Sigaretten zijn uit, sigaren zijn in

Melanie De Vrieze Freelance

Tabacofina-Vander Elst sluit zijn sigarettenfabriek in Merksem. Gaat de sigarenfabriek in Leuven dan ook voor de bijl? Niet bepaald. De fabrikant van Corps Diplomatique en Dunhill breidt volgend jaar zelfs de capaciteit van enkele merken uit.

In het statige herenhuis, op een steenworp van het Leuvense station, hangt nog een zweem van negentiende-eeuwse grandeur. Hier legden Alphonse en François Vander Elst in 1886 de grondvesten van sigarenfabriek Vander Elst Frères. Het familiebedrijf kende doorheen zijn geschiedenis de ene overname na de andere. In 1972 kwam Tabacofina-Vander Elst in handen van de Zuid-Afrikaanse groep Rothmans, dat in 1999 zelf werd overgenomen door tabaksreus British American Tobacco ( BAT).

Corps Diplomatique is het paradepaardje van het Leuvense Tabacofina-Vander Elst. In de merkenportefeuille zitten ook nog Don Pablo, Mercator, Schimmelpenninck, Dunhill en Captain Black. De tabak is afkomstig uit Brazilië, Cuba, Indonesië, de Dominicaanse Republiek, de Verenigde Staten en Colombia. “Ons gamma is uitgebreid,” vertelt Peter Manet, die sinds begin november de stoel van algemeen directeur bezet. “De productie van sigaren is een complex gebeuren. Het proces van grondstof tot eindproduct duurt een maand. Vooral het drogen van de halffabrikaten neemt tijd in beslag. Ieder merk heeft ook zijn eigen doosje, inleg en zegel.”

30 miljoen meer sigaren

Tabacofina-Vander Elst exporteert de sigaren naar 73 landen, maar toch blijven België en Luxemburg de grootste afzetmarkten. Samen maken ze 54 % van de omzet uit. Frankrijk en Canada zijn de belangrijkste exportmarkten, met elk 15 %. De voorbije twee jaar steeg het volume sigaren aanzienlijk. “Vorig jaar rolden 460 miljoen sigaren van de lopende band. Dit jaar mikken we op 490 miljoen,” aldus een trotse Manet. Het magische cijfer van een half miljard sigaren komt in de buurt. Schuilt het gevaar van overcapaciteit niet om de hoek, zoals in de sigarettenfabriek van Tabacofina-Vander Elst in Merksem?

Manet schudt heftig van neen. “We bevinden ons in een ander segment. Sigaren zijn een luxeproduct. We maken de sigaren op bestelling, zodat we geen grote voorraad hebben. Een grote voorraad aanleggen is om bedrijfseconomische reden ongunstig door de hoge waarde van de takszegels in een markt die snel wijzigt.”

Het aantal verkochte sigaretten daalde de voorbije jaren aanzienlijk, onder meer door de diverse antirookcampagnes. De Leuvense sigarenfabrikant ondervindt weinig hinder van die campagnes. Het aanbrengen van de gezondheidswaarschuwingen verhoogt wel de complexiteit van het productieproces. “Sigaren zijn niet rechtstreeks het doelwit van de antirookcampagnes,” zegt Manet. “We richten ons specifiek tot volwassenen. Sigaren zijn maatschappelijk ook meer aanvaard dan sigaretten.”

Voor een overheveling van de activiteiten is Manet niet bang. “BAT kan geen enkele garantie geven voor de toekomst, maar Tabacofina-Vander Elst bekleedt een unieke positie binnen het concern. We zijn de enige sigarenfabrikant. Alle kennis en ervaring zit hier in Leuven.”

Geen sigaar voor de directeur

De omzet van Tabacofina-Vander Elst klokte in 1999 af op 18,1 miljoen euro. Dit jaar schat Manet het omzetcijfer op 30 miljoen euro. Het personeelsbestand van 300 werknemers blijft stabiel. Manet verwacht ook de komende jaren groei. Tabacofina-Vander Elst wil de capaciteit van sommige merken uitbreiden. “Volgend jaar maken we 3 miljoen euro vrij voor investeringen,” verklaart Manet. “Daarmee willen we niet alleen onze efficiëntie verbeteren, maar ook de fabriek in stand houden. Het machinepark moet immers permanent onderhouden en vernieuwd worden.”

En rookt Manet ook zelf sigaren? “Nee,” lacht hij. “Misschien zal ik wel een sigaartje opsteken als ik wat ouder en kaler ben.”

Melanie De Vrieze

“Sigaren zijn niet het doelwit van de antirook-campagnes. Ze zijn maat-schappelijk meer aanvaard dan sigaretten.”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content