Radioloog voor Europa

Het Centre for European Policy Studies ( CEPS) heeft een nieuwe directeur. Karel Lannoo volgt bij de denktank, gevestigd aan het Brusselse Congresplein, Peter Ludlow op.

“Begin volgend jaar leg ik een toekomstplan voor aan de raad van bestuur,” zegt Lannoo, die er al tien jaar CEPS heeft opzitten. Het CEPS houdt zich bezig met het uitvlooien van het Europees beleid. “We trachten steeds een groep experts samen te brengen om rond een bepaald thema een standpunt uit te werken. We doen ook eigen research of werken mee aan overheidsoffertes,” legt Lannoo uit.

Voor de financiering kan het CEPS rekenen op de sponsoring van negentig à honderd grote bedrijven die elk 12.000 euro (484.000 frank) lidgeld betalen. Lannoo: “Een brede financieringsbasis moet garant staan voor onze onafhankelijkheid. Voor grote bedrijven kan het veel efficiënter zijn het Europees beleid te beïnvloeden via een onafhankelijke denktank dan via een federatie. Bedrijven spenderen elk jaar voor miljoenen aan federaties maar als iemand in de Commissie een document krijgt van een federatie gooit hij dat doorgaans in de hoek. Als de Commissieleden iets van ons krijgen, weten ze dat het een onafhankelijke analyse is. Die nemen ze misschien wat serieuzer.”

Lannoo heeft naar eigen zeggen een rare loopbaan achter de rug. “Ik heb aan de KU Leuven geschiedenis gestudeerd maar belandde in economisch beleid. Een kwestie van interesse wellicht. Op mijn zestiende las ik al veel over internationale politiek,” aldus Lannoo. Na een jaar studies in Frankrijk maakte Lannoo zich een jaar nuttig op het Leuvense Stuc (het studentencultuurcentrum). “Qua structuur is dat gelijkaardig met het CEPS. Soms zeg ik nog Stuc als ik CEPS bedoel.”

Daarna liep Lannoo stage op de dienst communicatie van de Europese Commissie: “Maar ik wist al snel dat ik niet voor de Commissie wou werken. Werken voor een overheidsdienst zag ik niet zitten. De mensen staren zich soms blind op de salarissen maar uiteindelijk moet die job je liggen. De motivatie van de functionarissen is soms ver te zoeken als het minder gaat met de Europese gedachte.”

Lannoo trok dan maar, ook voor een jaar, naar de Italiaanse multinational Feruzzi, om er voor de chemiereus het Europese landbouwbeleid te volgen. Lannoo werkte dan nog negen maanden bij de federatie voor coördinatiecentra vooraleer bij in 1989 bij het CEPS belandde. Lannoo: “Ik ben er begonnen als generalist – als verantwoordelijke voor de relaties met de grote bedrijven. Gaandeweg specialiseerde ik me in de Europese kapitaalmarkten.”