Op de rooster

Sommige dingen gaan dit blad ver te boven. Pc’s testen, bijvoorbeeld. Maar dan vragen we dat toch gewoon aan de professionals ?

De jaarlijkse massatest van het Belgische pc-blad Computer Magazine is telkens een gebeurtenis in het wel zeer competitieve dealerswereldje. Computerverkopers, -assembleurs en -fabrikanten krijgen er de kans om een zo veelzijdig, krachtig, degelijk, mooi… of gewoon goedkoop mogelijk systeem voor evaluatie bij het CM Testlab in te leveren. Voorwaarde is dat zij hetzelfde systeem later tegen dezelfde prijs ook aan de goegemeente aanbieden.

Dit jaar werden de inzendingen opgedeeld in een familie-pc en een business-pc klasse (met een grijze zone daartussenin). De rudimentaire grens werd getrokken bij de 16 MB geheugen, waarbij men er kennelijk van uitgaat dat geheugen een graadmeter voor zakelijk gebruik is (kijkt u nu dan eens onder de motorkap van úw pc).

Zoals gewoonlijk in vergelijkende tests vielen er weer eens fameuze prijsverschillen te noteren niet altijd verantwoord door kwaliteit maar de proef riep ook andere vragen op. Zoals :

Sommige machines blinken uit op papier, maar niet in de tests ?

THOMAS BUYTAERT (samen met Kris Vandermeulen auteur van de CM pc-massatest). U verwijst onder meer naar multimediamachines als de Compaq Presario 4704 of de Packard Bell 3037E. Daar gaat het om toestellen die volgestouwd zijn met gadgets zoals videodecompressie, geluidsopname, etcetera… In de regel geldt : hoe zwaarder u een computersysteem belast, hoe trager het loopt. Computersystemen hebben ook de neiging om zo goed te presteren als hun zwakste component. Sommige fabrikanten behandelen een aantal cruciale onderdelen, zoals de videokaart, eerder stiefmoederlijk. Een goedkope videokaart drukt de prijs, maar ook de prestaties.

Maar ook minder belaste systemen presteren slechter dan de specs laten verhopen.

THOMAS BUYTAERT. De assemblage van een computer is een zwaar onderschat onderdeel van de kwaliteit. Tien goede onderdelen kopen en bij elkaar steken is niet voldoende. Dat moet getest worden. Goede assembleurs hebben daarvoor de middelen en zorgen ervoor dat de onderdelen afgestemd zijn op elkaar. Merken van moederborden zeggen niemand iets. Nochtans bepaalt het moederbord voor een belangrijk deel de snelheid van uw machine. Verder : bij elk stuk hardware hoort een stuurprogramma (driver). Als u een slechte, oude of soms verkeerde driver op uw machine zet, zal die te traag lopen. Al die drivers hebben stukken van het geheugen nodig. Als u die zomaar in het geheugen zwiert, zal u conflicten krijgen en ook dat zal de performantie drukken. Alles moet op de goede plaats staan. Maar dat kost tijd en moeite. Daarin ligt de meerwaarde van bedrijven als Dell of Gateway ( nvdr. postorderbedrijven die niet-zo-goedkope, maar wel goed afgestelde pc’s leveren).

U neemt ons daar mooi te grazen. Als de specificaties niet doen wat ze zeggen, hoe moet de leek dan het kaf van het koren scheiden ?

THOMAS BUYTAERT. Euh… ( nvdr. reclamegedeelte geschrapt). Het is moeilijk. Het overzicht dat wij bieden is niet perfect. De test gebeurt twee maanden voor publicatie. We weten bijna zeker dat de machine in de winkel anders geconfigureerd zal zijn. Dat is niet zo’n probleem met grote merken, maar een assembleur koopt wat de markt te bieden heeft. Wij doen heel erg ons best om de assembleurs te dwingen om te leveren wat ze ons hebben aangeboden. Maar we krijgen nu al brieven over de winnaar van onze test, dat hij niet helemaal verkoopt wat hij ons heeft geleverd. Dat is de hele malaise in de klonen-business. De winstmarges zijn bijna onbestaande : dealers moeten steeds kiezen voor nieuwe en goedkopere onderdelen.

De Cyrix 686 P166+ Pentium-kloon is zowat de helft goedkoper dan de Pentium 166 processor van Intel en scoort zeer behoorlijk in uw tests. Wat met de praatjes dat hij warmer wordt ?

THOMAS BUYTAERT. De P166+ is inderdaad sneller dan de Pentium 166. Dat heeft te maken met zijn architectuur. En het is mogelijk dat de Pentiums van Intel koeler zijn. Maar of dat tikje verschil een rol speelt ? Ik heb nog nooit een processor weten verslijten. Er zijn daarentegen wel meldingen van compatibiliteitsproblemen met de Cyrix 686-reeks, vooral met games.

U schrijft dat de Intel Pentium Pro “5 tot 10 keer” sneller is, maar dat blijkt niet uit de toepassingen. Hij is wél zeer duur : onder 40.000 frank vindt u geen Pentium Pro met moederbord.

THOMAS BUYTAERT. De Pentium Pro is alleen sneller met zuivere 32-bits besturingssystemen zoals Windows NT of OS/2. Het is voor Intel het vehikel om binnen te dringen in omgevingen, zoals de banken, waar men vroeger alleen zwaardere servers zoals de AS/400 of Unix-servers gebruikte. Nu, het is duidelijk dat Microsoft en Intel iedereen naar Windows NT proberen te dwingen. Windows 95 is maar een overgangsperiode. Of een klein bedrijf voor de Pentium Pro moet kiezen ? Als u maar een paar pc’s hebt, hoeft u daarheen niet over te schakelen. Eigenlijk zou u met de Pentium nog tot de rest van dit millennium goed moeten zitten. Als de softwaremensen dat ook maar zouden geloven. Maar die volgen mee. Met Microsoft Office 97 krijgt u er weer een pak functies bij, maar u heeft wel een Pentium-processor nodig en 32 MB geheugen om het soepel te draaien. Misschien is het nu het moment om zich af te vragen of dat echt wel hoeft. Wat de prijs van de Pentium Pro betreft, ik verwacht dat die over zes maanden 40 % of meer gedaald zal zijn.

Heeft een goede grafische kaart belang voor een business-pc ?

THOMAS BUYTAERT. U moet er niet direct een kaart van 16.000 frank insteken, maar een goedkope kaart van pakweg 2000 frank zal uw systeem vertragen. Dat hebben we met een benchmark voor zakelijke toepassingen uitgetest. Tenslotte is het grafische deel van de moderne pc’s belangrijk, omdat u werkt met een grafische interface ( nvdr. Windows). 3D-kaarten zijn voornamelijk nuttig voor computer aided design of games.

Laatste verrassende vaststelling : nogal wat cd-romlezers onder andere Mitsumi en Aztech haalden niet de opgegeven snelheid.

THOMAS BUYTAERT. De opgegeven snelheid is meestal de maximale snelheid, die de cd-rom enkel haalt als hij aan de buitenkant van de schijf een lang sequentieel stuk moet lezen, wat in de praktijk vrijwel nooit gebeurt. Normaal volstaat een 4x of 6x lezer voor alle gebruik. Cd-romlezers blijven echter een moeilijk stuk technologie, ook al is de groothandelsprijs nu soms tot 1500 frank gedaald. Waarschijnlijk worden de toestellen gewoon minder scherp getest dan voorheen…

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content