McKinsey schreef de perfecte regeerverklaring

De mannen van het staalplan en de scenario’s voor De Post, Belgacom, NMBS, Fortis en UCB willen België redden. Gratis. McKinsey Benelux betaalde dertig manmaanden uit eigen zak voor een studie die een perfecte regeerverklaring is. Prospero is een hoffelijke tekst met waarheden als koeien die iedereen achter gesloten deuren – ook de sociaal-conservatieven van de vakbonden – oké vindt.

Voorbij het raam brult op twintig armlengten een helikopter. Een snuif 9/11 op de 23ste verdieping van de ITT Toren aan de Brusselse Louizalaan. Herman De Bode, hoofd van McKinsey Benelux, een Vlaming, pendelt tussen Brussel, Antwerpen en Amsterdam. McKinsey is in de Lage Landen opnieuw één Benelux-organisatie (ongeveer 120 miljoen euro omzet). De Cockerillkaai aan de Schelde vormt een halfweghuis tussen zuid en noord.

HERMAN DE BODE (MCKINSEY). “Tja. Wij hebben een Nederlandse collega gehad, Pieter Winsemius – nu met pensioen – die liberaal minister van Milieu was onder premier Ruud Lubbers in 1982-1986. Hij wou in het kabinet nadien de portefeuille van economie, maar hem werd defensie aangeboden. Hij weigerde en ging opnieuw aan de slag bij McKinsey. Zo’n functie is dus mogelijk voor een McKinseyaan.”

Prospero onderscheidt geen economisch-politieke verschillen tussen Vlaanderen, Brussel en Wallonië. Nochtans zullen die in de toekomst een grotere rol spelen.

DE BODE. “De uitdagingen voor de productiviteit, de arbeidsparticipatie en de pensioenen zijn even relevant voor noord als zuid. Misschien bestaat er wel een urgentieverschil voor noord en zuid. Stel dat de productiviteit in Vlaanderen sneller stijgt dan in Wallonië, dan is dat echter geen reden voor Vlaanderen om te besluiten: ‘Relax, we hoeven ons pensioenprobleem niet aan te pakken’. In Vlaanderen is de begrotingsruimte zeer krap.”

Zou een onafhankelijk Vlaanderen het Prospero-rapport niet vlotter volgen?

DE BODE. “De Belgische besluitvorming is enorm complex en verloopt traag. Daarom is het erg moeilijk om er een impact op uit te oefenen. Dat is misschien ook een reden waarom mensen minder worden aangetrokken door de politiek en dus daalt de kwaliteit van de politici. Als je de complexiteit van de besluitvorming wilt reduceren, kom je automatisch bij een discussie over de splitsing van België. Schaalvoordelen hebben vandaag een andere betekenis gekregen; informatietoegang is een commodity. Terwijl vroeger een grote schaal nodig was – zowel industrieel als politiek – is die nu bijna irrelevant geworden.”

Klinkt in de Wetstraat niet het verwijt: ‘waar bemoeit McKinsey zich eigenlijk mee’?

DE BODE ( lacht). “Wij hebben nóg landen geadviseerd over hun macro-economisch beleid. In Portugal werden we betaald, in Duitsland aanvankelijk niet maar later wel, in Frankrijk deden we het gratis. Wij kregen in België van verschillende kanten vragen om studies te maken – bijvoorbeeld van Voka voor de arbeidsmarkt, van de Union Wallonne des Entreprises voor innovatie, van Agoria voor hun septemberhappening. Vervolgens beslisten wij om geen deelstudies aan te vatten, maar een koepelstudie af te leveren over alle Belgische knelpunten en kansen. In België wringt het schoentje bij het algemene zicht op de toestand.”

In België ontbreekt de ‘sense of urgency’. Belde het kabinet van Guy Verhofstadt om te praten over het rapport?

DE BODE. “We zijn op voorhand gaan praten met vakbonden, werkgevers, professoren en politici. Frank Vandenbroucke leek erg geïnteresseerd.

“Wij zijn met deze studie voorzichtig te werk gegaan, al is mijn natuur wat agressiever. Als er niets uit het rapport wordt gerealiseerd, groeit de staatsschuld tegen 2030 om de vijf jaar met 80 miljard euro. En 80 miljard euro is 30 % van ons huidige bruto nationaal product.”

Schiet u niet in de eigen voet als de markt voor de openbare opdrachten zou aantrekken? Het olifantengeheugen van de politici kennende, zouden zij kunnen zeggen: ‘wij gaan liever in zee met Bain of Boston Consulting dan met die wijsneuzen van McKinsey’.

DE BODE. “Onze publieke opdrachten zijn vandaag zeer beperkt. In Nederland werken wij nog af en toe voor Rijkswaterstaat en het ministerie van Economie, in België hebben wij geen overheidscontracten. Wij deden Prospero uit maatschappelijke bekommernis. McKinsey ziet wat er leeft in de economie, in sectoren, bij onze ondernemingen die expanderen buiten de grenzen. Niemand kan ons Prospero kwalijk nemen. Het is bewust een hoffelijke studie. McKinsey had straffere taal kunnen spreken, maar je moet niet gelijk hebben, je moet gelijk halen en dat doe je niet door je polariserend te uiten.

“Een van de problemen van de Wetstraat is dat er geen onafhankelijke, door iedereen aanvaarde denktank is over de economie. Je hebt wel studiediensten, maar die zijn altijd gekleurd. Men veronderstelt telkens een agenda achter de cijfers. Veel profs hebben een politieke kleur, hoe mooi hun teksten ook zijn. Wij hebben vroeger een discussie gevoerd met het VEV over de verzelfstandiging van zijn studiedienst om zo tot een neutrale scheidsrechter te komen. De Nationale Bank zou dat in beginsel kunnen doen, maar richt zich op het verleden en minder op wat België moet doen. Idem voor het Planbureau.”

Keek u raar op van de resultaten van Prospero?

DE BODE. “Verrast was ik niet. Je krijgt de macro-economische bevestiging van wat je leert tijdens de gesprekken over de strategie van bedrijven. Wat mij wel shockeerde, was de ontzettend lage tewerkstellingsgraad van 55-plussers. Die bedraagt 26 %, het allerlaagste percentage van de Europese Unie. Intuïtief weet je wel dat het laag is. ( lacht) Ik ben 51 en zal niet stoppen op mijn 55ste.”

McKinsey Benelux kent België én Nederland. U hebt kritiek op de kwaliteit van het Belgische beleid, maar is Nederland beter?

DE BODE. “De Nederlandse collega’s hebben ook kritiek op het Nederlandse beleid. Met die belangrijke nuance: mij valt op dat de debatcultuur veel sterker is en traditie heeft in Nederland. Taboes worden aangepakt en dan praten de bewindslui en de publieke opinie ten gronde. Men gaat onbeschroomd vooruit, vergelijkt en beslist. Kijk naar de overlast door de asielzoekers in Rotterdam. Vlaanderen en België zijn gefixeerd op het politiek correct denken. Na een schok als Pim Fortuyn schuift Nederland de dogma’s opzij. Wij treuzelen.”

U praatte met vakbondsmensen. Stootte u op taboes?

DE BODE. “Niet als je spreekt onder vier ogen, wat voor Prospero het geval was. Als die individuele meningen op het collectieve vlak komen, dan treedt stilte en verlamming op. De verkiezingsuitslag van 13 juni moet toch wel de gêne voor diepgaande beslissingen wegwerken. Als het nu niet komt, wanneer dan wel?”

Thomas Leysen en Paul Soete van Agoria betreuren dat Prospero veel praat over dienstenjobs en weinig over industriejobs. Daardoor groeit de perceptie dat de toekomst van België een diensteneconomie is?

DE BODE. “Wij betwisten niet dat de industrie in België een toekomst heeft. Toch kan je niet om de langzame verschuiving van industrie naar diensten heen, zoals dat historisch ook was voor de landbouw tot een tewerkstelling van 3 %. Tegelijk is de scheidingslijn tussen industrie en diensten kunstmatig, de terminologie klopt minder. Is software een product, de toepassing een dienst? Het grafische en medische aanbod van Agfa-Gevaert beheert en manipuleert beelden. Is die toepassing van software dan een product of een dienst? Betekent dit nu dat de fabricage op nul zal vallen in België? Neen, voor bepaalde producten wel en voor andere absoluut niet.”

De herindustrialisering van de VS werd in de jaren tachtig een feit. Is dat denkbaar in West-Europa?

DE BODE. “Als je vandaag West-Europa zegt, dan moet je er Centraal-Europa en zelfs Rusland en Oekraïne bij nemen. Dan is er in totaal meer productie in Europa dan in de VS.”

U pleit voor een verlaging tot ongeveer 50 % van de werkgeversbijdrage. Is dat geen droombeeld?

DE BODE. “Wij pleiten voor een verlaging van de werkgeversbijdrage van 34 % naar 19 %. Dus praat je over een daling op de totale loonkosten van 10 %. Dat is braaf. Prospero is geen Thatcheriaans document. Dat zou gekund hebben, maar dan zou de invloed nul zijn.”

Zit bij de 440.000 nieuwe jobs tegen 2030 een aangroei door directe buitenlandse investeringen of verloopt de aangroei op eigen kracht?

DE BODE. “De jobcreatie is asymmetrisch. In de volgende vijf jaar moeten er 200.000 nieuwe jobs volgen; de overige 240.000 banen kunnen tussen 2010 en 2030. Een verstandige regelgeving zal de hoofdkwartieren hier houden of naar hier lokken en niet naar Amsterdam. Een verstandige regelgeving van de arbeidsmarkt is een hefboom. Niet alleen voor hoofdkantoren, ook voor nieuwe investeringen hebben wij een fantastisch potentieel.

“Voor je een wet invoert, moet je kijken naar de economische impact. Voor de Antwerpse havenarbeiders geldt nu een uitzonderingswet. Daardoor kan je tonnage verliezen aan havens zonder die uitzonderingswet. Wat met de beste bedoelingen wordt ingevoerd, heeft vaak een averechts effect. Kijk naar de Ierse economie. Het succes daarvan heeft in belangrijke mate te maken met een andere regelgeving.”

Prospero spreekt over de versnippering van de universiteiten in België. Wilt u één Harvard voor Vlaanderen en één Harvard voor Franstalig België?

DE BODE. “Harvard telt 19.600 studenten – inclusief zijn Graduate Schools – en is dus een kleine universiteit. De KU Leuven, zonder hogescholen, weegt in aantal studenten veel zwaarder dan Harvard. Niet de grootte van een universiteit is de oplossing, wel: hoe lok je kwaliteit? Welke middelen – publieke en privé – behoeven onze universiteiten voor de beste onderzoeksprojecten, de beste docenten, de beste studenten? Dat soort troeven maakt de universiteiten excellent. Als je ze onvoldoende middelen geeft en je verspreidt die middelen, dan geraak je nergens. Eén universiteit Vlaanderen en haar 100.000 studenten brengt geen voordelen. Kijk liever naar de bankrekening van Harvard.”

Zult u in België een McKinsey-leerstoel voor ondernemingszin lanceren?

DE BODE. “Ik heb een beter idee. Ik bepleit al tien jaar dat er jaarlijks drieduizend studiebeurzen worden uitgereikt aan landgenoten voor een studieverblijf in het buitenland en geen twintig of dertig beurzen.

“Jaarlijks 3000 Belgen in Noord-Amerika of Azië moet een positief effect hebben. Je kiest daarbij bewust voor landen met een sterke groei. Zij die terugkomen – bijvoorbeeld de helft – beschikken over het netwerk van de ‘blijvers’. Ze hebben een internationale binding, een visie, nieuwe denkpatronen. Als die bursalen jaren later in het beleid zitten, zal dat een grote meerwaarde hebben. Naast de 3000 Belgen over de grens, verwelkomen wij 3000 buitenlandse studenten in Brussel, Leuven, Namen, Luik, Gent, Antwerpen, Louvain-la-Neuve. Dat levert op tien jaar een netwerk met stevige kabels. In het budget van onderwijs is zoiets een peulschil. Als dat wordt gelanceerd, wil McKinsey een tiental scholarships betalen.”

Als iedereen drie dagen minder betaalde vakantie aanvaardt, dan dalen de loonkosten. Meer moet dat toch niet zijn?

DE BODE. “Het aantal gewerkte uren in België is al zeer laag en kan dus niet dalen. Eigenlijk zou je de arbeidstijd met 10 % tot 15 % moeten verhogen of het ziekteverzuim, dat soms hallucinant is, verminderen. Zo creëer je beleidsruimte voor bijvoorbeeld investeringen voor de verfraaiing van het vuile Antwerpen en Brussel. Het huidige aantal werkuren volstaat slechts voor vervangingsinvesteringen.”

Hoeveel vakantie hebben de Amerikanen van McKinsey?

DE BODE. “Twee tot drie weken.”

En de Belgen?

DE BODE ( lacht). “Wij hebben een schitterende regeling. Partners kunnen onbeperkt vakantie nemen, technisch toch. In de realiteit vieren mijn Amerikaanse collega’s drie weken vakantie, terwijl de Europeanen er vijf nemen.”

U zit in een internationaal netwerk en ontmoet veel Amerikanen. Zien zij Europa als een ‘lost case’ door de vergrijzing, de lage werklust, het gebrek aan een defensiebeleid?

DE BODE. “De Amerikanen zijn protestanten en weten dat je moet werken om vooruit te komen. Ze zijn er zich van bewust dat de staat niet voor hen zal zorgen. Dat heb je veel minder in Europa, waar de rol van de staat in het verleden zeer sterk was. In Europa beseft men te weinig wat het belang is van gezonde openbare financiën. Wij pleiten in het Prospero-rapport overigens dat scholieren in het laatste jaar van de humaniora les in openbare financiën zouden krijgen. Zo snappen zij de geldstromen van onze gemeenschap.”

Om terug te komen op de VS: hoe kijken ze naar Europa?

DE BODE. “De Amerikanen investeren in die regio’s waar ze weten dat ze een voldoende hoog rendement halen en daarvoor zoeken zij groeimarkten op. Bekijk de groeicijfers in China en India en dan is het begrijpelijk dat de Amerikanen vooral een Azië-strategie hebben. Of ze focussen op de Russische markt die stabiel wordt. De Europese Unie staat vaak onderaan het lijstje.”

Werken de Lissabon-doelstellingen? Europa moet in 2010 de meest kennisintensieve wereldregio zijn?

DE BODE. “Zo’n initiatieven zijn altijd positief omdat je de mensen een doelwit voorhoudt. Ik maak de vergelijking met de jaren negentig, toen in Europa werd geliberaliseerd en gedereguleerd. Dat had zeer positieve economische gevolgen.”

Alain Mouton – Frans Crols

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content