‘Responsabilisering is goed voor Brussel en Wallonië’

Een vol jaar na de federale verkiezingen ziet de Waalse economieprofessor Francis Bismans een confederaal België als enige uitweg. “Op termijn zullen de Franstaligen daar niet armer van worden.”

Francis Bismans, professor economie aan de Franse universiteit Nancy2, is een dwarsligger. In een recent themanummer van het maandblad ‘ Politique, revue des débats’ over het Waalse marshallplan, schreef hij de nog vrij beperkte resultaten ervan toe “aan ontoereikende bevoegdheden en onvoldoende financiële middelen van het Waals Gewest”. Bismans ziet maar één uitweg voor de politieke en economische verlamming van dit land: een verregaande staatshervorming op basis van artikel 35 van de grondwet.

Het komt erop neer dat de Belgische staat uitgekleed wordt tot het strikte minimum en dat de meest ruime bevoegdheden en financiële middelen overgaan naar twee deelstaten die dan ten volle verantwoordelijk zijn voor hun eigen sociaaleconomische beleid. Consequent houdt die stelling de opdeling in van de overheidsschuld en van de sociale zekerheid.

Om zijn betoog kracht bij te zetten, haalt Bismans er een boekje bij uit 1973 met de titel ‘ Quelle Wallonie? Quel socialisme?’ Het vertolkt de toenmalige standpunten van ‘la gauche syndicale’. Bij de materies die volgens zowel de socialistische als de christelijke vakbond geregionaliseerd moeten worden, staat zwart op wit ook de sociale zekerheid. Bijgevolg vindt hij zichzelf geen roepende in de woestijn. Misschien zijn zulke uitgesproken standpunten vandaag ietwat ondergesneeuwd onder het gewicht van de Parti Socialiste (PS), niettemin is Bismans ervan overtuigd dat de situatie snel kan omslaan naar een confederale consensus, ook in Franstalig België.

Bismans verwacht dat het Franstalige politieke landschap zich weleens sneller dan verwacht zou kunnen hertekenen. “Mijn analyse, en die van almaar meer Waalse intellectuelen, is dat we sinds 2007 een regimecrisis beleven. Aanvankelijk onderhuids, maar steeds manifester. Als na één jaar onderhandelen geen federale regering gevormd kan worden, is het toch evident dat we naar een radicale, structurele hervorming moeten gaan.”

Francis Bismans bestempelt zichzelf als een wetenschapper die in de politiek verzeild is geraakt. In 2000 werd hij uit de PS gezet na een poging om met Jacques Yerna, oud-voorzitter van de Mouvement Populaire Wallon, een uitgesproken linkse koers te varen.

FRANCIS BISMANS. “Het Waalse mar-shallplan is een perfecte illustratie. Men injecteert over tien jaar drie miljard euro in de Waalse economie. Of minder dan 300 miljoen per jaar, ruwweg 0,25 procent van het Waals regionaal product. Met welk resultaat? De Waalse economische groei blijft onder het Belgische gemiddelde en van de Caisse d’Investissement de la Wallonie is twee jaar na de opstart niets in huis gekomen. Ik pleit voor de maximale overdracht van bevoegdheden naar de twee deelstaten. Wallonië stemt links, Vlaanderen kiest voor een rechts, liberaal economisch beleid. Water en vuur.”

Franstalige politici lijken enkel bereid om de deelstaten verantwoordelijk te maken voor de uitgaven, maar niet voor de inkomsten.

BISMANS. “De financiering van gewesten en gemeenschappen stemt grosso modo overeen met de lokaliseerbare personenbelasting. Welnu, daarvan ontvangt Vlaanderen met een regionaal product van 58 procent volgens de cijfers van 2003 ongeveer 64 procent. Ik weet, er zijn bijkomende mechanismen van nationale solidariteit, maar zeggen dat Brussel en Wallonië met de grootste brok gaan lopen, klopt niet.

“Volgens de cijfers van 2009 gaat 42 procent van de sociale zekerheid naar pensioenen, goed voor 32 miljard euro; de gezondheidszorg is 23 miljard, de werkloosheid 6,8 miljard en kinderbijslag 5,6 miljard. Bij een regionalisering van de pensioenen zijn Brussel en Wallonië, gelet op de demografische evoluties, op termijn beter af. Waals minister-president Rudy Demotte staat open voor een responsabilisering van het arbeidsmarktbeleid. Waarom zouden we over de rest niet tot een akkoord kunnen komen?”

U wil zelfs de verantwoordelijkheid voor de overheidsschuld regionaliseren?

BISMANS. “De financiële stromen, daar is het de Vlamingen telkens om te doen. Wel, laten we ten gronde gaan. Laten we de personenbelasting innen waar iemand zijn beroepsactiviteit uitoefent en de vennootschapsbelasting waar de hoofdzetel gevestigd is. Criteria voor de opdeling van de overheidsschuld kunnen het inwonersaantal zijn of het aandeel in het bruto binnenlands product.

“Ik baseer mij voor de opdeling van de Belgische staatsschuld op het bruto binnenlands product en het netto te financieren saldo. Dat laatste is het verschil tussen de totale inkomsten en uitgaven van de staat, met inbegrip van de rentelasten op de schuld en zonder de afschrijving van de openbare schuld. Dat zou een hele berekening vergen, maar ik sta niet alleen met deze zienswijze; ze wordt onder meer gedeeld door Robert Deschamps van de Hoge Raad voor Financiën. Het saldo wordt gefinancierd met leningen en moet, na opdeling van de schuld, dezelfde evenredigheid vertegenwoordigen van het Vlaamse bbp en van de deelstaat Brussel-Wallonië. Bij toepassing van dit criterium, waar ethisch niets op aan te merken valt, komen we tot een opdeling van ongeveer 75 procent voor Vlaanderen en 25 procent voor Wallonië en Brussel samen.”

Uw confederalisme omarmt ten volle de Fédération Wallonie-Bruxelles en staat mijlenver van het N-VA-concept?

BISMANS. “Het statuut van Brussel is het eeuwige struikelblok. Wanneer N-VA het over twee deelstaten heeft, denkt ze inderdaad aan Vlaanderen en Wallonië die zich samen ontfermen over Brussel. Franstaligen vullen het begrip ‘deelstaat’ anders in: twee staten op basis van drie gewesten, dus de Vlaamse deelstaat enerzijds en de deelstaat Brussel-Wallonië anderzijds. Ik geef toe dat dit concept gegroeid is uit reactie, toen Franstalig België begon na te denken over een plan B.”

U doceert ook de speltheorie aan de universiteit. Dat zit duidelijk in uw confederaal schema.

BISMANS. “Wie het meeste geduld opbrengt, verkrijgt het beste resultaat ( lacht). De discussie over de transfers is grotendeels statistisch. In de mate dat ik een volledige financiële responsabilisering bepleit, gekoppeld aan de overheveling naar de twee deelstaten van alle competenties inzake macro-economisch beleid, is het probleem van de transfers toch opgelost.

“De staat Brussel-Wallonië zal dan beleidskeuzes moeten maken waardoor hij zichzelf uit een economisch moeilijke situatie kan opwerken. Let wel, het wordt voor iedereen een harde noot om te kraken. Want zodra we over een doorgedreven confederaal model onderhandelen, zullen de ratingbureaus de Belgische overheidsschuld degraderen. Hoe dan ook komt het erop aan de deelstaten middelen en hefbomen te geven om zich los te werken uit de vicieuze cirkel van de schuld. En dat kan alleen als ze zelf een beleid kunnen voeren waarmee ze een hogere economische groei realiseren dan de gemiddelde rente op hun schuld.”

Franstalige politici hoeven niet bang te zijn voor ‘ un appauvrissement’?

BISMANS. “Nogmaals, op korte termijn zullen de Vlaamse staat en Brussel-Wallonië harde tijden kennen onder dreiging van de financiële markten. De staat Brussel-Wallonië moet mijns inziens de capaciteit hebben om er zich binnen de vijf jaar bovenop te werken.”

In uw confederalisme verliest Brussel zijn hoofdstedelijke legitimiteit. Vele Vlamingen hebben een afkeer van Brussel, maar de liefde tussen Brusselaars en Walen lijkt vrij utopisch?

BISMANS. “Als de Vlaamse meerderheid in het Belgische parlement eenzijdig de splitsing goedkeurt van de kieskring Brussel-Halle-Vilvoorde – en dat zou perfect democratisch zijn -, zijn de politieke gevolgen niet te overzien. Dan kom je tot een boedelscheiding, maar in de slechtst mogelijke omstandigheden. Laten we dus meteen onderhandelen over een confederaal systeem. Ik zie de Brusselaars hierin meestappen, ook al dromen sommigen van een Europees district. Een district of Columbia tot stand brengen in Brussel is niet vanzelfsprekend, want de Europese Unie is geen Verenigde Staten.”

Waar liggen de grenzen van de staat Brussel-Wallonië? Wat doet u met de Brusselse Vlamingen? En wat als de Europese instellingen, Vlaamse ambtenaren en bedrijven uit Brussel wegtrekken?

BISMANS. “Volgens de jongste cijfers zouden er 53.000 Vlamingen in Brussel wonen of ongeveer 5,3 procent van het miljoen inwoners. Die Vlamingen kregen in de Brusselse regering pariteit in ruil voor pariteit voor de Franstaligen in de federale regering. Wanneer de hele Belgische structuur ondersteboven wordt gekeerd, is het logisch dat daar een einde aan komt. Mijns inziens kan je de historische Vlaamse aanwezigheid in Brussel niet gelijkstellen met geïmmigreerde minderheden, maar daar moeten de Brusselaars zich over uitspreken.

“Het is mogelijk dat Brussel binnen zijn huidige grenzen blijft, dat KBC en ande-re hun hoofdzetel naar Vlaanderen overbrengen. Feit is dat we na vijf staatshervormingen sinds 1971 op een punt zijn aanbeland dat de Belgische constructie haar limieten heeft bereikt. Hoe geraak je uit die impasse? De N-VA heeft het politieke landschap in België compleet veranderd. Te meer omdat andere Vlaamse partijen standpunten van de N-VA overnemen. Als die partij erin slaagt haar politieke invloed te consolideren, moeten Brussel en Wallonië wel conclusies trekken.”

Zoals het omvormen van de Fédération Wallonie-Bruxelles tot de deelstaat Wallo-Brux?

BISMANS. “In de periode 1968-’74 wierp het Rassemblement wallon (RW) zich op als een overkoepelende formatie die, los van allerlei andere politieke overtuigingen, streefde naar federalisme. Ik denk dat een gelijkaardige situatie aan het ontstaan is. Dissidenten uit cdH, FDF, Ecolo en de PS kunnen elkaar vinden onder de koepel Wallonie-Bruxelles. Het Brusselse FDF neemt steeds vaker andere standpunten in dan de MR en zoekt aanknopingspunten in Wallonië.

“Voeg bovenop de politiek onstabiele situatie in België een aanhoudende economische onzekerheid en we zouden wel- eens snel verrassende verschuivingen kunnen meemaken. In een context van Belgische institutionele blokkering en een broos economisch herstel internationaal is het best denkbaar dat in Franstalig België dissidenten uit verschillende horizonten uiteindelijk kiezen voor een radicale ommekeer.”

Lees De meerwaarde van Brussel, blz. 16 opinie

ERIK BRUYLAND, FOTOGRAFIE MICHEL WIEGANDT

“Laten we de personenbelasting innen waar iemand zijn beroepsactiviteit uitoefent en de vennootschapsbelasting waar de hoofdzetel gevestigd is”

“Na vijf staatshervormingen heeft de Belgische constructie haar limieten bereikt”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content