MISSION IMPOSSIBLE

Begin dit jaar keerde de bankier Joaquim Levy terug naar de Braziliaanse politiek als minister van Financiën. Daar heeft hij wellicht al spijt van. Hij moest de kwaliteitsrating van de Braziliaanse overheidsobligaties vrijwaren, maar tevergeefs. Standard & Poor’s degradeerde Brazilië vorige week tot de rommelstatus.

De bijnaam van Joaquim Levy is Edward Scissorhands, de figuur met handen als scharen in de film van Tim Burton uit 1990. Want de econoom Levy, die jarenlang werkte voor het IMF, kan uitstekend om met de budgettaire schaar. Dat mocht de deelstaat Rio de Janeiro ondervinden, waar Levy van 2007 tot 2010 minister van Financiën was. De boekhouding was tientallen jaren een puinhoop geweest. Na het knipwerk van Levy was Rio de Janeiro financieel gezond. In 2010 zette de kredietbeoordelaar S&P de kroon op het werk, in de vorm van een kwaliteitsrating voor de schuld van Rio de Janeiro. Die eer was geen enkele Braziliaanse deelstaat ooit te beurt gevallen.

Het was een mooi afscheidscadeau voor Levy, die de politiek vaarwel zegde en overstapte naar Banco Bradesco, de op één na grootste bank van Latijns-Amerika. Hij werd het hoofd van de fondsbeheerder Bradesco Asset Management en kreeg meer dan 130 miljard dollar onder zijn hoede.

Tot hij eind vorig jaar een telefoontje kreeg van de net herverkozen president Dilma Rousseff, die hem vroeg of hij haar minister van Financiën wilde worden. De twee waren niet bepaald vrienden. Zij was een voormalige linkse guerrillera, hij een technocraat met een doctoraat van de Universiteit van Chicago, het mekka van het vrijemarktdenken.

Ze hadden al eens gebotst, toen ze dienden onder de vorige president, Luiz Inacio Lula da Silva. Rousseff was als chef van de presidentiële staf de feitelijke nummer twee, Levy was de baas van de nationale schatkist. Toen Levy in 2005 de verdediging opnam van een plan om het begrotingstekort weg te saneren, viel Rousseff hem openlijk af.

Paniek

Lula da Silva, hoewel een socialist, had een beter oog in Levy. Hij had hem de schatkist toevertrouwd bij zijn aantreden als Braziliaans president in 2003. Het was een van de benoemingen waarmee Lula da Silva de wereld ervan wilde overtuigen dat hij niet de Hugo Chavez van Brazilië zou worden. Hij zette ook de econoom Henrique Meirelles, een aanhanger van de vrije markt en lid van een andere partij, aan het hoofd van de centrale bank.

Een luxe was dat niet voor Lula. Toen eind 2002 alles erop leek dat hij de verkiezingen zou winnen, raakten de markten in paniek. Onder een linkse president zou de aflossing van de Braziliaanse schuld een probleem worden, klonk het. De Braziliaanse munt, de real, nam een stevige duik.

Zodra hij aan de macht was, stelde Lula da Silva een team samen dat de overheidsfinanciën opnieuw op de sporen moest zetten. Levy was een eminent lid. Hij herstructureerde de Braziliaanse overheidsschuld, die tussen 2003 en 2006 daalde van 60 tot 48 procent van het bruto binnenlands product. Het harde werk herstelde het vertrouwen van de markten en legde de basis voor een primeur in 2008: Standard & Poor’s kende een kwaliteitsrating toe aan de Braziliaanse schuld.

Politieke verlamming

In 2011 nam Rousseff het presidentschap van Lula da Silva over. Ze strooide duchtig met geld, om de dalende grondstoffeninkomsten te compenseren. Vorig jaar kon ze nog net haar herverkiezing binnenhalen, maar de economie had ze tegen dan verkwanseld. Het land gleed in een recessie, de inflatie en het begrotingstekort zwollen op, de real zonk naar dieptepunten. Een corruptieschandaal bij het staatsoliebedrijf Petrobras kreeg de politieke wereld in zijn greep. De toestand bedreigde de laatste strohalm van Brazilië: de kwaliteitsrating van zijn schuld. Het telefoontje naar Levy lag voor de hand. Als iemand het land kon behoeden voor een terugval naar de beschamende rommelrating, dan was hij het wel. Levy trad begin januari aan als minister van Financiën.

De Braziliaanse Scissorhands legde zijn besparingsplannen op tafel, maar ondervond voortdurend tegenkanting — niet alleen van het parlement, ook van collega’s in de regering. Hij kon ook niet terugvallen op Rousseff, wier populariteit naar ongeziene dieptepunten zonk. Verontwaardigd om het Petrobras-schandaal, trokken honderdduizenden Brazilianen in de voorbije maanden de straat op om het ontslag van Rousseff te eisen.

Het gat

Het zag er almaar slechter uit voor Levy. De politieke verlamming en de kelderende groei deden de begroting ontsporen. Eind vorige maand moest hij toegeven dat zijn budget voor 2016 het beloofde primaire surplus niet zou halen, en vroeg het parlement hem te helpen het gat te dichten.

Een goede week later volgde het onvermijdelijke nieuws: Standard & Poor’s verwees Brazilië naar de rommelstatus. Waarop de regering niet anders kon dan zware saneringen aan te kondigen. Ze wil 65 miljard real (15 miljard euro) wegsnijden, maar het blijft afwachten of het parlement daarmee akkoord kan gaan.

JOZEF VANGELDER, ILLUSTRATIE KORNEEL DETAILLEUR

Als iemand Brazilië kon behoeden voor een terugval naar de beschamende rommelrating, dan was het Joaquim Levy wel.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content