‘Renteverhoging was unaniem’

De ECB wil zich niet vastpinnen op het tijdstip en de omvang van de volgende renteverhoging, maar het is duidelijk dat de marsrichting naar omhoog is. Luc Coene legt uit waarom de ECB vorige week het startschot gaf voor een stijgende beleidsrente.

Zoals aangekondigd door voorzitter Jean-Claude Trichet verhoogde de Europese Centrale Bank (ECB) vorige week voor een eerste keer de beleidsrente met 25 basispunten, tot 1,25 procent. Alle 23 leden van de raad van bestuur van de ECB stemden voor de renteverhoging, dus ook de vertegenwoordigers uit fel geplaagde landen als Griekenland, Ierland en Portugal. Luc Coene is als kersvers gouverneur van de Nationale Bank van België een van die 23 en geeft meer uitleg van bij het beleid van de ECB.

LUC COENE. “De ECB zal zich nooit op voorhand engageren of vastpinnen, zoals voorzitter Jean-Claude Trichet vorige week ook duidelijk heeft gesteld. We bekijken dat stap voor stap, in functie van wat de volgende maanden gebeurt. Maar het mag duidelijk zijn dat deze eerste renteverhoging geen totaal geïsoleerde beslissing is. Gegeven de toenemende inflatiedruk in het eurogebied moet de rente volgen, want anders zou ons beleid in toenemende mate ‘accommoderend’ (om de economie een duwtje in de rug te geven, nvdr) zijn. Een toenemende kloof tussen inflatie en beleidsrente zou problematisch worden. Een beleidsrente van 1 procent was duidelijk te soepel geworden. We willen de rente dus weer naar een normaal niveau brengen.”

De inflatie in het eurogebeid bedroeg in maart 2,6 procent. Bij een beleidsrente van 1,25 procent geeft dat een negatieve reële rente van -1,35 procent. Door de goede conjunctuur lijkt een reële rente van 0 procent meer aangewezen?

COENE. “Jean-Claude Trichet gaf aan dat het monetaire beleid soepel en ondersteunend blijft voor de economische groei en de werkgelegenheid. Dat is een duidelijk signaal dat dit geen eenmalige renteverhoging was.”

Die inflatiedruk is vooral grondstofgedreven, terwijl de onderliggende inflatie laag blijft. Moet de ECB reageren op dit type van inflatie?

COENE. “Toch wel. We hebben een aantal jaren geleden hetzelfde meegemaakt. Er ontstond door stijgende grondstoffenprijzen aanvankelijk niet meer dan een molshoop in de prijsevolutie, maar naarmate de maanden voorbijgingen, werd deze molshoop steeds groter, tot we op een gegeven moment tegen een inflatieberg aankeken, en dat voor een langere periode. Dat risico willen we niet meer nemen. We denken dat de economische heropleving stevig is, en dus niet ineens stil zal vallen. Daarom kunnen we niet wachten tot het te laat is, wanneer hogere inflatieverwachtingen zich vertalen in effectieve prijsstijgingen. En we zien in die eurozone een duidelijk opwaartse inflatiebeweging. En er zit nog heel wat inflatie in de pijplijn, die zich de volgende maanden zal manifesteren. Er zijn de gestegen grondstoffenprijzen en de intenties van de bedrijfsleiders om prijzen te verhogen. Maar ook hogere indirecte belastingen in diverse landen zullen de prijzen omhoogduwen.”

De stijgende euro is een hulpmiddel om de factuur voor de grondstoffen en dus de inflatie af te remmen, maar is geen cadeau voor het Europese herstel?

COENE. “Juist, maar de financiële markten houden al rekening met een aantal renteverhogingen. We gaan er daarom van uit dat die renteverhogingen ook al in de wisselkoers zitten.”

Maar als de Amerikaanse centrale bank (Fed) eventueel een derde golf van monetaire versoepeling op het getouw zet en nog meer verse dollars drukt, is de spanning tussen het Amerikaanse en Europese beleid dan nog houdbaar?

COENE. “Dat evalueren we dan op dat moment. Daarom pinnen we ons ook niet op voorhand vast op een schema om de rente te verhogen. We geven de richting aan, maar we houden de handen vrij, zowel voor het tijdstip als de omvang.”

De kernlanden uit het eurogebied hebben nood aan een hogere beleidsrente, en de periferie aan een lagere beleidsrente dan de 1,25 procent van vandaag. Kun je met die ene rentevoet de hele eurozone beheren?

COENE. “De beslissingen van de ECB worden altijd genomen met als uitgangspunt de eurozone als geheel. Het totale plaatje bepaalt het beleid, niet specifieke problemen in een bepaald land. De gevolgen van een renteverhoging voor elk land afzonderlijk zijn natuurlijk een ander paar mouwen. Dat moet met andere instrumenten opgevangen worden. Trouwens, aan het beleid dat de noodlijdende banken en landen voorziet van de nodige liquiditeit hebben we niet geraakt. Die hulplijnen, specifiek bedoeld voor landen in nood, blijven onveranderd open. Hoopgevend is dat de financiële markten de jongste weken een onderscheid maakten tussen de drie zwakke landen en de rest van het eurogebied. Het besmettingsgevaar is serieus verminderd, onder meer dankzij de maatregelen die Spanje genomen heeft.”

Is het nieuwe competitiviteitspact als politieke bovenbouw voldoende om de euro overlevingskansen op lange termijn te geven?

COENE. “Het is onvoldoende, maar het gaat wel in de goede richting. Er komen procedures en pacten die druk leggen op de landen om hun zaken op orde te stellen, maar dat proces verloopt nog niet automatisch en de sancties zijn nog niet voldoende. Er zijn nog te veel mogelijkheden voor politieke arbitrage. En dat is altijd gevaarlijk, want als je begint af te wijken van principes, zit je op een zeer glibberig pad. De eerste jaren zal dat nog niet het geval zijn, omdat iedereen nog het trauma van de crisis meedraagt. De fouten kunnen echter herhaald worden als een nieuwe generatie zich aandient, die de crisis niet heeft meegemaakt.”

DAAN KILLEMAES EN JOHAN VAN OVERTVELDT

“We denken dat de economische heropleving stevig is, en dus niet ineens stil zal vallen”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content