‘Opera’s zingen met een mondmasker gaat niet’

De economische impact van covid-19 wordt steeds concreter. Ook de sector van de podiumkunsten lijkt in het kamp van de slachtoffers te zitten. “Ik zie het liever niet als een slagveld, maar focus op de kansen om de dialoog tussen het publiek, ons huis en onze artiesten op gang te houden”, verzucht Peter De Caluwe, algemeen directeur-intendant van het operahuis De Munt.

Hoe dramatisch is de situatie?

PETER DE CALUWE. “Het samen laten zingen van mensen, dat vloekt met de regels voor fysiek afstand houden. Operazangers met een mondmasker laten zingen, gaat niet. Uiteraard heeft de situatie financiële gevolgen. Ons theater is gesloten, sommigen werken thuis, maar een groep van 180 productiemedewerkers, 90 orkestmusici en 40 koorzangers heeft geen werk.

“Helaas hebben we de producties tot eind seizoen en wellicht tot eind september moeten opschorten. Voorlopig ziet het ernaar uit dat we daardoor 5 miljoen euro inkomsten mislopen. Dat wordt gedeeltelijk gecompenseerd door lagere werkingskosten. Het ingeschatte tekort door corona is daarom slechts 2 miljoen euro. Dat is te overzien, maar de situatie belet ons wel om onze kernopdracht uit te oefenen.”

Zijn er geen innovatieve businessmodellen denkbaar? Bijvoorbeeld met kleinere bezetting spelen?

DE CALUWE. “Ik vind dat we opera moeten bieden op de manier waarop het genre is geconcipieerd. Als een voorstelling niet mogelijk is door de bezetting, moeten we iets anders programmeren. Tien in plaats van negentig mensen in de orkestbak zetten, dat heeft weinig zin.

“De Vlaamse Opera besloot al haar producties tot eind december te schrappen. Wij hadden ons seizoen al aangekondigd in maart en kunnen dus niet zomaar terug. Maar eerlijk is eerlijk: wat we vanaf september zullen aanbieden, dat weten we nog niet zeker. We werken aan alternatieven. Als het klopt dat we geen voorstellingen meer kunnen geven tot er een vaccin is, dan zullen we meerdere producties moeten afzeggen.”

Verwacht u steun van de overheid?

DE CALUWE. “Ik vind dat haar verdomde plicht. Ik pleit niet enkel voor mijn eigen huis trouwens, maar voor de volledige culturele sector en alle werknemers erin. Ik denk dat we onze rol te spelen hebben in de maatschappij. En dan heb ik het niet eens over de economische waarde of tewerkstelling, wel over de maatschappelijke meerwaarde.

“Ik ben niet de persoon die nu cijfers kan debiteren, maar ook de economische impact van onze sector is reëel. In 2014 hield het Franse ministerie van Cultuur de economische return van diverse sectoren tegen het licht en daaruit bleek de creatieve sector belangrijker dan automobiel of landbouwsector. Dat lijkt me vandaag niet anders.”

Biedt de crisis geen kans op een gezonde, natuurlijke selectie in het culturele overaanbod?

DE CALUWE. “Cultuur zal nooit bestaan als er geen behoefte naar is. Als er veel cafés zijn in Brussel, heet het dat we een toeristisch attractieve stad zijn. Dan spreekt niemand over een overaanbod. Ik begrijp die verschillende maatstaven niet. De cultuursector is de afgelopen jaren massaal gekort. Vandaag zijn vooral de kleinere initiatieven in gevaar. Wie daarin gaat wieden, maakt ook het doorgroeien van grote talenten onmogelijk. De vraag is niet of er middelen zijn. De vraag is waar we middelen insteken. Blijkbaar is 2 miljoen voor De Munt lastiger dan 300 miljoen voor de redding van Brussels Airlines.”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content