Pierre Schaubroeck (56) Bang voor slechte chauffeurs

Pierre Schaubroeck leerde in zijn eerste jaar als voorzitter van het Instituut voor Bedrijfsjuristen dat er weinig eensgezindheid bestaat tussen de juridische beroepen. Schaubroeck is bedrijfsjurist en algemeen secretaris bij Bekaert.

Wat viel u vooral op tijdens uw eerste jaar als IBJ-voorzitter?

PIERRE SCHAUBROECK. “De veelheid van meningen, aanpak en personaliteiten in de juridische beroepen. Bij het IBJ neemt een federale raad een standpunt in voor de beroepsgroep. Die eenheid is bij andere beroepen minder aanwezig. Zo sloten we samenwerkingsakkoorden met de Ordre des barreaux francophones & germanophones de Belgique, de Nederlandstalige en de Franstalige balies in Brussel. Het was zeker geen copy paste.

“Nu kunnen advocaten in Franstalig België een stage lopen in de bedrijven en de bedrijfsjuristen in een lawfirm. Zo leren we van elkaar. En in Brussel kan een advocaat voortaan voor een periode de bedrijfsjurist vervangen.”

Blijkbaar gooien steeds meer advocaten de toga over de haag voor een functie in het bedrijfsleven?

SCHAUBROECK. “Ik merk ook dat de gespecialiseerde headhunters steeds meer advocaten opvissen voor het bedrijfsleven. Een goede zaak voor ons mooie beroep. Het wijst erop dat ook bedrijfsjuristen creatief en interessant werk kunnen leveren. Er was een tijd dat bedrijfsjuristen het etiket hadden van gezakte advocaten. En neen, niet alleen vrouwen doen de overstap. Ze zijn goed voor 46 procent van onze beroepsgroep. Elk jaar stijgt ons ledenaantal, vandaag bijna 1600. Het werk wordt boeiender en het aanzien stijgt.”

Is het groeiende aantal bedrijfsjuristen ook een gevolg van de juridisering van het bedrijfsleven?

SCHAUBROECK. “Voor een stuk zeker. Niemand ontsnapt eraan. Het enige dat een bedrijf kan doen, is zich zo organiseren dat het de legislatieve vloed kan opvangen. Ook de corporategovernancebeweging heeft geleid tot een groter gewicht van de bedrijfsjurist. De verandering gaat diep. Vroeger moesten we soms à la minute ingrijpen om alles binnen de juridische grenzen te houden. Dat zou niet mogen. Een proactieve houding is de regel in grote bedrijven, die daarvoor compliance-procedures op poten zetten.”

Is die juridisering goed voor de juristen, maar duur voor de aandeelhouders?

SCHAUBROECK. “Beide kunnen er wel bij varen als een en ander goed wordt georganiseerd. Ik ben wel, zoals professor Herman Daems stelt, bevreesd voor een situatie waar er wel heel veel verkeerstekens zijn, maar nog altijd slechte chauffeurs. Dat we met andere woorden procedures opzetten die wel formeel worden gevolgd, maar in se niet leiden tot een verbetering van de bedrijfscultuur. Als corporate governance beperkt blijft tot het aanvinken van formele gegevens, is het enkel een last voor het bedrijf.”

Bij uw aantreden zei u werk te zullen maken van een betere opleiding. Is dat gelukt?

SCHAUBROECK. “De start is veelbelovend. We organiseerden met veel succes cursussen deontologie. Er komen interessante vragen naar boven, die ons doen nadenken over prangende professionele kwesties. Een voorbeeld. Wat als het bedrijf het juridisch advies negeert? Wat met een corrupte bedrijfsleider? Moet de bedrijfsjurist de raad van bestuur attenderen op de gevolgen? Het antwoord? We zijn er volop mee bezig. Ontslag nemen, kan in extreme omstandigheden onvermijdelijk zijn.”

H.B.

“Als corporate governance beperkt blijft tot het aanvinken van formele gegevens, is het enkel een last voor een bedrijf”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content