Op kantoor naast het spoor

Het station wordt een kantoor. De NMBS rust samen met Regus acht stations uit met een businesscenter. Wij deden de test in een Reguscentrum in het station van Amersfoort.

Werken kan je tegenwoordig overal. Zo luidt de theorie toch. Mark Dixon, de CEO van de werkplekaanbieder Regus, is het daar niet helemaal mee eens. “Het enorme potentieel van gsm’s, tablets en de cloudtechnologie blijft onbenut als werknemers geen plek vinden die het gebruik ervan stimuleert”, stelt hij. “Zelfs onderweg hebben mensen een plek nodig om te kunnen werken, al is het maar voor twintig minuten.”

Een treinstation is zo’n plek waar het soms snel moet gaan. Trein gemist en de volgende vertrekt pas over twintig minuten? Voor wie zijn tijd nuttig wil doorbrengen, kan een Reguscentrum op wandelafstand soelaas bieden. We hebben het gecheckt in het station van Amersfoort, waar Regus al sinds 2012 samenwerkt met de Nederlandse Spoorwegen (NS). Vanop het perron sta je in minder dan twee minuten in het plaatselijke Reguscenter. Een plek uitkiezen aan de leestafel, laptop openklappen en je kunt beginnen te werken. “Als je Reguslid bent, gebeurt het inloggen op het wifi-netwerk automatisch”, verzekert ons Robbert Klaassen, commercieel directeur van Regus Nederland.

Wederzijds belang

De aangekondigde samenwerking met de NMBS past perfect in de expansiestrategie van Regus. Vandaag heeft Regus twaalf centra in ons land. Het eerste center, het allereerste wereldwijd ook, opende in 1989 in Brussel. In Nederland ging Regus pas aan het einde van de jaren negentig van start, maar de Nederlanders zitten inmiddels al aan zestig centra. De deal met de NMBS zorgt dus voor een mooie inhaalbeweging. “We willen, als de grootste aanbieder van flexibele werkplekken, overal zijn waar mensen willen werken”, zegt Robbert Klaassen. “Het netwerk is daarom zo belangrijk voor ons.” De slide die hij ons toont, vermeldt dat er wereldwijd 1800 Reguscentra zijn. Maar die informatie blijkt achterhaald. “Vandaag zijn het er meer dan 2000. Het geeft aan hoe snel het gaat.”

De businessunit Third Places tekent voor een belangrijk deel van de nieuwe vestigingen. Het is de tak waarmee Regus zich onder de merknaam Regus Express buiten de klassieke paden van de stadscentra en businessparken begeeft. Vijf sectoren heeft het in het vizier: luchthavens, tankstations, winkelcentra, hotels en treinstations. “We zoeken daarvoor partnerships met bij voorkeur spelers die ook marktleider zijn in hun business of regio”, zegt Dick de Pater, directeur business development Third Places Benelux bij Regus.

Shell is zo’n partner. “In en rond Berlijn hebben we door die samenwerking zeventig locaties, kleine en grote, waar onze klanten terechtkunnen”, zegt De Pater. In het Verenigd Koninkrijk heeft Regus onlangs twee centra geopend in shoppingcentra van de projectontwikkelaar British Land. Met de Franse spoorwegoperator SNCF runt Regus ook een businesscenter in het treinstation van Le Mans.

Via de samenwerking met de NS onder de naam Station2Station heeft Regus elf treinstations uitgerust met een Reguscentrum. In Nederland gelden spits- en daltarieven: na 9 uur is het er goedkoper sporen. De Reguscentra kunnen helpen om de beoogde spreiding te bewerkstelligen, legt Robbert Klaassen uit. “Mensen komen naar hier tegen halfnegen, werken een half uurtje of een uurtje en stappen vervolgens op hun trein. Ze hebben hun e-mails beantwoord, op de trein is het veel minder druk en het treinkaartje kost minder. Alleen maar voordelen.” Ook in ons land zijn er plannen om een daluurformule te lanceren.

Zakenreizigers en nieuwe werkers

In Nederland mikt Regus op de grootste 25 stations. In ons land staan in een eerste fase acht Reguscentra in stationslocaties gepland. De hst-stations Antwerpen Centraal, Brussel-Zuid en Luik krijgen prioriteit. Is er in ons land, met zijn erg gulle systeem voor bedrijfswagens, wel een voldoende ruim publiek van zakelijke treinreizigers? “Om die te bereiken, werken we samen met Corporate Sales van de NMBS”, antwoordt Dick de Pater. “Los van de puur zakelijke reiziger mikken we ook op mensen en bedrijven die inschakelen in het nieuwe werken. Een aantal evoluties ondersteunt de beweging. Mensen willen een betere balans tussen werk en privéleven en bijvoorbeeld enkele dagen per week dichter bij huis werken. Het past ook in het groeiende bewustzijn over duurzaamheid: minder reiskilometers betekent minder CO2-uitstoot. En voor bedrijven is ook het kostenelement niet onbelangrijk. Zij zien een kans om het aantal vaste vierkante meters te verminderen.”

LAURENZ VERLEDENS

“Los van de puur zakelijke reiziger mikken we ook op mensen en bedrijven die inschakelen in het nieuwe werken”