Maxima cum laude

Voor aandelenbeleggers was 1996 meer dan geslaagd.

Na het voortreffelijke jaar 1995 stelden de meeste analisten zich bij de start van 1996 voorzichtig op. De rentebodem leek in zicht en 1996 kondigde zich eerder als een overgangsjaar aan.

RECORDJAAR.

Maar de werkelijkheid overtrof de stoutste verwachtingen, op alle vlakken. De rentevoeten zakten wereldwijd tot historische dieptepunten, en daardoor konden de obligatiefondsen hun tweede adem vinden. De dollarmunten zetten ijzersterke prestaties neer, net als de zwakkere, Europese valuta. Aandelenfondsen scheerden nooit geziene toppen als gevolg van de lage rente en een gematigde inflatie, gekoppeld aan de vooruitzichten op een lichte herneming van de economische activiteit. Voor Europa speelde bovendien het positieve euro-sentiment een belangrijke rol.

Kortom, 1996 was het jaar van de “durvers”. Wie voor aandelen en een spreiding in traditioneel minder sterke valuta (ITL, SEK, GBP) koos, haalde de lauwerkrans binnen. Wie rustig het aantrekken van de rente afwachtte, was wederom gezien : het rendement op de cashfondsen droogde verder op.

GO EAST.

Oost-Europa stond het hele jaar door in de belangstelling. De weinige fondsen die hun activa in “emerging Europe” investeren, zijn stuk voor stuk bovenaan de top-50 terug te vinden.

En ook Amerika bleef uitstekend presteren. Na een voortreffelijk 1995 verdient ook 1996 een vermelding in de beursannalen. Zelfs Latijns-Amerika en Hongkong wisten zich aan het optimisme van Uncle Sam op te trekken. Net als een dollargevoelige beurs zoals Nederland, dat ook vorig jaar al één van de toppers was.

De creatie van aandelenfondsen met kapitaalsgarantie, of “klikfondsen” kwam in een stroomversnelling. Vooral tijdens de eerste jaarhelft zorgden deze producten voor heel wat animo op de Belgische aandelenmarkt. Hoe inventief fondsbeheerders wel zijn, blijkt duidelijk uit de verscheidenheid aan klikfondsen die ondertussen op de markt werden gebracht. Ze vergelijken, is daarom ook onbegonnen werk, vanwege de verschillende looptijden en de afwijkende kliks of participatiegraden.

Ook voor obligatiefixfondsen was, zeker in de eerste jaarhelft, nog heel wat belangstelling. Vooral de lange looptijden werden gekocht omwille van de gunstige fiscaliteit en de hogere rendementen.

TOEKOMSTMUZIEK.

Binnen de categorie van de fixers op de BEL20 is een sluitende vergelijking nog moeilijker te maken. Een aandelenfixer is namelijk een tweeledig product. Enerzijds is er het renteproduct dat ervoor moet zorgen dat het oorspronkelijke kapitaal (de lanceerprijs) wordt tegen de eindvervaldag weer wordt samengesteld. Anderzijds is er een koppeling aan de evolutie van de BEL20. Daardoor zijn de fixfondsen met de langste looptijd op zich meer rentegevoelig. De tussentijdse inventariswaarde wordt voor een groot deel door het renteproduct bepaald.

Ook de participatiegraad in de stijging van de BEL20 maakt een vergelijking niet altijd evident. Bovendien klikken sommige fixers meerwaarden periodiek in, terwijl andere pas “klikken” wanneer een bepaalde indexstijging werd gerealiseerd.

Voor 1997 staan opnieuw heel wat aandelenfixfondsen op het programma. Bovendien zal ook het aantal sectorfondsen worden uitgebreid. Ook de privaks, die hun activa in privé-schuldpapier (financieringen, hypothecaire leningen) zullen investeren, kregen een wettelijk kader. Kortom, genoeg munitie om ook 1997 interessant te maken.

GEERT TACK

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content