Tweetalige zakenclub zoekt Vlamingen

De Club van Lotharingen verruilde het Fond’Roykasteel in Ukkel voor de Brusselse binnenstad. Daar heeft de selecte zakenclub haar intrek genomen in het oude paleis van de prinsen de Mérode. Zo zit ze dichter bij de zakenwijken en hoopt ze meer Vlaamse leden aan te trekken.

Voor de zakenlui die de Club van Lotharingen bezoeken, is het leven sinds september een pak gemakkelijker. Gedaan met het tijdverlies in de file als ze naar hun zakenclub in Ukkel trekken om te lunchen of een conferentie bij te wonen. De Brusselse zakenclub, die in 1998 werd opgericht door Stéphan Jourdain, is immers verhuisd naar de Brusselse bovenstad, tegenover het justitiepaleis. Het nieuwe nest is niet meer of niet minder dan het voormalige paleis van de prinsen de Mérode op het Poelaertplein. “In Ukkel hadden we een probleem met de toegankelijkheid”, merkt de stichter en gedelegeerd bestuurder van de club op. “In de loop van de jaren is de verbinding met het centrum er alleen maar slechter op geworden.”

Het gevolg was dat de selecte club begon te lijden onder haar afgelegen ligging, weg van de zakenwijken. “Ze werd nog wel aangedaan voor grote evenementen zoals de conferentielunches, maar de leden kwamen er steeds minder voor de lunch of een zakelijke afspraak, precies wegens die verkeersproblemen”, voegt Luc Willame, de voorzitter van het comité d’honneur van de club, eraan toe.

Investeringen van drie miljoen euro

Stéphan Jourdain huurde het Mérodehotel al een tweetal jaar via een erfpacht van 35 jaar, die hij aanging met de gelijknamige familie, nog altijd eigenaar van het pand. Nadat het van binnen en van buiten gerenoveerd was, was de familie op zoek gegaan naar nieuwe bewoners. Lange tijd hoopten ze dat het ministerie van Justitie of een ambassade er zijn intrek zou nemen, maar uiteindelijk stelde ze zich ook tevreden met het kruim van de economische kringen. De Brusselse zakenman begon echter pas op 15 februari aan de aanpassingwerken die nodig waren. Dat was na een wat warrige periode die alles te maken had met de notariële bekrachtiging van de erfpacht. Maar toch kon de ‘nieuwe’ Club van Lotharingen op 30 augustus de deuren openen, zoals Jourdain gehoopt had.

“We hebben alles van boven tot onder opgeknapt, tot en met de tuin op de binnenkoer aan de voorkant”, zegt de heer des huizes. Kostprijs: 3 miljoen euro. Het Ukkelse kasteel Fond’Roy was een voormalige eigendom van maarschalk Mobutu, gelegen in een fraai stukje groen aan de Prins van Oranjelaan. De nieuwe vestiging ligt, op de scheiding van de boven- met de benedenstad van Brussel, in een heel andere omgeving. Van buiten gezien heeft het indrukwekkende gebouw veel weg van een Parijs herenhuis of een privépaleisje in neoklassieke stijl. Binnen komt u, nadat u de deur hebt geopend en u hebt aangemeld aan de onthaalbalie, in een gang met gedempt licht die naar verschillende knusse salons leidt en naar een bar in hedendaagse stijl, voorzien van de nodige afgescheiden hoekjes. “Het is de bedoeling om ook een doorgangscliënteel aan te trekken”, merkt Jourdain op. “Advocaten kunnen hier bijvoorbeeld bij een glas hun klanten ontvangen.”

Kapper, fitness en zwembad

De nieuwe vestiging is niet alleen toegankelijker, ze bestrijkt ook een oppervlakte van 2800 vierkante meter, bijna drie keer meer dan het Ukkelse terrein. Het Mérodehotel omvat twaalf ruimtes: salons, eetkamers en vergaderzalen. Elke ruimte is bovendien uitgerust met flatscreens en wifi. De horeca werd uitbesteed aan Restauration Nouvelle, het bedrijf van Albert Michiels, die al het restaurant van het MIM leidt, evenals de brasserie van de Mellaertsvijvers, de Brasserie du Prince d’Orange, de Orangerie van het Egmontpark en het Château de la Rocq. Op de bovenverdieping is er een restaurant waar een honderdtal mensen de zakenlunch kunnen gebruiken.

In een aangrenzende zaal kan in een brasserie genoten worden van een snelle lunch in een hedendaags kader dat uitgedokterd werd door de kunstgalerie Champaka van Thomas Spitaels, ‘een oude makker’ van de baas. De plafonds en de muren van de grote zalen zijn versierd met gerestaureerde of in ere herstelde sierlijsten. Op de vloer ligt parket afgewisseld met designtapijten. De meubels komen uit de Fond’Roy en het kasteel van Annevoie (dat eigendom is van Stéphan Jourdain). Sommige schilderijen en meubelstukken werden ook gesprokkeld bij antiquairs.

Wat verderop stoten we op een zaal waar in het midden een immense tafel staat, groot genoeg om plaats te bieden aan een raad van een bestuur van een multinational. “Dat is de tafel van maarschalk Mobutu die zich in Fond’Roy bevond en die ik overgebracht had naar Annevoie”, zegt Jourdain trots. De nieuwe ‘thuis’ van de Club van Lotharingen biedt de leden ook meer de gelegenheid om in het grootste geheim overleg te plegen. Het gebouw beschikt namelijk over een zeer discreet zaaltje.

Een nieuwigheid is het herenkapsalon dat deel uitmaakt van de keten Alexandre de Paris. In de kelder werd een gewelfde ruimte ingericht met een dertigtal beveiligde miniwijnkelders waar de leden enkele van hun beste cru’s kunnen in onderbrengen om ze vervolgens ter plekke te degusteren met hun tafelgenoten. Op een van de binnenkoeren bevindt zich ook het terras van het restaurant en een demonteerbaar podium van 500 vierkante meter voor evenementen.

De kroon op het werk komt echter in de lente. Dan zal de Club van Lotharingen ook beschikken over een fitness, een zwembad, een sauna en een jacuzzi, die gebruikt kunnen worden na een aanvullende bijdrage. Om zijn leden ertoe aan te zetten meer aan de activiteiten deel te nemen, heeft de Cercle een getrouwheidssysteem ingevoerd dat afgekeken is van het milessysteem en dat punten oplevert die kunnen worden omgeruild voor allerlei geschenken.

Charmeoffensief bij de Vlaamse bedrijfsleiders

De toegankelijkheid mag dan wel verbeterd zijn, voor een parkeerplaats moet voortaan betaald worden. De Cercle de Lorraine heeft een contract gesloten met Interparking, dat de ondergrondse parking van het Poelaertplein uitbaat. Elk lid krijgt een persoonlijke kaart, zodat hij zijn ticket niet bij elk bezoek moet afrekenen. De club stuurt hem de factuur op het einde van de maand. Met een korting van 10 procent op het officiële tarief, gaat het eerder om een symbolische geste voor de zowat duizend leden, een aantal dat sinds de oprichting van de club vrijwel stabiel gebleven is. “Elk jaar verliezen we 7 tot 8 procent van onze leden, die we dan vervangen door nieuwe rekruten”, zegt Jourdain. Vergeleken met de andere zakenclubs (De Warande, de Cercle Gaulois, de Cercle de Wallonie, de Cercle Saint-Anne, de Cercle du Parc en de Club Montgomery) is de Club van Lotharingen het duurst. De jaarlijkse bijdrage bedraagt 1370 euro tegenover 400 tot 800 euro bij de andere. Ter verantwoording zegt Jourdain nadrukkelijk: “We zijn niet de belangrijkste in omvang (dat is De Warande, met zowat 1500 leden , nvdr) maar wel in imago en dynamiek.” Hij wil overigens meer Vlaamse bedrijfsleiders aantrekken. “De club is tweetalig, maar toch overwegend francofoon”, geeft hij toe. “Aanvankelijk bestond een kwart van ons ledenbestand uit Vlamingen, nu is dat nog maar 10 procent.”

De Club van Lotharingen, die een twintigtal mensen in dienst heeft, hoopt mettertijd 50 procent bedrijfsleiders uit het noorden van het land in haar rangen te tellen. Bij de officiële inhuldiging van het gebouw op 29 september werd, zoals de taalbeurtwisseling van de club het vereist, een nieuwe Vlaamse voorzitter benoemd. Dat werd Luc Bertrand, de CEO van de holding Ackermans & van Haaren. Een en ander zou de naamsbekendheid en de zichtbaarheid van de Brusselse club in Vlaanderen moeten verhogen.

sandrine vandendooren

De nieuwe ‘thuis’ van de Club van Lotharingen biedt de leden ook de gelegenheid om in het grootste geheim overleg te plegen. Het gebouw beschikt namelijk over een zeer discreet zaaltje.

De aanstelling van Luc Bertrand als voorzitter van de zakenclub zou meer Vlaamse bedrijfs-leiders moeten aantrekken.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content