Tegen Japanners. De gele blitzkrieg

De Koreaanse wagenbouwer Daewoo verovert België. De eersten die dat moeten voelen ? De oude vijand : de Japanners.

Momenteel rijdt hij nog met een Honda, maar tegen 20 februari e.k. zit Adri van Ierssel (40), een geboren en getogen Antwerpenaar, aan het stuur van een echte Koreaan, een Daewoo lees : dee-woe. Hij is het zichzelf én zijn nieuwe bazen verschuldigd. Van Ierssel is sinds oktober 1994 manager van Daewoo Motor Belgium ; de officiële importeur van de Nexia en de Espero ; twee wagens uit de Daewoo-stal die zich profileren binnen het zogenaamde C- en D-segment ; goed voor 60 % van de Belgische automarkt.

Daewoo wil in 1995 in België én het groothertogdom 2900 wagens verkopen. Dit jaar wil van Ierssel in België 0,7 % van de markt inpalmen, tegen 1997 1 %. Dat lijkt eerder bescheiden ; het betekent wel dat de Koreanen op 3 jaar willen doorstoten naar de top-20 van ‘s lands meest verkochte merken (zie tabel).

Daewoo Koreaans voor universum begint een regelrechte blitzkrieg op de Europese automarkt. Ogenschijnlijk achteloos bewerkt Daewoo volgens het Amerikaanse magazine Forbes het 33ste bedrijf ter wereld, net na Philips ook België. In de Antwerpse haven is Daewoo-dochter Universal Refining aktief ; vanuit Kontich distribueert Daewoo Electronics Koreaans hifi-materiaal. In het Henegouwse Frameries assembleert Euro Daewoo sinds ’92 grondverzetmachines ; dit jaar wordt de kapaciteit er verdrievoudigd.

“Nieuwelingen moeten hier marktaandeel van anderen inpikken, ” weet van Ierssel, tot oktober ’94 nog bij Honda Belgium. En hij weet ook aan wiens marktaandeel de Koreanen willen én zullen knagen : de Japanners.

“Onze wagens kosten tussen de 409.000 en de 509.000 frank. Ons doelpubliek zijn zij die momenteel Toyota, Nissan of, in mindere mate, Mazda rijden ; zij die 6 jaar geleden een Opel Kadett of een Honda kochten. “

NIEUWE FABRIEK.

De Koreanen menen het. In 1983 werd het Koreaanse moederhuis (zie : Zelfdiscipline en Confucius) door de regering verplicht een autofabriek over te nemen. Eerst met know-how van Toyota, later via een joint venture met General Motors, leerde Daewoo wagens assembleren. De Pontiac Lemans waar de Amerikaanse markt voor uit de bol ging, was een produkt van GM of South Korea ofte : Daewoo. In 1992 verbrak Daewoo het kontrakt met GM en de Daewoo-wagens zwermden uit over heel Azië. In 1993 produceerden de 4 assemblagebedrijven 700.000 wagens.

In de Koreaanse havenstad Kunsan bouwt Daewoo Motor Company momenteel een vijfde produktie-eenheid ; goed voor een extra 500.000 wagens. Daewoo-stichter Kim Woo-Chong wil de helft ervan nog dit jaar verpatsen in Europa. Binnen 3 jaar begint hij aan de VS ; tegen 2000 wil hij 2,2 miljoen wagens per jaar assembleren.

“Koreanen zijn veel direkter dan Japanners, ” zegt van Ierssel. “Een Koreaan toont meteen zijn misnoegdheid. Vooraleer een Japanner dat doet, heeft hij voor zichzelf al beslist. In deze of gene zin. En, Koreanen hebben de ambitie die de Japanners lang geleden zo kenmerkte. En ze hebben die dan nog eens in het kwadraat. “

D-DAY.

In 9 EU-lidstaten wordt 20 februari 1995 D-day. Tegen dan moet in ieder land een zij het eerder beperkt Daewoo-dealer-net van start gaan. Die moeten nog dit jaar de doorbraak forceren. De produktiekapaciteit is er, dankzij de Kunsan-fabriek, de European touch ook. Via een overname van het Britse studiebureau IAD beschikken de Koreanen over een “Europees” designcentrum in Worthing, Sussex en een technisch centrum in München. In het Nexia-model zijn de vroegere Opel-banden nog duidelijk zichtbaar ; de Espero werd gedesigned door de Italiaanse topontwerper Bertone. Op de gisteren afgelopen Amsterdamse Rai-autobeurs pakte Daewoo uit met de Number One, een konceptwagen getekend door Porsche-mensen. Giorgio Giugaro, topontwerper van het Turijnse Ital-Design, moet tegen 2000 wagens ontwikkelen die de konkurrentie aankunnen met de VW Polo én de 5-serie van BMW. Via een miljardenkontrakt met Steyr-Daimler-Puch komt er tegen 1997 een (turbo)dieselversie ; geproduceerd in Roemenië en Oezbekistan, waar de Koreanen joint ventures aangingen met lokale producenten. En nog dit jaar pakt Daewoo uit met de M1, een “superschone” Espero die rijdt op aardgas.

“We moeten snel vooruit, ” erkent van Ierssel. “De Koreanen willen het. “

Aanvankelijk hadden ze zich nochtans verkeken op de Belgische markt. Die kon, zo meenden ze in Seoel, even goed vanuit Nederland worden bewerkt. Fout, zo bleek. Vandaar dat van Ierssel op enkele maanden tijd Daewoo Motor Belgium uit de grond stampte. Vanuit Mechelen wordt België, verdeeld in 70 sektoren, bewerkt. Van Ierssel doet het, de Koreanen financieren. Voor de doorbraak in de Benelux ligt 8 miljoen dollar op tafel en de Koreaanse moeder offreert betalingsuitstel tot in 1997. “Tegen dan moeten we break-even draaien, ” lacht van Ierssel. Of dat realistisch is ? “Als Koreaanse zakenlui dat zeggen, dan wel, ” weet van Ierssel. Hij leest een citaat voor van Daewoo-baas Kim : “General Motors is een erg kleine groei gewend. Ze begrijpen niet dat verkopen ook met 30 of 50 % kunnen toenemen. “

RON HERMANS

ADRI VAN IERSSEL (DAEWOO MOTOR BELGIUM), MET DE DAEWOO ESPERO In 3 jaar naar top-20 van Belgische autoverkoop.