NIETSONTZIENDE DIARREE VAN WETTEN

Nog maar een nieuw wetsontwerp voert een embryonale vorm van een vlaktaks in.

De regering heeft bij de Kamer opnieuw een wetsontwerp ‘houdende diverse bepalingen’ ingediend. Het vierde in enkele maanden tijd. De eerste twee dateren van eind vorig jaar. Nummer drie was begin vorige week nog op komst. Maar dat belette de regering niet om nummer vier al wereldkundig te maken. De afscheidnemende regering ontpopt zich daarmee niet enkel tot de kampioen van de eindejaarswetten. Zij wil ook in het voorjaar schitteren.

Daarmee lijkt deze regering een beetje op de laatste regering-Dehaene. Toen die het einde voelde naderen, heeft zij ook voor een nietsontziende diarree van wetten gezorgd. Alsof zij aanvoelde dat het weldra uit zou zijn met de CVP-staat. Misschien dat paars ook het gevoel heeft dat alles weldra voorbij zal zijn. Of wil de regering alleen maar getuigen van een immense daadkracht die haar over de federale verkiezingen naar nog meer paars moet tillen?

Reserves. Naar goede gewoonte behandelt ook dit vierde wetsontwerp ‘houdende diverse bepalingen’ uiteenlopende aangelegenheden. Fiscale maatregelen ontbreken niet op het appel. Enkele maanden geleden was al bekend geraakt dat de regering haar oog heeft laten vallen op het grote bedrag aan belastingvrije reserves dat vennootschappen in de loop der tijden bijeen hebben gespaard. Meestal is die belastingvrijstelling onderworpen aan de zogenaamde onaantastbaarheidsvoorwaarde. Dit wil zeggen dat de vrijstelling slechts behouden blijft als de reserves onaangeroerd op het passief van de balans blijven staan. Men mag ze dus niet uitkeren. De regering wil vennootschappen nu verleiden om de reserves toch uit te keren, in ruil voor een relatief lage belasting. De bedoeling is een win-winsituatie te creëren: de aandeelhouders varen er wel bij, omdat zij de belastingvrije reserves tegen een prikje – in het beste geval 10 % – kunnen inpikken. En de schatkist is ook gelukkig, want zij ontvangt geld dat anders pas binnen vele jaren beschikbaar zou worden.

Maar het is een beetje zoals met de verkoop van overheidsgebouwen. Wat je vandaag halsoverkop verkoopt, ben je kwijt. Zo ook met de opname van belastingvrije reserves. Als iedereen doet wat de regering graag wil, is er geen spaarpot meer. De regering soupeert haar toekomstige belastingontvangsten vandaag al op.

Of de maatregel veel succes zal hebben, moet nog blijken. Voor een vennootschap is het niet per definitie voordelig de belasting die zij ooit wel eens op haar belastingvrije reserves verschuldigd zal zijn, vandaag al te betalen. Daar zal veel rekenwerk aan te pas komen.

Uitvindingen. Een echt sinterklaasgeschenk is de invoering van een afzonderlijke belasting van 33 % op vergoedingen die wetenschappelijke onderzoekers en professoren onder bepaalde voorwaarden krijgen van universiteiten, hogescholen of erkende wetenschappelijke instellingen voor de commercialisering van hun uitvindingen. De regering wil hiermee het wetenschappelijk onderzoek stimuleren.

Eigenlijk voert ze hiermee een embryonale vorm van een vlaktaks in. De niet-uitvinders kunnen er alleen maar van dromen. Vooral omdat op die vergoedingen ook geen sociale bijdragen verschuldigd zijn. Zij worden immers gekwalificeerd als ‘diverse’ (dus niet-professionele) inkomsten.

Varia. Van het wetsontwerp wordt ook gebruikgemaakt om nog wat meer regionale premies en subsidies van federale vennootschapsbelasting vrij te stellen. Logisch, want anders gaat de federale regering toch alleen maar lopen met een gedeelte van het geld dat de regionale regeringen de bedrijven toestoppen.

De uitbaters van binnenschepen varen ook wel bij het nieuwe wetsontwerp. De meerwaarde die ze realiseren bij de verkoop van hun schepen blijft voortaan belastingvrij als zij de verkoopwaarde opnieuw beleggen in binnenschepen die aan hogere kwaliteitsnormen voldoen.

Bemiddeling. Het wetsontwerp schept ten slotte het wettelijk kader voor de opstart van de fiscale bemiddelingsdienst. Dat moet een nieuwe dienst binnen de belastingadministratie worden, die op volledig autonome wijze bemiddelt tussen de ontevreden belastingplichtige en de belastingdienst. De nieuwe dienst is als het ware de tegenhanger van de rulingcommissie. Die werkt ook volledig autonoom. Het verschil is dat de rulingcommissie voorafgaande beslissingen neemt, terwijl de fiscale bemiddelingsdienst pas aangesproken kan worden als er op het einde van de rit blijvende onenigheid is. Anders dan de rulingcommissie kan de fiscale bemiddelingsdienst ook geen beslissingen nemen. Zij kan alleen proberen partijen te verzoenen. Lukt dat niet, dan kan zij de uiteenlopende standpunten slechts noteren in een niet- bindend bemiddelingsverslag.

De bedoeling van de fiscale bemiddelingsdienst is ervoor te zorgen dat veel minder betwistingen door de rechtbanken beslecht moeten worden. De fiscale rechters zullen daar niet om rouwen. De gerechtelijke achterstand in sommige fiscale rechtbanken neemt stilaan hallucinante proporties aan.

De auteur is advocaat en hoofdredacteur van Fiscoloog.

Jan Van Dyck

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content