Thuis is waar ik mijn smartphone gebruik

ROAMING De kleine operatoren dreigen de dupe te worden van de Europese regels. © IS
Bruno Leijnse Redacteur bij Trends

Midden juni betaalt u in de Europese Unie eindelijk evenveel voor uw smartphonegebruik als thuis. Goed nieuws voor de consument, slecht nieuws voor kleine operatoren. Zij krijgen het lastig, want de maximale groothandelstarieven liggen hoger dan wat ze hun retailklanten kunnen aanrekenen.

Ruim een jaar geleden besloten de Europese Commissie, de Raad van Ministers en het Europees Parlement vanaf 15 juni 2017 operatoren te verbieden hogere tarieven aan te rekenen aan EU-burgers die buiten hun lidstaat, maar in de Europese Unie, hun gsm gebruiken. Het thuistarief – ‘roam like at home‘ – moest de regel worden. Politiek was het een symbooldossier. Eindelijk deed de Europese Unie nog eens iets voor de gewone man.

De grandioze maatregel hield echter geen rekening met de grote prijsverschillen in de tarieven die de operatoren elkaar aanrekenen als ‘vreemde’ gebruikers op hun netwerk komen. Volgens een rondvraag van de Europese regulatorenconferentie Berec vorig jaar bestaan er voor gegevensroaming – de duurste tak – verschillen van 100 procent tussen de groothandelstarieven in het eerste kwartiel en het derde kwartiel van hun staal. Daar moest Europa dus nog een lijn in trekken om te voorkomen dat veel operatoren failliet zouden gaan aan roaming tegen het thuistarief. In juni legde de Commissie haar voorstel op tafel, in november volgde het Parlement. Begin deze maand kwam ook de Raad, die de lidstaten vertegenwoordigt, boven water. Niet unaniem. Dertien lidstaten, waaronder Zweden, Finland, de Baltische staten en België, vinden dat de operatoren te veel aan elkaar mogen aanrekenen. Het zijn vooral landen die nu ofwel intern relatief scherpe tarieven, ofwel veel uitgaande gebruikers in het buitenland hebben, ofwel beide. In het andere kamp zitten Duitsland, Frankrijk, Portugal en Spanje. Die verdienen een aardige cent aan inkomende roaming. Vooral in de vakantiemaanden horen hun operatoren de kassa rinkelen.

Maximumtarieven zijn nodig

Maximumtarieven voor roaming zijn er al sinds 2007. Toen greep de Commissie in bij gebrek aan marktwerking. Consumenten kopen bundels van telefoonminuten, sms en data voor binnenlands gebruik. Daardoor tekenen ze bij dezelfde operator ook voor zijn roamingtarieven, maar weinigen nemen dat in rekening. Zodra hij in het buitenland is, kan de beller meestal niet kiezen via welke operator hij communiceert, of hij weet niet dat hij die keuze heeft en wat het prijsverschil is. Met de komst van smartphones was het hek helemaal van de dam. De torenhoge factuur na de vakantie werd een begrip. Velen schakelden roaming uit op hun gsm.

Ook voor de operatoren is de marktwerking bij roaming maar zus en zo. Om hun klanten op een netwerk in het buitenland te laten bellen (uitgaande roaming), moeten zij een overeenkomst sluiten met dat netwerk. Als zij daar evenveel trafiek naartoe sturen als ze terugkrijgen, hoeft hen dat geen geld te kosten. Als een partij meer uitgaande roaming dan inkomende roaming heeft, wordt het systeem onaantrekkelijk. “Kleinere operatoren staan daar in een zwakkere onderhandelingspositie”, vindt Arun Dehiri van de telecomexpert Red Dawn Consulting. Virtuele mobiele operatoren, die geen eigen netwerk hebben – zoals Mobile Vikings – sluiten vaak zelfs geen eigen roamingovereenkomsten af. “Gewoonlijk rijden zij mee op de akkoorden van hun netwerkleverancier”, zegt Dehiri. “Die laat hen dan een marge van 20 à 30 procent van de standaard kleinhandelsprijs.” Aangezien zij vaak geen eigen netwerk hebben, krijgen ze ook geen opbrengsten uit inkomende oproepen, wat hun positie nog verzwakt.

Hoe hoog is laag genoeg?

Tegen die achtergrond van gebrekkige marktwerking en ongelijke machtsverhoudingen is het niet verwonderlijk dat de groothandelstarieven in het verleden dicht tegen de toegelaten maxima van de Europese Commissie aanhingen, tenminste voor spraakminuten en sms.

Die maxima hebben dus een groot belang. In de huidige onderhandelingsronde liggen de voorstellen van het Parlement, de Raad en de Commissie voor sms en spraak dicht bij elkaar (zie tabel). De strijd tussen de lobby’s concentreert zich op de prijzen voor dataroaming (mobiel internet in het buitenland), waarvoor de vraag explodeert. De Commissie verwacht volgend jaar tien keer meer dataverbruik in roaming dan in 2014. Niet enkel door streaming of het delen van foto’s en video. Apps als Skype of Whatsapp vervangen de klassieke belminuten of sms’jes door dataverkeer. Als operatoren dat verkeer duur kunnen houden, winnen ze twee keer: minder klanten ruilen spraak in voor apps en wie dat doet, betaalt stevig.

Het Franse TERA Consultants onderzocht voor de Commissie de werkelijke kosten van de levering van roaming in de 28 EU-lidstaten. Voor data liggen hun cijfers aanzienlijk lager dan de 8,5 euro per gigabyte die de Commissie als maximale groothandelsprijs voorstelt. In de vijf goedkoopste EU-landen schat TERA de kostprijs van 1 gigabyte roaming in 2017, kapitaalvergoeding inbegrepen, op 1 euro of minder. Voor België is het iets meer dan 2 euro. Volgens Antonios Rossos van Rewheel, dat het Digital Fuel Monitor-prijzenobservatorium onderhoudt, rekent TERA zelfs nog te veel. “De echte prijs voor de levering van dataroaming ligt een flink stuk onder de 1 euro per gigabyte als je alleen de incrementele kosten bekijkt en kartelachtige interconnectiekosten uitsluit”, meent hij. Volgens het effectenrapport van de Commissie betalen de operatoren nu gemiddeld 17,4 euro per GB aan elkaar.

De voorgestelde maximale groothandelsprijs van 8,5 euro per gigabyte van de Commissie is zes keer lager dan het huidige maximum van 50 euro, maar hoog genoeg om zelfs de inefficiënte operatoren van Malta, die liefst 4,7 euro per gigabyte aan kosten opgeven, nog mooie winsten te bezorgen. Volgens de Commissie zullen operatoren in slechts een handvol landen (onder andere Oostenrijk, Finland en Nederland) iets slechter af zijn met roaming tegen het thuistarief. Elders zou het gestegen verbruik de lagere groothandelstarieven compenseren.

Open deur voor arbitrageurs

Blijft dat ‘roaming tegen thuistarief’ een recept voor arbitrage is tussen landen met hoge en met lage telecomtarieven. Koop een Cypriotische sim-kaart en gebruik die tegen het Cypriotische ‘thuistarief’ in landen als Spanje, Frankrijk of België. De besparing (of de winst voor de arbitrageur) is aanzienlijk, de gevolgen voor de operatoren ook. Onder meer de telecomadviseur Strand Consult voorspelt dat Scandinavische operatoren onder druk van de hoge roamingfacturen vanuit de dure landen hun binnenlandse prijzen moeten verhogen, moeten afstappen van gulle volumeaanbiedingen of roamingbeperkingen moeten invoeren voor hun klanten, iets wat de regelgeving net wil voorkomen. Omgekeerd zullen operatoren in dure landen hun prijzen moeten verlagen om concurrentieel te zijn met de arbitrageurs, voorspelt Strand.

Die chaos wil de Commissie voorkomen met richtlijnen voor billijk gebruik. Operatoren krijgen het recht beperkingen of prijsverhogingen op te leggen als er een onevenwicht is tussen binnenlands en buitenlands verbruik of verblijf, of als simkaarten lang ongebruikt blijven en alleen bij roaming worden gebruikt, of als iemand opeenvolgende simkaarten gebruikt voor roaming. De operatoren kunnen dan hun klant vragen om te bewijzen dat hij wel degelijk woont in het land waar zijn simkaart is uitgegeven. Vraag is hoe kort de observatieperiode mag zijn, vooraleer een operator zijn klant mag interpelleren.

‘Arbitraire normen’

Bij het in druk gaan stelde de Commissie voor om dat over periodes van vier maanden te bekijken. Zij stelt ook een formule voor om te bepalen wat het billijke verbruik is waar een roamer recht op heeft, vooraleer zijn operator een hogere prijs mag aanrekenen. Die formule bepaalt het billijke volume als het dubbele van de prijs van het thuispakket, gedeeld door de maximale groothandelsprijs die de Commissie voorstelt. Een abonnee die nu 15 euro betaalt voor 4 GB, zou dan voor 2,92 GB mogen roamen zonder extra kosten.

“Puur arbitrair”, sakkert een bron bij de alternatieve operatoren. Die wijzen erop dat de thuisoperator van de roamende abonnee voor die billijke trafiek aan zijn tegenpartij 24,79 euro betaalt tegen het maximale groothandelstarief (2,92 GB maal 8,5 euro), een verlies van 100 procent dus. De alternatieve operatoren willen ook dat zij veel sneller kunnen ingrijpen dan na vier maanden. In die periode kan hun verlies aardig opgelopen zijn.

Volgens Arun Dehiri zullen de roamingmarges in de praktijk sterk afhangen van de commerciële onderhandelingen met de drie à vier operatoren die actief zijn in een land. “Dat lage aantal betekent een gebrek aan concurrentie en spoort operatoren waarschijnlijk niet aan lagere groothandelsprijzen aan te bieden”, vreest hij.

Over het billijk gebruik zou de Commissie deze week een besluit publiceren. Over de maximumprijzen gaan de Commissie, het Parlement en de Raad nog een ‘triloog’ aan, die in februari of maart een beslissing moet opleveren. Ironisch genoeg gebeurt dat onder Maltees voorzitterschap, het land met de hoogste roamingkosten volgens TERA. Een evaluatie is voor 2019.

Bruno Leijnse

De echte kostprijs van data-roaming wordt geschat op minder dan 1 euro per gigabyte. Toch betalen de operatoren nu gemiddeld 17,4 euro per gigabyte aan elkaar.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content