Toch een beperkte overgangsregeling

Buitenlandse btw-plichtigen die nog Belgische btw terug te vragen hebben voor de jaren 2007 en 2008 krijgen daartoe, anders dan eerst was gezegd, nog even tijd. Hun aanvraag moet uiterlijk eind september 2010 ingediend zijn.

Btw-plichtigen hebben recht op recuperatie van de btw die zij zelf aan hun eigen leveranciers en dienstverrichters betalen. Normaal gezien gebeurt deze recuperatie via het systeem van aftrek van de voorbelasting. Die aftrek wordt uitgeoefend in de periodieke btw-aangifte. Btw-plichtigen vermelden in hun aangifte enerzijds de btw die zij aan de schatkist verschuldigd zijn, en mogen daarvan – in dezelfde aangifte – meteen de btw aftrekken die zij zelf aan hun leveranciers en dienstverrichters hebben betaald. Enkel het positieve saldo moet effectief aan de schatkist afgedragen worden.

De meeste buitenlandse btw-plichtigen dienen in België geen periodieke btw-aangiften in. Zij kunnen hun recht op recuperatie van Belgische btw dus niet uitoefenen via het systeem van aftrek van de voorbelasting. Bij hen verloopt de recuperatie via de meer omslachtige teruggaafprocedure. Zoals de naam het zegt, houdt zij in dat de betaalde voorbelasting effectief aan de betrokkene wordt teruggegeven.

Sinds begin dit jaar is deze teruggaafprocedure aanzienlijk versoepeld, althans voor zover het gaat om buitenlandse btw-plichtigen die in de Europese Unie gevestigd zijn. Vroeger moest de teruggaaf altijd schriftelijk worden aangevraagd. Bovendien moest de aanvraag steeds ingediend worden bij de lidstaat die de btw terug te geven had. Een Italiaanse btw-plichtige die Belgische btw te recupereren had, moest zijn schriftelijke aanvraag dus indienen in Brussel. Omgekeerd: een Belgische btw-plichtige die Italiaanse voorbelasting betaald had, moest zich voor de teruggaaf schriftelijk wenden tot de Italiaanse admi-nistratie in Rome.

Sinds begin dit jaar is dit volledig anders. Voortaan verloopt de teruggaafprocedure – wat buitenlandse btw-plichtigen betreft die in de Europese Unie gevestigd zijn – volledig elektronisch. Bovendien moeten zij zich niet langer wenden tot de belastingadministratie in het land dat de btw moet teruggeven. Zij richten hun aanvraag voortaan naar hun eigen belastingadministratie. Een Belgische btw-plichtige die Spaanse btw terug te vragen heeft, dient zijn elektronische aanvraag voortaan dus in bij de Belgische belastingadministratie. Die zal het verzoek doorzenden naar haar Spaanse evenknie.

Daarnaast is de teruggaafprocedure nog op enkele andere punten verbeterd. Zo is de termijn waarbinnen een beslissing over het verzoek moet vallen, ingekort van zes naar vier maanden. Wordt die termijn niet gehaald, dan is de nalatige lidstaat intrest verschuldigd.

Het weze herhaald: deze versoepelingen en verbeteringen gelden enkel wanneer de teruggaaf gebeurt aan btw-plichtigen van binnen de Europese Unie. Btw-plichtigen die buiten de Europese Unie gevestigd zijn, moeten zich nog steeds rechtstreeks wenden tot de belastingadministratie van de Europese lidstaat die de btw terug te geven heeft. Voor hen is de teruggaafprocedure ongewijzigd gebleven. Tenzij op één punt. Voor alle buitenlandse btw-plichtigen – ongeacht of ze binnen of buiten de Europese Unie gevestigd zijn – is de termijn om de teruggaaf te vragen drastisch ingekort.

Vroeger hadden buitenlandse btw-plichtigen ongeveer drie jaar tijd om teruggaaf te vragen. Sinds begin dit jaar hebben zij nog slechts tijd tot 30 september van het jaar dat volgt op het jaar waarop het verzoek tot teruggaaf betrekking heeft. Stel bijvoorbeeld dat een buitenlandse btw-plichtige in 2009 Belgische voorbelasting heeft betaald. In de oude regeling kon hij die btw terugvragen tot eind 2012. In de nieuwe regeling is dat nog slechts tot 30 september 2010.

De nieuwe termijn werd zonder overgangsregeling ingevoerd. Buitenlandse btw-plichtigen die nog btw terug te vragen hadden voor de jaren 2007 en 2008, zagen hun recht op teruggaaf bijgevolg aan hun neus voorbijgaan. In de oude regeling konden zij die btw nog terugvragen tot respectievelijk eind 2010 en eind 2011. De nieuw ingevoerde termijn (30 september van het jaar volgend op het betrokken jaar) was daarentegen – wat 2007 en 2008 betreft – al verstreken, nog voor de regeling begin dit jaar werd ingevoerd.

Inmiddels heeft ook de fiscus ingezien dat dit niet kan. De Europese regels laten niet toe btw-plichtigen het recht op teruggaaf te ontzeggen, zonder dat in een voldoende lange overgangsregeling wordt voorzien. Vandaar dat inmiddels beslist is om buitenlandse btw-plichtigen tot eind september 2010 tijd te geven om nog teruggaafverzoeken in te dienen die slaan op btw die in 2007 of in 2008 werd betaald.

DE AUTEUR IS ADVOCAAT EN HOOFDREDACTEUR VAN FISCOLOOG.

Jan Van Dyck

Lidstaten moeten bij een termijnwijziging in een voldoende lange overgangsregeling voorzien.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content