Siemens wil rendabeler zijn zonder ‘Europees’ karakter te verliezen

Bruno Leijnse Redacteur bij Trends

Siemens is in België vooral bekend om zijn mobieltjes en zijn sponsoring van tennissterren. Maar het conglomeraat waaiert uit van krachtcentrales tot televisie. Heeft het Duitse concern het trouwens niet erg moeilijk? En welke rol krijgen de Belgische vestigingen?

Als Bert Vandenbosch bij Siemens in Huizingen arriveert, rolt hij zijn Steelcase-kastje naar een van de vrije bureaus achter de doorzichtige vlinderschermen. Flexoffice is de Siemens-term voor die manier van werken. Het experiment begon drie jaar geleden, in de tijd dat de Siemens-campus in Huizingen werd opgetrokken, waar nu nagenoeg 1650 mensen werken – en waar 91 jobs bedreigd zijn. Het is niet omwille van tests met flexbureaus, thuiswerk of satellietkantoren, dat Siemens nog niet weggetrokken is uit zijn sombere hoofdzetel aan de Charleroisesteenweg in Brussel, die al twee jaar geleden in een sale-and-leasebackoperatie is verkocht.

Siemens dubt over wat het met twee van zijn belangrijkste divisies moet. De communicatieafdeling Siemens Communications (“Com”, met het vroegere Siemens Atea) omvat sinds 2004 zowel vaste als mobiele telefonie. De divisie is op internationaal vlak nipt winstgevend, maar zou veel sterker presteren zonder de fel verlieslatende mobiele telefoons. De informaticadivisie Siemens Business Services (SBS) heeft op internationaal vlak drie kwartalen met verlies achter de rug.

“Wat nu gebeurt, is niet nieuw,” zegt de Belgische CEO Francis Verheughe over de pogingen van de nieuwe Siemens-topman Klaus Kleinfeld (47) om de winstmarges in alle divisies van de groep internationaal op een aanvaardbaar peil te brengen. “Drie jaar geleden al heeft Siemens uitgetekend waar men per activiteitendomein moest belanden qua winstgevendheid om tegenover concurrenten met dezelfde activiteit tot de topgroep te behoren.” In een aantal van zijn twaalf divisies zijn die doelstellingen gehaald of overtroffen. “In medische technologie, energie en automatisering zijn we heel goed bezig,” vindt Verheughe. Ook de lichtdochter Osram klopt haar doelstellingen.

Nog eens drie divisies zitten op schema. Zeven andere vallen bijna binnen de vooropgestelde resultatenvork. Maar SBS en de mobieltjes van Siemens Com blijven kwakkelen. Hun bedrijfswinstdoelstellingen liggen tussen 8 en 11 % procent voor Com en 5 % tot 6 % voor SBS. In 2004 was de bedrijfswinst 3,1 à 3,2 % voor Com en 0,8 % voor SBS.

Geen Belgisch probleem

De ironie is dat de twee probleemdivisies het in België – waar ze 48 % van de omzet uitmaken – redelijk goed doen. De mobilofoondivisie – in België alleen distributie – is met 12 % in aantal de nummer twee of drie op de Belgische markt. Belgen kopen veel goedkope mobilofoons en de strategische optie van Siemens – volgens sommigen een fout – om zich op de low end te concentreren, zorgt in België voor een mooie positie. Siemens Com is winstgevend en exporteerde vorig boekjaar zelfs 207 miljoen euro (3,5 % meer dan in 2003). Ook SBS maakt winst, zo verzekert algemeen directeur Alexander Dewulf, ondanks de omzetdaling na de beëindiging van het massieve outsourcingcontract met het ministerie van de Vlaamse Gemeenschap, dat in 2004 naar EDS-Telindus ging.

In het algemeen heeft Siemens Belux geen slecht jaar achter de rug. De winst na belasting verdubbelde ruim, van 21 naar 48 miljoen euro. “Het scenario vandaag blijft dat die twee divisies hun huiswerk moeten maken en hun problemen oplossen,” zegt Verheughe. “Als het niet alleen lukt, dan maar samen met iemand anders. Als dat niet kan, moeten we ons daarvan afscheiden. Maar vandaag is het nog altijd: los het zelf op.”

Lothar Pauly, de rijzige gsm-tsaar van Siemens, liet in Hannover weten dat hij een kostenbesparing van miljoenen euro “in drie cijfers” doorvoert en tegelijk dit jaar vijftien nieuwe mobieltjes op de markt brengt, waaronder de eerste twee UMTS-telefoons. Het klinkt mooi, maar Nokia en Motorola plannen dit jaar elk tien tot vijftien 3G-modellen en Siemens was eind 2004 al teruggezakt tot nummer vijf, aldus marktonderzoeker Gartner.

Liever worst dan biefstuk

Dertien jaar heeft Heinrich von Pierer de reusachtige groep met 75 miljard euro omzet en 434.000 werknemers bijeengehouden, tegen de spreekkoren van beursanalisten in, die eisten dat hij aandeelhouderswaarde zou creëren. Von Pierer (64) kiest worst boven biefstuk, wordt wel eens een sociaal romanticus genoemd en houdt van conservatieve waarden zoals trouw. Hele levens spelen zich nog binnen Siemens af. Topmanagers zijn van eigen kweek. En hoewel marathonloper Klaus Kleinfeld, die hem op 27 januari 2005 opvolgde, de topjob won dankzij zijn succesvolle saneringswerk in de VS, lijkt hij de lijn van Von Pierer (nu bestuursvoorzitter) te zullen voortzetten. De Rolex, die op de eerste foto’s van de nieuwe topman nog te zien was, is op latere versies digitaal verwijderd.

Beursanalisten hebben het er moeilijk mee. “Een drastische herziening van de portefeuille (en niet alleen van de probleemdivisies), een efficiëntere balans en een agressievere herstructurering zouden kunnen leiden tot een veel hogere waarde voor de groep,” zucht analist Bram Cornelisse van Merrill Lynch. Hij vreest dat Klaus Kleinfeld weer een maat voor niets wordt.

In ruil voor de Duitse tewerkstelling en Europese waarden, eiste Von Pierer in juni 2004 wel meer flexibiliteit en lagere kosten. In juli 2004 won hij de krachtmeting om de 35-urenweek bij Siemens tot 40 op te trekken. De achterban van vakbond IG Metall bleek “liever 40 uren per week te werken, dan 35 uur per week thuis te zitten.”

Geen Belgische productie

Siemens Belux staat voor 1,63 % van de omzet van de groep Siemens. Met zijn 55 is Francis Verheughe acht jaar ouder dan Klaus Kleinfeld en zeven jaar ouder dan Johannes Feldmayer, waaraan hij in de Zentralvorstand (het directiecomité) rapporteert. Met 28 jaar dienst, waarvan zeven jaar aan de top, heeft Francis Verheughe zich de cultuur onder Von Pierer helemaal eigen gemaakt. Hij verafschuwt de Amerikaanse aanpak die louter naar de financials kijkt. Maar de economie heeft haar rechten. Er is geen Belgische productie meer. De plaatslagerij en kunststofbewerking in Lanklaar is in 1999 aan de Airo-groep van Luc Thijs verkocht. De elektromechanische componenten van Siemens Oostkamp gingen datzelfde jaar naar Tyco. BCB Oostkamp, precisie-assemblage voor militairen en luchtvaart, verdween in 2002 naar Eads Systems and Defense Electronics. Fabricage was in Herentals al in de jaren negentig vrijwel helemaal afgebouwd.

Niet alleen in productie is geknipt. Uitgaven voor onderzoek en ontwikkeling zijn de jongste drie jaar teruggevallen van 100,5 naar 46,8 miljoen euro, het grootste deel in boekjaar 2004 (dat loopt tot 30 september). De ineenstorting van de telecommarkt zorgde voor een dijkbreuk. “In telecomoplossingen voor operatoren viel de omzet terug tot minder dan de helft. Een aantal opdrachten werd verschoven naar landen met een lagere kostenstructuur. Daarom moest 60 % van de R&D weg. Dat was gewoon mathematica,” zegt Tony Verbeke, de CEO van het toenmalige Siemens Atea, die intussen met pensioen is.

Almaar efficiëntere organisatie

België en Siemens brachten het er – zeker in vergelijking met Alcatel, Lucent of Nortel – nog redelijk vanaf, vindt Francis Verheughe. “Wij zijn erin geslaagd om als een van de weinige hogekostenlanden (uiteraard naast Duitsland) een ontwikkelingscentrum te behouden met nog meer dan 300 mensen ( nvdr – een van de drie in Europa).”

Herentals en Bergen gingen vanaf september 2004 een uur langer werken, 38 uur. Het experiment wordt nu geëvalueerd, maar Verheughe twijfelt niet aan het resultaat. “Het heeft onze kosten verlaagd, maar het heeft vooral een enorme psychologische impact gehad. Als time to market zo belangrijk wordt – en zo kort – is flexibiliteit psychologisch enorm belangrijk. München voelde dat onze mensen bereid zijn er een keer hard tegenaan te gaan. We zijn in de waardering van Siemens geklommen.” En Siemens hield woord. Dirk Wauters, de opvolger van Tony Verbeke: “We hebben in veel nieuwe onderzoeksdomeinen opnieuw kunnen opbouwen.”

Het wordt wel een steeds kleiner Siemens. In 2001 had de groep nog 35 vestigingen in Belux. Vandaag zijn dat er, satellietkantoren buiten beschouwing gelaten, nog tien. En dat is nog te veel, vindt Verheughe. De grens ligt bij de doelstelling om “in de drie regio’s vertegenwoordigd te blijven”. Maar het kan efficiënter: van 160.000 vierkante meter wil Siemens naar 80.000. Dat moet over vijf jaar, tot 2007, 10 miljoen euro besparingen opleveren. De grauwe hoofdzetel op de Charleroi- sesteenweg in Sint-Gillis is in boekjaar 2003 al verkocht en teruggehuurd (met een eenmalige winst van 17 miljoen euro). “Het is de bedoeling dat we hier op termijn verhuizen, maar er is geen dringende nood,” zegt Verheughe. En dan is er nog Herentals, de fabriek waarin nu research wordt gedaan. “We blijven in de regio. We kijken uit naar een gebouw dat meer is aangepast voor research en engineering.”

De grootste vestigingen zijn intussen de vier complexen in Huizingen, waar het corporate Siemens-grijs doorbroken wordt door hip geel en blauw in het bedrijfsrestaurant. In 2004 verhuisden de vestigingen van Siemens Building Technologies (ontstaan uit de overnames van Cerberus, Landis & Staefa en Alarmcom) naar Huizingen. Verheughe: “Dat moet één bedrijf worden, één cultuur. Die oefening is aan de gang.” Ze zou vijftien ontslagen kosten. SBT is trouwens een van die afdelingen die hun doelstellingen niet halen. Nog eens 55 van de 91 banen die Siemens in Huizingen wil schrappen (daarover wordt momenteel onderhandeld) vallen onder de onderhoudstechnici van de bedrijfstelefooncentrales, die geleidelijk door IP-centrales worden vervangen en minder onderhoud vergen. De rest is bezuiniging op centrale diensten.

Tegelijk heeft Siemens Business Services in Huizingen een volledig vernieuwd datacenter ingericht (dat binnenkort officieel opengaat), waardoor het de concurrentie aankan met Getronics, Telindus, Belgacom en andere leveranciers van managed services.

Nieuwe klantenstrategie

Als Francis Verheughe saneert – zeven herstructureringen in een kleine vijf jaar – dan gebeurt dat met een oog voor groei. Op dat punt verwacht hij veel van het Go for One-project, bekend als Siemens One. Een structuur van onafhankelijke entiteiten (zoals die meer dan tien jaar geleden bij Siemens was opgezet) is makkelijk te beheren, maar laat kansen liggen, meent Verheughe. “Je hebt minder focus op de domeinen waar die bedrijven een beetje in elkaar overlopen. Als je niet oplet, heb je twee bedrijven met twee benaderingen naar de markt en geen koepel erover.”

Dat is Siemens nu aan het repareren, ook al onder druk van de samenvloeiing tussen informatica en communicatie in de markt. In de praktijk heeft Siemens nu 30 tot 40 algemene accountmanagers voor grote individuele klanten. Het pakt ook de sectoren aan: ziekenhuizen, openbare diensten, beveiligingsdiensten, vlieghavens, voetbalstadions. Die moeten een beroep kunnen doen op een geïntegreerd aanbod. “Niet zo’n vijftien zaken die aan elkaar gebreid moeten worden, maar werkelijk goed geïntegreerd,” beklemtoont Verheughe. “We hebben de belangrijkste klanten in kaart gebracht: wat is het potentieel voor Siemens en wat hebben we vandaag? We zijn eerst gestart met de banksector ( nvdr – Fortis was de eerste klant, KBC, ING, Dexia volgden), nu zijn we volop bezig de ziekenhuizen en de beveiligingssector te ontwikkelen.” Die aanpak levert omzetstijgingen van 20 tot 30 % op in markten die in doorsnee maar 3 tot 4 % groeien, aldus Verheughe. “Dat bewijst dat de markt daar werkelijk op reageert.” Fortis wou geen commentaar geven.

Blijven diversifiëren

Siemens blijft verder diversifiëren, ook met de hulp van zijn 13 miljard euro cash. De acquisitie van US Filter in 2004 in de VS maakte Siemens meteen nummer drie in waterbehandeling. En de overname van BBC Technologies voor 2,7 miljard euro maakt Siemens meteen een aanzienlijke speler in multimedia. Siemens levert ook al het idtv-platform voor Belgacom TV. De nieuwe tak valt overigens onder SBS, dat in België een mediacel opzet.

In een verdere uitwerking van Siemens One, besliste Klaus Kleinfeld in februari 2005 dat hij alle eigen informatica aan SBS zou uitbesteden en op één platform laten stroomlijnen. Tot dusver deed SBS slechts zowat de helft.

Precies omdat SBS en Com zo cruciaal zijn in de strategie Siemens One, is het onwaarschijnlijk dat er drastische ingrepen komen. “Siemens Com en SBS zijn zeer complementair,” zeggen Dewulf en Wauters.

In het algemeen wordt erop gespeculeerd – ook binnen Siemens – dat er naar een partner wordt gezocht. Voor SBS worden in de pers Fujitsu Siemens Computers of Atos Origin genoemd, voor de Mobile Devices – na sanering – gaan de speculaties richting Huawei of Motorola. In afwachting van een oplossing, staan de plannen van Francis Verheughe voor een nieuw hoofdkantoor op wachtmuziek.

Bruno Leijnse

Als Francis Verheughe saneert – zeven herstructureringen in een kleine vijf jaar – dan gebeurt dat met een oog voor groei.

De Rolex, die op de eerste foto’s van de nieuwe topman Klaus Kleinfeld nog te zien was, is op latere versies digitaal verwijderd.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content