TOPLONEN EN TOPWINSTEN: TUSSEN AFGUNST EN HEBZUCHT

Geert Noels Geert Noels is chief economist van Econopolis.

Hoeveel mag een manager verdienen? Tot op welke hoogte wordt een loon aanvaard? En moeten we alle lonen maar openbaar maken?

Een aantal bedrijven zal binnenkort recordwinsten bekendmaken. Financiële instellingen, energiebedrijven en zelfs bierbrouwers weten dat die resultaten niet op gejuich zullen worden onthaald. Het is bijna paradoxaal: als bedrijven grote verliezen bekendmaken, verwacht iedereen pijnlijke maatregelen. Maar als er winst wordt gemaakt, vinden velen dat eveneens pijnlijk…

Een eerste probleem is dat de meeste mensen de miljardencijfers niet correct kunnen inschatten. Een groot deel van de winsten komt uit het buitenland en die cijfers overstijgen de (relatief kleine) eigen economie. De bedrijven zelf zijn door fusies en overnames ook sterk gegroeid, en hun winsten zijn nu de som van die consolidatie. Dat zorgt voor omvangrijke cijfers, maar dus ook grote wrevel…

Het verdiende loon? Dit verhaal ligt moeilijker voor de lonen van de topmensen (zeg maar de chief executive officers) van die bedrijven. Staatssecretaris van Overheidsbedrijven Bruno Tuybens (SP.A) maakte recent de lonen van overheidsmanagers bekend. Zoals je kon verwachten, was het een dankbare bron van kritiek. Het lijkt mij echter beter om een staatsbedrijf goed te laten leiden zodat het efficiënt is en winst maakt, dan er elk jaar honderden miljoenen euro’s in te pompen. Of is het misschien socialer om het geld van belastingbetalers zo- maar weg te smijten dan efficiënte managers goed te betalen? Met alle ongemakken om in overheidsdienst te werken zou een hoger loon dan in de privésector voor de topmanagers dikwijls op zijn plaats zijn.

Dat brengt me bij het verdiende loon van een topmanager. Na de technologiezeepbel en de bedrijfsschandalen is dit in de VS momenteel hét gespreksonderwerp. Achttien procent van de top 100-CEO’s bleek tijdens de zeepbeljaren met de cijfers te hebben geknoeid. De flagrantste voorbeelden waren Enron en Tyco. De CEO van Vivendi had dan weer niet genoeg met een vorstelijk loon: hij kocht voor de decoratie van zijn penthouse een douchegordijn van 6000 dollar.

Is hebzucht goed voor de economie? Gordon Gekko in de film ‘Wall Street’ vond in ieder geval van wel: “Hebzucht is goed, hebzucht is gepast, hebzucht werkt. (…) Hebzucht in alle vormen – voor het leven, voor het geld, voor de liefde en de kennis – heeft de vooruitgang van de mensheid gekenmerkt.” Gekko’s speech dateert van 1987, een tijd van overdrijving, speculaties en overnames (en van de… beurskrach). Een periode die trouwens doet denken aan vandaag. Een Amerikaanse CEO verdiende toen 125 keer het loon van een doorsnee arbeider, vandaag is dat al een goede 240 keer.

Afgunst is dodelijk. In andere landen is de verhouding CEO/arbeider maar één derde van die in de VS, vooral door het geringere gebruik van optiegerelateerde vergoedingen. België en Nederland zitten zelfs nog onder dat gemiddelde. De markt voor talent is door de globalisering groter geworden.

Toptalent is schaars, en of het nu over sport of management gaat, ze hebben een wereldwijde impact gekregen en zijn dus veel meer waard. Eddy Merckx, Björn Borg en Johan Cruyff verdienden toch ook maar een fractie van hun huidige equivalenten.

Het grootste probleem bij de topmanagers is dat hun belangen te eenzijdig zijn afgestemd op die van de aandeelhouders. De andere belanghebbenden (de zogenaamde stakeholders) wegen minder door bij zijn of haar beslissingen. Behalve de werknemers, klanten en leveranciers is dat ook de toekomstige generatie. Welk bedrijf erven zij?

Gekko had immers ongelijk. De vooruitgang van de mens is niet te danken aan hebzucht, maar aan zijn keuze om in groep te werken, en elkaars talenten te benutten en te waarderen. De mensheid en de maatschappij gaan niet vooruit dankzij de individuele hebzucht van enkelen, maar dankzij de onbaatzuchtige opoffering van velen. De beste vorsers, kunstenaars en leiders, vooral zij die door de geschiedenis worden onthouden, zagen hun leven niet als een monopolyspel, als ze al de vruchten van hun inspanning konden plukken.

Maar de tegenstand tegen hoge vergoedingen heeft niet altijd met het algemene maatschappelijke belang te maken. Er is ook platte afgunst. Waarom aanvaardt iedereen dat je met EuroMillions 75 miljoen euro kunt verdienen, maar niet met je eigen talent? Een maatschappij gaat niet vooruit dankzij hebzucht, maar zeker ook niet door afgunst. Dit probleem los je bij ons dus zeker niet op door alle lonen openbaar te maken. Tegelijk moeten topmanagers hun verantwoordelijkheid opnemen, en bereid zijn het lot te ondergaan dat ze hun medewerkers opleggen.

Volgens mij is het probleem van de toplonen in de VS vandaag dus vooral een te veel aan hebzucht. In Europa is het echter voornamelijk een probleem van afgunst.

De auteur is hoofdeconoom van Petercam Vermogensbeheer. Reacties: visienoels@trends.be

Geert Noels

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content