberaliseerde vroeger dan 19 februari: bijvoorbeeld Groot-Brittannië. De tarieven van industriële elektriciteit in Groot-Brittannië daalden tussen 1985 en 1999 van index 120 naar index 80, die van de tarieven voor de kleinverbruikers van index 110 naar index 90. Grensoverschrijdende fusies en overnames zullen de liberalisering en de efficiëntie van het Europese elektriciteitssysteem verhogen. In de vroege jaren negentig investeerden Amerikaanse elektriciteitsproducenten in Groot-Brittannië om ervaring op te doen in een geliberaliseerde markt. Vandaag is de situatie omgekeerd en kopen Britse elektriciens Amerikaanse producenten. Dit is het klassieke verhaal van scope and scale. De Europese grensoverschrijdende overnames zijn klein in aantal, maar dat zal niet zo blijven: EDF kocht London Electricity en het Finse IVO verwierf Stockholm Energi. Markten voor futures in energieproducten ontstaan. Nord Pool verhandelt elektriciteit in Scandinavië en kan stroom aanbieden aan de Belgische grens tegen lagere prijzen dan deze van Electrabel. In mei start de Amsterdamse elektriciteitsbeurs. De stroomverbruiker wordt een koning in Europa.

FRANS CROLS

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content