Scherven vragen geduld

Elien Haentjens Elien Haentjens volgt voor Knack.be/cultuur de actualiteit op het vlak van beeldende kunsten, erfgoed, podiumkunsten en klassieke muziek op de voet.

Glasscherven proper maken zodat de tekening weer zichtbaar wordt, en ze dan in elkaar puzzelen tot het object opnieuw vorm krijgt. Op zoek naar een verhaal, net als een detective. Precies dat vindt restauratrice Nicole Minten zo boeiend aan haar job.

Geduld. Als je als restauratrice van archeologisch glas over één eigenschap moet beschikken, dan is het die wel. Al spelen ook een passie voor het verleden, en de nieuwsgierigheid om dat verleden stukje voor stukje opnieuw zichtbaar te maken een rol. Dankzij die eigenschappen is Nicole Minten uitgegroeid tot een autoriteit in de restauratie van archeologisch glas, en dan vooral holglas of driedimensioneel glas.

De afgelopen vier jaar heeft Nicole Minten al haar geduld en nieuwsgierigheid kunnen gebruiken voor de restauratie van de meer dan 8475 scherven van Abdij Ten Duinen in Koksijde. “Het gaat om een enorme collectie archeologisch vlakglas van tussen de dertiende en de zestiende eeuw, die in de loop van ruim vijftig jaar zijn opgegraven”, legt Minten uit. “Er waren dus niet veel gegevens voorhanden. Hoewel het om vlakglas of tweedimensionaal glas gaat, zijn ze door het archeologische aspect toch bij mij terechtgekomen.”

Scherfje voor scherfje heeft ze gereinigd om de afbeeldingen weer zichtbaar te maken. “Ik was soms tot veertig minuten met één scherf bezig. Door de slechte manier van bewaren, hadden de stukken heel wat schade geleden. Vooral coatings die op afbrokkelende glasoppervlakken gezet waren, bleken vaak erg moeilijk te verwijderen”, zegt Minten. “Daarnaast heb ik tijdens alle scherven genummerd, gefotografeerd en gedocumenteerd. Ik haalde een gemiddelde van 4,5 scherf per uur. Je kan je inbeelden hoeveel uren ik bezig ben geweest.”

Maar het werk loont. “Hoewel het een beetje de omgekeerde manier van werken is, heb ik met mijn research naar de scherven wel de basis gelegd voor het verdere onderzoek, en op termijn ook de ontsluiting van de collectie voor het publiek”, verklaart Minten. “Voor een museum is het niet eenvoudig in een project als dit te investeren. Daarom verdient dit initiatief bewondering. Hilde Wouters heeft de collectie herontdekt tijdens het onderzoek voor haar doctoraat. Ze heeft Ten Duinen gewezen op de kwaliteit, en er mede met hen voor gezorgd dat er budget vrijkwam voor de restauratie.”

Alles in een zak

Een goede restauratie begint eigenlijk al vanaf het moment dat de scherf wordt opgegraven, maar daar loopt het weleens mis. “Dat sommige archeologen de scherven nog steeds niet in water bewaren, maar zelfs gewoon soms allemaal samen in een zak bijeengooien, kan ik niet begrijpen. Voor ons maakt dat een wereld van verschil. Het water zorgt ervoor dat de vloeistof die in het glas zit niet verdampt, het houdt de scherf dus samen. Als de scherf blootgesteld is aan de lucht, zullen er schilfers loskomen van het oppervlak of erger, er zullen delen beginnen af te brokkelen.”

Nadat Nicole Minten het glas in haar atelier weer stabiel heeft gemaakt, begint het meest uitdagende werk: “Op basis van onder meer vorm, decoratie, breukvlakken of luchtbellen probeer ik de stukjes terug bij elkaar te brengen. Ik puzzel tot er opnieuw een object ontstaat. Vervolgens plak ik eerst alles met kleine stukjes plakband aan elkaar, waarna ik druppeltjes lijm aanbreng. Dat vergt heel veel geduld en precisiewerk, maar daar hou ik van. Dan voel ik me een beetje een detective. Maar als ik een hele dag scherven aan het reinigen ben, heb ik er wel nood aan om af en toe eens goed uit te freaken op muziek. Hier aan de deur, zodat de buren me niet zien”, lacht Minten.

Het is evenwel niet de bedoeling dat er aan het einde van de rit een object staat dat er als nieuw uitziet. “Ik ben tegen het nodeloos aanvullen van objecten, zoals sommige grote instellingen zoals The Metropolitan Museum in New York doen”, stelt ze. “Volgens archeologische normen is een object compleet als je de vorm opnieuw kan herkennen. Ik ben het met die opvatting eens. Ik ga ervan uit dat mensen hun fantasie ook nog kunnen gebruiken om het object te vervolledigen. Bovendien vind ik het belangrijk de fragiliteit te benadrukken, zodat mensen kunnen zien dat een object gebruikt is en een geschiedenis in zich draagt.”

Weinig concurrentie

Nu het titanenwerk voor Ten Duinen erop zit, heeft Minten opnieuw tijd voor andere projecten. “Ik ben bezig met drie archeologische opgravingen in Mechelen: die van het Hof van Busleyden, van de Euroshopping en van het Lorettenklooster. Daarnaast werk ik samen met een kunsthistoricus, een textiel- en een houtspecialist aan een reliekschrijn uit de Carolus Borromeuskerk in Antwerpen. De buitenzijde ervan is volledig beplakt met glas, maar het is een vreemd ding waardoor niemand van ons het kan dateren. Werk heb ik dus meer dan genoeg. De traditie voor de restauratie van holglas is in België vrij beperkt. Ik heb dus weinig concurrentie.”

ELIEN HAENTJENS

“Ik ga ervan uit dat mensen hun fantasie nog kunnen gebruiken om het object te vervolledigen”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content