Ruzie over kwaliteitslabel

Beama lanceert een label voor duurzaam en maatschappelijk verantwoord investeren. Volgens Netwerk Vlaanderen is het keurmerk echter een miskleun. Door de verkiezingen is het overleg stilgevallen.

Op de kritiek van Netwerk Vlaanderen dat het nieuwe label voor duurzaam en maatschappelijk verantwoord investeren (DMVI) een miskleun is, antwoordt Erwin Schoeters, voorzitter van de Belgian Asset Managers Association (Beama): “Wij zijn vragende partij voor verdere professionalisering. Tot nu toe bestond er geen DVMI-norm in België. Nu beschikken we over een concreet keurmerk voor een niche, dat toch al meer dan 8 miljard euro – goed voor 7 % van de totale fondsenmarkt – in beslag neemt. Ons DMVI-label is gebaseerd op de internationaal erkende principes van de United Nations Global Compact. Daarnaast vindt er nog een extra doorlichting plaats op basis van minstens een van de vijf DMVI-strategieën ( best-in-classmethode, thematische invalshoek, normatieve screening, uitsluiting om ethische redenen en engagement aandeelhouders). In volledige transparantie zal BEAMA de lopende gesprekken met de betrokken partijen voortzetten.”

Toch voelt Netwerk Vlaanderen zich in snelheid gepasseerd. Volgens de vzw ter promotie van anders omgaan met geld riskeert de belegger, die in een fonds met DMVI-label van Beama investeert, echter bedrogen uit te komen. Woordvoerder Luc Weyn: “Zowel inhoudelijk als vormelijk stelt het keurmerk niet veel voor. Zo legt Global Compact alleen respect voor mensenrechten en milieu op, maar bepaalt het niet hoe de bedrijven die basisprincipes moeten invullen. De norm van de Verenigde Naties beperkt zich tot een algemeen kader met aanbevelingen en goede voorbeelden.”

Overleg binnen Belsif

Bovendien geeft het DMVI-label van Beama geen garantie dat hardnekkige milieuvervuilers en schenders van mensenrechten uitgesloten zullen worden, aldus Netwerk Vlaanderen. Ook bevat Global Compact geen verbod op de wapenindustrie.

“Onafhankelijke controleurs verifiëren of de betrokken fondsen aan de criteria van DMVI voldoen”, repliceert Schoeters: “De beheerders bevestigen ieder trimester de noodzakelijke attesten.” Weyn vindt echter dat die methode grote tekorten vertoont: “Beama laat de controle uitvoeren door een adviesraad die afhankelijk is van de productverantwoordelijken. Bovendien voorziet de vereiste rapportering geen verplichte publicatie van de geselecteerde bedrijven. Niemand heeft zicht op de gestructureerde producten die in de beleggingsfondsen zitten.”

Ondertussen onderhandelen Beama, banken en ngo’s in het raam van het Belgisch Forum voor Duurzaam en Maatschappelijk Verantwoord Investeren (Belsif) al meer dan een jaar over de realisatie van een onafhankelijke kwaliteitsgarantie voor DMVI. Weyn: “Net nu de overheid haar steun betuigt voor de ontwikkeling van een wettelijke DMVI-norm, pakt Beama uit met een eigen label. Zo tracht de beroepsfederatie het signaal te geven dat de sector zelf orde op zaken kan stellen zonder rekening te houden met het middenveld. Het halfbakken resultaat toont echter aan dat de overheid het initiatief moet nemen om de consumenten te beschermen.”

Timothy Verhoest, kabinetsmedewerker van federaal minister Van Quickenborne, bevestigt: “Op 25 maart 2010 keurde de ministerraad de nota rond maatschappelijk verantwoord investeren goed. Daarin krijgt de CBFA de taak de DMVI-criteria te bepalen, te controleren en zo nodig te sanctioneren. Na advies van de Koning Boudewijnstichting zal een KB de spelregels, gebaseerd op transparantie en goed bestuur, vastleggen. Door de val van de federale regering ligt dat project voorlopig stil.” (C)

Door Eric Pompen

“De overheid moet het initiatief nemen om de consumenten te beschermen.”

Luc Weyn, Netwerk Vlaanderen

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content