Naar Hannover of niet: een weloverwogen keuze

Het Duitse Hannover is deze week weer het decor van CeBIT, de grootste technologie- en computerbeurs van Europa. Loont het voor bedrijven de moeite om daar aanwezig te zijn met een eigen stand? Of besteden ze hun marketingbudget beter aan andere dingen?

Trends vroeg het aan drie ICT-spelers: Tele Atlas en i-City – die graag ons land (en zichzelf) vertegenwoordigen in Hannover – en Barco, dat CeBIT al een paar jaar aan zich voorbij laat gaan. Een kijk op CeBIT in vijf vragen en antwoorden.

Vraag 1: waarom (g)een eigen stand op CeBIT?

Barco is al ettelijke jaren niet meer op de beurs aanwezig met een eigen stand. “CeBIT is voor ons minder interessant geworden dan andere beurzen”, klinkt het. “Het is te veel een massagebeurtenis, met zeer veel standen, en met meer consumenten dan professionelen. De kans dat een potentiële klant Barco terugvindt op CeBIT is vrij klein.”

Toch is Barco de jongste jaren nog een klein beetje aanwezig op de ICT-beurs in Hannover, via partners die materiaal lenen van Barco. Interessant voor de partner in kwestie, die daardoor meer opvalt tussen al het ICT-geweld, maar ook interessant voor Barco zelf. De producten van het bedrijf worden zo geïntegreerd in een concrete toepassing. De bezoekers van de stand krijgen een duidelijker beeld. “Deze manier van werken is bovendien veel goedkoper dan een eigen stand”, vindt Barco. “Nadeel is dan weer dat we minder zichtbaar zijn, en minder beslissingsvrijheid hebben over de manier waarop onze producten worden voorgesteld.”

Op welke beurzen pakt Barco dan wél uit met een eigen stand? Op NAB, de grootste vakbeurs voor beeld en geluid in Las Vegas, heeft het bedrijf een vaste stek. Of op DistribuTECH in Florida, of op ShoWest – de jaarlijkse expo van de filmindustrie, ook al in Las Vegas, … “Het zijn stuk voor stuk beurzen die zich concentreren op verticale markten”, zegt Barco. “Onze eindklanten en onze partners zijn er allicht ook. Ook de plaats waar die beurzen plaatsvinden, is voor ons belangrijk.”

Tele Atlas heeft drie redenen om wél naar CeBIT te gaan. Dirk Snauwaert, pr-directeur Europa, Midden-Oosten en Afrika, legt uit dat het voor zijn bedrijf om een van de belangrijkste beurzen ter wereld gaat – naast het Mobile World Congress in Barcelona. Het is ook mooi meegenomen dat CeBIT goed inspeelt op de groei van fenomenen als navigatie en digitale kaarten. Bovendien is Duitsland een belangrijke markt voor Tele Atlas. “Het is belangrijk – en goed voor ons imago – om er te zijn met relevante informatie en dito producten, zoals onze voetgangerskaarten. Of navigatiesystemen die niet in een gsm geïntegreerd zijn, maar wel in de wagen bijvoorbeeld.”

“Een tweede reden waarom we in Hannover een eigen stand willen, is het bestendigen van onze contacten. We zien onze partners eens in een andere omgeving, en dat is altijd interessant. Een derde reden ten slotte: op CeBIT willen we nieuwe business leads genereren. We willen potentiële partners wijzen op de mogelijkheden die vasthangen aan een samenwerking met Tele Atlas. Ook niet onbelangrijk zijn de relaties met de pers, en met de overheden. Vorig jaar bijvoorbeeld heeft onze stand bezoek gekregen van een delegatie van de Vlaamse overheid. Een ideale gelegenheid om te tonen wat we in petto hebben, en wat een Vlaams bedrijf betekent in de enorm snel groeiende ICT-markt.”

De vzw i-City heeft voor de eerste keer een eigen stand op CeBIT. Logisch, want het proefproject voor draadloze toepassingen op handcomputers ging pas van start in 2004. “Toch is Hannover niet helemáál nieuw voor ons”, vertelt Daphne Tubée, CEO ad interim. “De voorbije jaren heeft i-City er mensen naartoe gestuurd. Om aanwezig te zijn, en om te proberen om afspraken te boeken met bedrijven, want dat is de manier waarop CeBIT werkt. Dit keer hebben we voor een eigen stand gekozen, om beter bedrijven aan te trekken die bezig zijn met mobiele toepassingen of mobiele technologie. En die de dingen graag bij ons willen uittesten. Bovendien heeft i-City intussen ook een Europees project om mee uit te pakken: het ontwikkelen van een toepassing die Europese parlementsleden de mogelijkheid geeft mee te discussiëren, ook al zijn ze niet aanwezig in het parlement.” I-City hoopt op CeBIT nieuwe partnerships te kunnen aangaan, en/of er contacten te leggen die tot partnerships kunnen leiden. Een aantal nieuwe projecten zou ook mooi meegenomen zijn, zegt Daphne Tubée hoopvol.

Vraag 2: hoe verloopt de voorbereiding?

De stand van Tele Atlas is groot: 13,5 op 9 meter, met nog een verdieping erbovenop. Tele Atlas deelt zijn stand dan ook met tien partners, die kunnen tonen waar de digitale kaarten allemaal voor dienen. “De voorbereiding van CeBIT is al een jaar bezig”, vertelt Dirk Snauwaert. “In de zomer beginnen we plannen te maken voor onze stand. Die wordt sinds 2006 ontworpen door het Nederlandse Fits Design. In het najaar hebben we onze medestandhouders gezocht, en onze klanten geïnformeerd over onze deelname aan CeBIT. Het gaat om een groepswerk, waar het hele bedrijf bij betrokken is. Alle medewerkers van de groep, zo’n 2500 mensen, worden op de hoogte gebracht van wat we in Hannover doen. De marketingafdeling stuurt het project, de verkoopafdeling zoekt potentiële partners, en het productmanagement zoekt uit welke nieuwe producten voor Tele Atlas een meerwaarde kunnen betekenen.” In Hannover is het bedrijf vertegenwoordigd via Jack Reinelt, managing director van Tele Atlas Europa, een salesploeg, enkele accountmanagers, een paar marketingmensen en Dirk Snauwaert zelf. In totaal een 40-tal mensen, die in een beurtrol werken.

I-City is dit jaar vertegenwoordigd op CeBIT dankzij een mooie aanbieding van Flanders Multimedia Valley (FMV), de clusterorganisatie voor de Vlaamse multimedia-industrie. FMV heeft gezorgd voor één grote stand in Hannover, waar i-City samen met 15 andere Vlaamse ICT-spelers ruimte ter beschikking krijgt. “Het grootste deel van de voorbereiding hebben we dus aan FMW kunnen overlaten”, vertelt Daphne Tubée. ‘Wij moesten enkel voor onze eigen flyer zorgen, en voor een laptoppresentatie van ons project. Praktische dingen zoals het hotel hebben we natuurlijk ook zelf geregeld.” I-City stuurt twee mensen naar CeBIT: Dominic Swinnen, de business development manager, en Luc Buntinx, chief technology officer.

Vraag 3: hoeveel kost een trip naar CeBIT?

“Heel veel”, zegt Dirk Snauwaert van Tele Atlas. “Zeker een paar 100.000 euro, maar eigenlijk praten we daar niet zo graag over. Onze partners die mee op de stand staan, betalen daarvoor een bijdrage, dus dat is wel een compensatie. Maar het blijft een hele investering, zeker met de hotel- en cateringkosten.”

Voor i-City blijft CeBIT een beperkte investering van ongeveer 4400 euro, aangezien FMV het grootste deel van de kosten draagt.

Vraag 4: is het moeilijk om een standplaats te bemachtigen?

Tele Atlas heeft het voordeel dat het al jaren vertegenwoordigd is op CeBIT, zodat het bedrijf niet moet knokken voor een mooi plekje. Een vaste stek in Hannover is intussen een verworven recht.

Ongeveer hetzelfde verhaal bij i-City, dat alweer kon vertrouwen op de ervaring van het FMV. Daphne Tubée vindt het absoluut geen nadeel dat i-City een stand moet delen. “Dat zorgt voor wat dynamiek en extra aantrekkingskracht. Bedrijven die een hele stand voor zichzelf hebben, moeten goed nadenken over marketingtools, zoals opvallende hostessen. Wij hoeven ons daar allemaal geen zorgen over te maken.”

Vraag 5: hoe wordt de deelname aan CeBIT geëvalueerd?

Een goeie vraag, vindt Daphne Tubée. “Voor ons is het natuurlijk de eerste keer, maar ik zou er toch concrete cijfers op durven te plakken. Het aantal partnerships, en het aantal projecten dat we kunnen binnenrijven bijvoorbeeld. Misschien komen we uit op nul, maar dat weet je dan voor het jaar nadien. Het kan een argument zijn om al dan niet opnieuw met een stand op CeBIT aanwezig te zijn.”

Ook Tele Atlas evalueert de deelname aan CeBIT aan de hand van het aantal business leads en nieuwe contacten. Ook de media-aandacht wordt onder de loep genomen, net als de vraag of bestaande partners voor nieuwe opportuniteiten hebben kunnen zorgen. Tot slot bekijkt Tele Atlas grondig wie zijn stand heeft bezocht.

Conclusie

CeBIT is zeker een investering waard, vindt Tele Atlas, maar wel een die elk jaar opnieuw goed overwogen wordt. Voor i-City is het allemaal nieuw, maar ook een weloverwogen keuze. I-City heeft wel het voordeel dat het een grotendeels gesubsidieerde vzw is, en geen commercieel bedrijf dat handenvol euro’s tegen een evenement als CeBIT kan gooien. Barco laat de kelk liever aan zich voorbijgaan, en kiest voor een stand op andere beurzen die voor het bedrijf interessanter zijn.

Door Celine De Coster

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content