Opletten voor monsterboete

Als een vennootschap privé-uitgaven van haar bedrijfsleider betaalt, loopt ze het risico een boete van 309 procent te moeten betalen. Kan die zogenaamde aanslag geheime commissielonen worden vermeden?

Voor wie actief is in een vennootschap, is de verleiding groot om de vennootschap uitgaven en kosten te laten dragen die men eigenlijk privé had moeten betalen. Denk bijvoorbeeld aan privé-etentjes (dus niet met klanten) die met een kredietkaart van de vennootschap worden betaald en in de aftrekbare kosten terechtkomen. Of denk ook aan de elektriciteit en verwarming die de vennootschap betaalt voor het privégedeelte van de woning. Dat kan, maar om fiscaal in orde te zijn, moet de vennootschap daar een fiche van maken zodat dit voordeel ‘van alle aard’ kan worden belast bij de bedrijfsleider. Tot voor kort maakte de fiscus weinig problemen indien de vennootschap in de fout ging. Het volstond de niet-aangegeven privévoordelen alsnog op te nemen op de rekening-courant als een schuld van de zaakvoerder ten aanzien van zijn vennootschap.

Op 1 december 2010 is een circulaire verschenen waarin het Hoofdbestuur van Financiën de controleurs de opdracht gaf geen toegevingen meer te doen en meteen de boete van 309 procent op te leggen wanneer ze ontdekken dat een privé-uitgave ten onrechte door de vennootschap betaald is. Als de vennootschap bijvoorbeeld ten onrechte een privé-uitgave van 1000 euro ten laste neemt, dan krijgt ze een extra-aanslag van 3090 euro. Een enorme boete voor een ‘klein’ vergrijp.

Versoepeling

Het valt te vrezen dat die nultolerantie in de praktijk leidt tot een toename van de geschillen. Om dat vermijden, heeft de minister van Financiën op 20 juli 2012 een addendum aan de circulaire toegevoegd waarin hij de controleurs de opdracht geeft in een aantal gevallen redelijk te blijven. Meer bepaald als de fout ‘te goeder trouw’ is begaan en uitzonderlijk is; als de fout slechts een gering belang heeft ten opzichte van de andere fiscale verplichtingen van de vennootschap en de genieter van het voordeel (de bedrijfsleider) overgaat tot een spontane rechtzetting van zijn fiscale toestand. Volgens de fiscus betekent ‘te goeder trouw’ dat de fout bij vergissing, door nalatigheid of onvoorzichtigheid is begaan en dat geen sprake is van een bedrieglijk oogmerk om belastingen te ontduiken. In de praktijk gaat het om een interpretatie en blijf je afhankelijk van ‘het gezond verstand’ van de taxatieambtenaar.

Restaurantkosten

In het addendum vinden we een interessante passage over restaurantkosten. Er staat duidelijk vermeld – en dat is in het voordeel van de belastingplichtige – dat de aanslag van 309 procent niet wordt toegepast op restaurantkosten die een uitsluitend beroepskarakter hebben maar overdreven zijn. Denk bijvoorbeeld aan een etentje met klanten in een driesterrenrestaurant met aangepaste wijnen. Restaurantkosten die strikt privé zijn en betaald zijn door de vennootschap, vallen wel onder de boeteregeling.

JOHAN STEENACKERS

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content