Met dank aan de markten

De radicale afwijzing van het zespuntenprogramma van de Europese Commissie voor België door de PS en de vakbonden zindert internationaal na. Enkele telefoontjes naar Londen en New York leren dat ons land in het vizier komt van de internationale financiële markten.

Vooral dat de man die dezer dagen een regering vormt, PS-topman Elio Di Rupo, zich zo scherp afzette tegen het Europese medicijnenpakket plooide menige wenkbrauw in de city’s in een frons. Tussen haakjes: de radicale afwijzing van Di Rupo kan alleen maar begrepen worden tegen de achtergrond van een verkiezingscampagne die op gang komt. Een formateur die het echt meent, houdt de kiezen op elkaar over iets als het zespuntenprogramma van Europa, ook al heeft hij er vanuit zijn partij grote problemen mee.

Tot nu toe kon België netjes onder de internationale financiële radar blijven. Er was de voorbije periode zoveel commotie in en rond euroland dat het eigenlijk niet mag verbazen dat de aandacht voor België aan de slappe kant bleef. Om van de dreigende downgrade van de kredietwaardigheid van de Verenigde Staten maar te zwijgen.

Onze economische groei is behoorlijk en we zitten wel met een hoge overheidsschuld, maar ons begrotingstekort is, dankzij eenmalige opbrengsten en enige cosmetica, redelijk onder controle. Bovendien ligt, in tegenstelling tot de eurolanden in acute crisis, in België de private schuld aan de lage kant. En ja, met die Belgen en hun complexe staatsstructuur is het altijd wat, maar uiteindelijk kronkelen en konkelen ze zich toch weer altijd naar één of ander compromis, klinkt de internationale consensus over België.

Not so anymore. Het perspectief van een onbestuurbaar land dat alleen door een zwaar wegende erfenis aan elkaar gehouden wordt, wint internationaal steeds meer aan kracht. Wijs in die omstandigheden – met veel poeha opgepikt door de internationale pers – een beleidspakket af dat voor objectieve waarnemers niets meer is dan wat het gezond verstand voorschrijft, en je krijgt iets dat veel weg heeft van het spelen met vuur.

Er dreigt misschien niet onmiddellijk een verdere afwaardering van de Belgische kredietwaardigheid door een of meerdere van de quoteringsbureaus, maar ondertussen weten we allemaal dat het zeer snel kan gaan zodra die bal aan het rollen gaat. Wanneer het dan zover is, kan je er gif op innemen dat we van de politici menige tirade te horen krijgen over het onverantwoord of irrationeel gedrag van de markten. En dat het, uiteraard, allemaal de schuld is van die gemene speculanten. Dat is niet waar.

De publieke financiën van België en – op enkele uitzonderingen na – de hele westerse wereld zitten op crashkoers. Het beleid kan onmogelijk blijven doorgaan. Nog nooit waren in vredestijd de tekorten en de overheidsschuld zo groot als nu. En dan moeten de kosten van de vergrijzing – niet alleen (veel) meer uitgaven maar ook minder inkomsten – er nog volop gaan bijkomen. Onze welvaartsstaat drijft meer en meer in een zee van toenemende schulden. Ware het niet zo triest en ernstig, de oproep van Europa om er toch te blijven naar streven op termijn de schuldratio (overheidsschuld/bbp) naar 60 procent te brengen, klinkt om eens hartelijk mee te lachen.

De financiële markten hebben duidelijk in de smiezen dat de publieke financiën in het Westen op een waanzinnige koers zitten die niet vol te houden valt. Waarschuwingslichten springen op oranje en rood. Bijvoorbeeld in het geval van Griekenland, dat alleen nog door vreemde professoren niet als een complete en uitzichtloze puinhoop wordt beschouwd.

In plaats van af te geven op speculatieve excessen die er zeker zijn, maar niet echt de essentie van de bewegingen bepalen, zouden de beleidsmakers beter aandacht besteden aan de signalen die de markten uitsturen. We kunnen niet onder de indruk uit dat er veel meer gefundeerde visie op langere termijn huist op de financiële markten dan in de denkoefeningen van onze politici. Deze laatste komen, zowel in België als elders in het Westen, helaas zelden verder dan de beschouwingen over de volgende electorale ronde.

JOHAN VAN OVERTVELDT

Onze welvaartsstaat drijft meer en meer in een zee van toenemende schulden.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content