TIENMAAL RENAULT VILVOORDE

Ze zijn er vandaag nog. En overmorgen ? De glitter, de elegante secretaresses, de schaftende arbeiders in de middagzon, de handelaars met riemtassen aan kettinkjes, de winkeltjes met weegschalen, vergrootglazen, tangetjes en mobilofoons, de veiligheidsagenten bij de ingangen, de restaurants met koosjer voedsel, de loketten van de Antwerpse Diamantbank, de 30.000 rechtstreeks en onrechtstreeks betrokkenen. Business as usual ? Neen, de zenuwen gieren door de gangen en de kantoren van de Antwerpse diamantgebouwen.

Bekaert, Petrofina, Tractebel, Solvay schudt u vlotweg uit de mouw bij de vraag naar namen van Belgische multinationals. Wie kent Gembel, Steinmetz & Co, Vijaydimon, Rosy Blue, Jayam ? Deze wereldondernemingen in Antwerpen zijn het gebinte van 11 procent van de Vlaamse uitvoer. Deze bron van welvaart is in gevaar. De problemen van Renault Vilvoorde vallen daarbij in het niet.

De gerechtelijke onderzoeken in de branche ontredderen de gemeenschap die haar stichtte en voedt. Financiële rechercheurs ontleden de failliete Bank Max Fischer en haar klanten, beschikken over riskante documenten van de State Bank of India, vallen binnen bij de Antwerpse Diamantkring, stellen vragen bij Golden Ada Belgium en zijn Moskovische connectie en pakken befaamde diamantairs op. Over de eventuele schuld handelt het hier niet. Echter, wordt de Vlaamse economie het slachtoffer van een neopuritanisme dat alles wat naar ondernemen en internationale rijkdom ruikt, prompt verdacht en pakbaar maakt ? Steentjes zijn minuscuul en makkelijk vervoerbaar ; kantoren en telecommunicatie zijn te huur in Tel Aviv, Bombay, Bangkok, Puerto Rico. Voor het verval van deze fabriek van welvaart zullen geen syndicalisten zich uitsloven. De diamantbranche is onbekend en weinig bemind.

Weinigen hebben bezwaar tegen het verwijderen van de rotte appels. Het is echter de manier waarop en de bruuske ommezwaai van een gedoogbeleid van vijftig jaar aan de Pelikaanstraat, dat een exodus van de diamantairs kan uitlokken. De namen van enkele vooraanstaande uitwijkelingen zijn bekend. Zij laten een bijhuis in Antwerpen en openen hun hoofdkantoor elders. In deze familiale branche klimt de zon geen dag meer of vaders en zonen stellen vragen over hun toekomst in Antwerpen en consulteren broers, ooms en neven in andere wereldsteden.

Amsterdam koketteert nog immer met zijn diamantsector. Wat de toerist aan de Amstel ziet, is een bleek afschijnsel van de vitaliteit tot 1920 van de Amsterdamse diamantairs. In 1921 waren 7000 van de 9000 leden van de Algemene Nederlandse Diamantbewerkers Bond ( ANDB) werkloos. Twee van de belangrijkste oorzaken waren buiten de wereldwijde economische inzinking de looneisen van de ANDB en het gunstiger fiscale regime in België. Veel diamantfabrikanten verschoven hun productie naar ons land. De huidige Belgische situatie heeft parallellen met Amsterdam : onze loonkosten zijn stelselmatig hoger dan in de concurrerende diamantlanden ; voor de kleinere goederen wordt uitgeweken ; gezinnen die hun kinderen aansporen om in de diamant te werken ontbreken ; de band tussen handel en industrie, een noodzakelijke navelstreng, verslapt. Bovenop die structurele neergang valt de politionele ijver.

De Israëlische diamantsector weet van waar de wind komt en lokt Antwerpse bedrijven naar Ramat-Gan. ABN Amro de grootste diamantbank ter wereld, ook gevestigd in Antwerpen zal mogelijk als eerste grote wereldbank een belang verwerven in de Israëlische financiële wereld. Het wordt ontkend, echter, blikt de bank vooruit naar een verschuiving van activiteiten van Antwerpen naar Tel Aviv ? Ze zou dwaas zijn deze evolutie niet mee te betrekken in haar groeistrategie.

Antwerpen is sedert de veertiende eeuw hét centrum van de diamant. Elke wereldmarkt heeft haar eigen regels. De City of London hanteert voor haar geldstromen usantiën en het gewoonterecht. In de Antwerpse diamant bestond met uitdrukkelijke instemming van de overheid een gedoogbeleid. Een wereldcentrum verkoopt aan iedereen en als dat niet gebeurt, is er geen wereldcentrum. Kopers van landen met hoge importheffingen voor luxegoederen, belanden in de Pelikaanstraat. De diamanten worden gekocht, eventueel met baar geld, en arriveren officieel nooit in het land van bestemming. Een grijs circuit is onlosmakelijk verbonden met de situatie van elk wereldcentrum.

De Indiase diamantairs controleren vandaag de helft van de Vlaamse diamanthandel. Zij zijn hier 25 jaar en minder verbonden met de Scheldestad dan de diamantairs van joodse oorsprong. Die hebben een infrastructuur van scholen, bedrijven, gebedsplaatsen, bejaardentehuizen, bakkers, slagers en liefdadigheidsinstellingen. Zij zijn Belg of zeer goed geïntegreerd in de Belgische gemeenschap en werken ook buiten de diamant : in de geneeskunde, het hoger onderwijs, de advocatuur, de algemene handel. Hun verworteling schiet dieper. De Indiase concerns voelen ook de angst, maar zijn minder gemotiveerd om de banden met Antwerpen te behouden. Als hun familiale chefs discrete signalen geven dat België te mijden is, verwasemt een essentieel deel van onze economie aan een hoog tempo.

FRANS CROLS

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content