Tijdloze mode

De kleren maken het land

Terwijl op de catwalks elk seizoen de oorlog van de trends weer losbarst, kan men zich afvragen of er niet zoiets als tijdloze en specifieke mode bestaat die net als de zakelijke codes van land tot land verschilt.

TEKST : CARINE ANSELME / FOTO’S : KAROLINE AMAURY

Honoré de Balzac wist het reeds : “De primitieve mens bedekt zich, de rijke of de dwaas schikt zich op, de elegante mens kleedt zich.” De City in Londen, Wall Street in New York of de Beurs van Brussel… Overal lopen zakenmannen rond in sombere pakken. Sinds de industriële revolutie haar credo van de productiviteit en dus van alles wat praktisch is, heeft opgelegd, zwaait het pak in het zakenleven de plak. De vrouwelijke tegenhanger, het eeuwige mantelpakje, heeft pas later zijn intrede gedaan, toen steeds meer vrouwen de arbeidsmarkt overspoelden.

Bij internationale vergaderingen (Brussel weet ervan mee te spreken) valt telkens weer de uniforme stijl van de personages op. Wie nader toekijkt, stelt evenwel vast dat ieder zo zijn eigen vorm van elegantie heeft : de Italiaanse boord van de Romein, de witte nylons van de Amerikaanse, het kleurige lef van de Fransen… Daarom zijn we gaan praten met telkens vijf mannen en vrouwen uit verschillende landen Italië, Frankrijk, de Verenigde Staten, Groot-Brittannië en België die allemaal in Brussel werken. We voelden hen aan de tand over ongeschreven wetten en gewoonten inzake kleding, typisch voor hun land.

Italiaanse elegantie.

De Italianen zijn veruit het meest om hun voorkomen bekommerd. Elegantie voeren ze hoog in het vaandel. Naast een paar ‘klassieke’ regels, volgen zij aandachtig alle trends en vallen ze voor zogenaamde gadgets. Voorwerpen die je moet bezitten en te kijk stellen. De draadloze telefoon is zo’n ding : ieder wil er een bezitten en er vooral mee uitpakken.

Paola Capaldi, afkomstig uit de streek tussen Rome en Napels en communication manager bij Olivetti Belgium : “Vrouwen in professionele kringen dragen altijd een mantelpakje, meestal in een effen stof. Het tennisstreepje is zeer recent. De roklengte varieert van net boven tot net onder de knie. Ze dragen effen kousen, bij voorkeur in donkere tinten. De meest voorkomende schoenen zijn pumps met een hak die liefst niet hoger is dan vier centimeter. De Italiaanse vrouw kiest voor raffinement en klasse, sobere elegantie, zonder overdrijving. Als ze lang haar heeft (wat vaak het geval is), bindt ze het meestal samen. De opmaak is sober. Maar ze hecht veel belang aan gouden en intussen ook aan zilveren juwelen. Rokken en jurken worden meer gedragen dan pantalons. Ook sjaals zijn erg in trek om de kleding op te fleuren. Aan de keuze van de accessoires wordt veel zorg besteed en meestal stemt de elegante Italiaanse vrouw handtas, handschoenen, kousen en schoenen op elkaar af.”

Marco d’Angelantonio, verantwoordelijk voor de commerciële ontwikkeling bij Olivetti, is een rasechte Romein : “Heel belangrijk is de keuze van de stof. Synthetische stoffen zie je in Italië nauwelijks ! Bij zakenmensen ruimt het traditionele pak stilaan plaats voor het spezzato, een sportief jasje dat met verscheidene pantalons kan worden gecombineerd. In Italië is het gebruikelijk dat je naar de kleermaker gaat, niet alleen voor een pak, maar ook voor een hemd. Hemden hebben altijd een Italiaanse boord en doorgaans ook manchetten (die met manchetknopen worden gedragen). Ze zijn effen of hebben een fijn tekeningetje (smalle streepjes of een discreet reliëf). De das is primordiaal, geeft het geheel cachet. Hij moet bij het jasje passen. In vergelijking met andere landen is de knoop breed. Ook een pochet of lefdoekje komt vrij veel voor. Wat de accessoires betreft, wordt vooral aan de riem geld besteed, die altijd van leer is. Bruine schoenen zijn momenteel je van het. Bijna iedereen draagt dezelfde. Ook heel belangrijk zijn de kousen : in tegenstelling tot andere landen zijn ze altijd lang, tot aan de knie. Ze zijn effen en niet meer dan vier tinten worden geduld : zwart, bordeaux, blauw en bruin.”

Franse persoonlijkheid.

Hoewel de Fransen een ingeboren, natuurlijke elegantie bezitten, bekommeren ze zich niet echt om kledingcodes. Ze laten zich niet graag in een keurslijf dwingen. Elegantie krijgt bij hen altijd een persoonlijke toets met een of ander fantasietje. Ze durven en het resultaat is des te persoonlijker. Belangrijk is ook het comfort, dat bij de keuze de doorslag geeft.

Martine Rutgers, afkomstig uit de Gironde en directrice van de Comptoir International des Lunetiers (brillenhandelaars) : “Elegantie is tijdloos, maar de Franse vrouw zit minder aan een stijl vast. Ze durft te kiezen voor een broekpak, omdat het praktisch, comfortabel en minder strak is. Ik vind dat je vrij neutraal moet blijven om in alle milieus te passen. Daarom hou ik, net als zoveel andere Françaises, van de sobere elegantie van zwart. Maar het allerbelangrijkste blijft het zich goed voelen. Voor mij zijn mijn kleren een tweede huid. Schoenen zijn uiterst belangrijk. Ze moeten onberispelijk zijn. De Franse zakenvrouw draagt zowel schoenen met hoge als met platte hak. Ook op dat vlak gelden geen dictaten.”

René Zayan, afkomstig van Marseille en professor aan de universiteit van Louvain-la-Neuve : “Ik tracht mijn wezen in mijn voorkomen uit te drukken, het is een obsessie. Elegantie op zijn Frans betekent voor mij een grote diversiteit en het zoeken naar niet-conventionele, maar toch uiterst klassieke combinaties (in de ogen van de Fransen en de Italianen, maar niet in die van de Belgen). De structuur van de stof moet zacht en fluwelig zijn. Schreeuwerige kleuren wil ik niet, klassieke wel. Elk onderdeel van de kleding moet zorgvuldig worden gekozen. De kousen moeten bij de rest passen en de schoenen moeten vlekkeloos opgeblonken zijn. De elegante Fransman vecht tegen banaliteit, kunstmatig conformisme en vestimentair pessimisme. De mode waarvan wij doordrenkt zijn, ligt op het kruispunt van Parijs, Milaan en Edinburgh.”

Engels classicisme.

Als er één natie is die voor tijdloze elegantie kiest, dan is het wel Groot-Brittannië. Hoewel het cliché van de bolhoed wegdeemstert in de mist van het verleden, is behoudsgezinde soberheid in zakenmiddens nog altijd aangewezen.

Janet Redman, organisatrice van congressen, afkomstig uit het noorden van Engeland : “Elegantie kan voor mij alleen maar heel klassiek en uiterst verzorgd zijn. Elegantie overstijgt trends en modes. In zakenmiddens is het mantelpakje (met de rok tot op de knie) het gebruikelijke ‘uniform’. Vrouwen in pantalon werden overigens tot voor kort niet toegelaten in de grote Londense restaurants. De kleuren zijn altijd erg sober, meestal grijs, zwart en beige. ‘s Zomers mogen de kleuren iets fantasierijker zijn. Maar in het algemeen blijft soberheid het hoofdkenmerk.”

Chris Redman, een Brit geboren in Singapore en responsable editor voor België van Time Magazine : “Elegantie is een kwestie van heel weinig : eenvoud en discretie. Pakken zijn altijd heel sober, en meestal in donkere kleuren. Af en toe is een fijn streepje toegelaten. Wil de man zich persoonlijker uitdrukken, dan moet hij dat via zijn das doen. De das onthult het karakter van wie hem draagt. Idem voor de sokken, waarin de fantasie de vrije teugel krijgt. De pochet mag nooit dezelfde tekening hebben als de das. Een typisch gebruik in Britse zakenmiddens is dat men zich vrijdags meer vrijheid gunt. Dan komen de mannen in weekend-outfit werken. Een gebruik dat ontstond in de jaren ’50, toen mensen van stand in tweedpak verschenen als de week ten einde liep. Want dat betekende dat ze twee huizen hadden : één in de stad en één op het platteland. En op vrijdagavond werd je geacht naar het platteland te vertrekken, in casual wear. In tegenstelling tot het beeld dat we van hem hebben, is de Brit van vandaag veel eclectischer dan vroeger. Aan enkele zuiver ‘Britse’ merken blijft hij uiteraard gehecht, maar hij koopt zijn pakken in Parijs, Rome of New York… en zijn dassen in de taxfree shops van de luchthavens.”

USA : not so relaxed.

In Europa zijn we nogal eens geneigd om ons alle Amerikanen voor te stellen in jeans en sweatshirt, met Bill Gates voorop. Maar dan doen we de waarheid geweld aan. Elegantie is er aan strikte en conservatieve regels gebonden. Alleen New York vormt een uitzondering, omdat het de Europese trends van dichterbij volgt.

Betsy Ludwig, afkomstig van Boston en business planning manager bij het telecommunicatiebedrijf Hermes Europe Railtel : “In Europa stelt men zich de Amerikaanse vrouw voor gekleed in schreeuwerige kleuren, fel opgemaakt, buitensporig gekapt en met oneindig lange nagels. Secretaresses beantwoorden nogal eens aan dat beeld. Maar een vrouw met een kaderfunctie herken je aan haar soberheid : korte nagels, halflang haar, discrete opmaak, donkerblauw mantelpakje, parelsnoer… Handtas en schoenen moeten meestal bij dat alles passen. Doorgaans draagt ze witte kousen, die ook bij 40C aan blijven. De ideale lengte van de rok varieert van halverwege de kuit tot net aan de knie. Een broekpak trekt ze aan om op reis te gaan. Vooral de klassieke lijn van de Europese mantelpakken valt bij de Amerikaanse vrouw in de smaak. Ook de halsdoek is bij de elegante Amerikaanse vrouw erg ‘in’. Toch hebben wij enkele heel specifieke gebruiken. Ongeacht hoe ze gekleed is, gaat de Amerikaanse vrouw met haar gympies naar kantoor. Daar trekt ze andere schoenen aan. Niet zelden heeft ze een hele verzameling pumps onder haar bureau staan. Zo is het ook ondenkbaar witte schoenen en een witte handtas te dragen buiten een periode die in mei begint met Memorial Day en eind september afloopt met Labour Day.”

Bruce Rudy, eveneens van Boston en directeur Business Development and Planning bij Hermes Europe Railtel : “De Amerikaanse zakenman draagt meestal een donker pak, grijs of marineblauw, altijd heel streng. Wordt er niet gezegd : “Serious executive, serious clothes” ? (lacht). Dus draagt hij altijd een das en ikzelf draag altijd bretels die bij mijn das passen. De schoenen zijn zwart of donkerbruin, en dikwijls molières met ronde punten en een gestileerd bloemmotiefje. De sokken zijn donker, zelfs in de zomer. Het hemd kan effen zijn of gestreept, de boord heeft knopen, maar manchetknopen dragen we nooit. Als das dragen we liefst een klassiek model, met een bescheiden tekening. Wat ook deel uitmaakt van de wapenrusting van elke Amerikaanse zakenman is een enorme koffiekop (wel drie tot vier keer groter dan die van zijn Europese collega’s), die hij de hele ochtend in de hand houdt. Een gewoonte waar buitenlanders altijd raar van opkijken.”

Belgisch non-conformisme.

Omdat de Belgen geen eigen, historisch gegroeide traditie van elegantie kennen en dus maar links en rechts wat van de mode meepikken, hebben we met opzet non-conformisten uitgekozen, vaandeldragers van een Belgische mode, die best wel eens bij de zakenwereld zou kunnen passen. Hun mening staat in schril contrast met de klassieke elegantie van de andere geïnterviewden.

Sonia Noël en partner Erik van der Post, verantwoordelijken van de winkel Stijl in Brussel : “Elegantie betekent voor ons iets dat goed uitgebalanceerd en vooral gezocht is. We doen een serieuze inspanning om buiten het gewone te treden. Dat kan dankzij onze Belgische ontwerpers die internationaal bekend zijn. Alles kan op elk moment worden herzien, niets is definitief. Elegantie is niet tijdloos, ze moet zich aan elke periode kunnen aanpassen. Net door de klassieke regels en de uniformisering af te wijzen, ontstaat iets persoonlijks dat buiten het gewone valt. Dit niet-conventionele standpunt kan in zakenmiddens best een plaatsje vinden, behalve in heel behoudsgezinde gemeenschappen. Het bijzondere van deze kledingfilosofie is dat er geen onderscheid wordt gemaakt tussen kleding voor overdag en voor ‘s avonds.”

Italië : Paola Capaldi en Marco d’Angelantonio.

Engeland : Janet Redman en Christopher Redman.

USA : Betsy Ludwig en Bruce Rudy.

België : Sonia Noël en Erik van der Post.

Frankrijk : Martine Rutgers en René Zayan.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content