Onbetrouwbare richtlijnen

De belastingadministratie start dit jaar opnieuw met een pilotproject om belastingplichtigen zo veel mogelijk vrij te stellen van het invullen en indienen van de aangifte in de personenbelasting. In de jaren negentig is dat ook al eens uitgeprobeerd. Maar dat is toen met een sisser afgelopen.

Het nieuwe pilotproject start erg voorzichtig. In een eerste fase gaat het om niet meer dan een vijfduizendtal belastingplichtigen. In plaats dat zij een aangifte indienen, krijgen zij van de fiscus een voorstel van aanslag toegestuurd. Dat voorstel is gebaseerd op informatie die de fiscus toch al in zijn bezit heeft, en waarvoor hij dus geen aangifte meer nodig heeft.

De geviseerde groep belastingplichtigen bestaat uitsluitend uit kleine gepensioneerden, die nauwelijks belasting verschuldigd zijn. Blijkbaar uit veiligheidsoverwegingen slaat het pilotproject bovendien enkel op gepensioneerden die vorig jaar voor het invullen van hun aangifte een beroep hebben gedaan op de belastingadministratie zelf. En waarvan de aangifte dus als het ware al van meet af aan een soort controle heeft ondergaan.

Hoe komt het toch dat het afschaffen, of minstens inkrimpen van de aangifteplicht zoveel moeite kost, en zo lang op zich laat wachten? Daarvoor zijn er verschillende redenen. De hoofdoorzaak is allicht dat de belastingadministratie in veel gevallen niet over alle gegevens beschikt, om zonder aangifte een voorstel van aanslag op te stellen.

De oplossing zou er dan in kunnen bestaan, de idee van een voorstel van aanslag te laten varen, en terug te vallen op een systeem waarbij aan de belastingplichtige een zo ver mogelijk ingevulde aangifte wordt toegezonden. Die moet hij dan alleen nog maar nakijken en verder aanvullen.

Maar ook dat systeem botst op praktische moeilijkheden en principiële bezwaren. De fiscus heeft last van koudwatervrees. Hij vreest dat belastingplichtigen erg opportunistisch zullen reageren.

Stel dat ik morgen een aangifteformulier toegestuurd krijg, waarop de fiscus reeds de bedragen heeft vermeld van de inkomsten waarvan hij weet heeft. De vraag is dan of ik niet geneigd zal zijn mijn andere inkomsten te verzwijgen, ervan uitgaande dat de fiscus daar blijkbaar toch geen weet van heeft.

Die vrees kan alleen maar opgelost worden, door te maken dat de fiscus tijdig voldoende informatie ter beschikking heeft.

Bij loon- en weddetrekkenden zou dit normaal gezien geen groot probleem mogen zijn. De werkgevers zijn immers verplicht de uitgekeerde bezoldigingen te rapporteren op individuele fiches. Ook vervangingsinkomsten bijvoorbeeld moeten op individuele fiches gerapporteerd worden. Hetzelfde geldt voor bedrijfsleiderbezoldigingen, en in veel gevallen ook voor erelonen, commissielonen, enzovoort.

Wat is dan nog het probleem? Normaal gezien zou de administratie op die manier bij tal van belastingplichtigen perfect op de hoogte moeten zijn van hun inkomenssituatie. Een van de problemen is echter, dat men er in de praktijk niet in slaagt om die informatie snel te vergaren. Als de belastingadministratie in staat wil zijn om aan grote groepen belastingplichtigen een zo goed mogelijk ingevulde aangifte toe te sturen, of een voorstel van aanslag toe te zenden, dan moet zij tijdig over de nodige informatie kunnen beschikken. Helemaal in het begin van het aanslagjaar ware ideaal. Maar dat lukt blijkbaar niet. Een van de redenen is de steeds wijzigende wetgeving waardoor de richtlijnen in verband met het invullen van de individuele fiches pas na afloop van het inkomstenjaar kunnen worden gefinaliseerd.

Een andere reden voor het falen van het systeem is de grote foutenmarge. Veel individuele fiches bevatten fouten. Dat maakt het moeilijk om ze als een betrouwbare bron te gebruiken om het aangifteformulier vooraf in te vullen.

Dit laatste probleem is niet eenvoudig op te lossen. De fouten hebben vele oorzaken. Onder meer ook, de ongelooflijke ingewikkeldheid van de richtlijnen voor het invullen van de fiches. Men moet al bijzondere studies gevolgd hebben, om daar wijs uit te geraken.

En alsof dat allemaal nog niet erg genoeg is, blijken de richtlijnen die op de website van de federale overheidsdienst Financiën worden gepubliceerd bovendien niet betrouwbaar te zijn. Zo hebben we het dit jaar mogen meemaken dat de richtlijnen, minstens op één punt van de ene dag op de andere gewijzigd werden. Zonder de minste aankondiging of waarschuwing. Wie wil weten hoe de richtlijnen er vandaag uitzien, moet ze dus elke dag opnieuw lezen. Op zoek naar mogelijk aangebrachte wijzigingen. Moet het nog gezegd, dat dit geen manier van werken is?

DE AUTEUR IS ADVOCAAT EN HOOFDREDACTEUR VAN FISCOLOOG.

Jan Van Dyck

De richtlijnen voor het

invullen van de fiches

zijn ongelooflijk

ingewikkeld.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content