Luchtkastelen en borrelnootjes van Randstad-Verhofstadt

Guido Muelenaer

De begroting was al een mislukking nog voor het overleg begon. Het doelwit van een begroting in evenwicht mist immers ambitie. De Hoge Raad voor Financiën heeft het mooi uitgerekend: de regering moet elk jaar een overschot boeken om de toekomstige vergrijzingskosten over de generaties heen rechtvaardig te spreiden. In 2008 zou dat overschot 0,5 % moeten bedragen of circa 1,5 miljard euro. In 2017 moet dat oplopen tot 2 %.

Maar de Randstadploeg van Guy Verhofstadt wou zo ver niet gaan. Aanvankelijk werd een tekort van 3,5 miljard euro genoemd, maar na het schrappen van een reeks verlanglijstjes van de interim-excellenties werd het echte tekort op 1,5 miljard euro begroot. Dat werd weggewerkt op een weinig tot de verbeelding sprekende manier. En toch kostte het zeventien uur vergaderen.

In de ziekteverzekering werd 580 miljoen euro opzijgezet omdat de groei lager is uitgevallen dan voorzien in het budget. Dat ondertussen de kosten weer aan het oplopen zijn, wordt gemakshalve vergeten. Zorgen voor later. Voorts wordt gerekend op 300 miljoen euro extra inkomsten door de activering van 15.000 extra werklozen. Op welke cijfers dat streefdoel is gebaseerd, is onduidelijk. En natuurlijk is er de strijd tegen de fiscale fraude: het wegwerken van misbruiken in de notionele-intrestaftrek moet 200 miljoen euro opleveren. Fantastisch rekenwerk, want niemand weet op dit moment hoeveel de notionele-intrestaftrek kost. Hoe kan je dan berekenen wat de strijd tegen de misbruiken zal opbrengen? En het lijstje is niet ten einde. Een taks op de elektriciteitssector zal 250 miljoen euro opleveren, maar de regering zal dat doen in het kader van een overleg met de sector. Verkoop het vel niet vooraleer de beer geschoten is, is een spreekwoord dat hier perfect van toepassing is. Hopelijk zijn de 300 miljoen euro aan besparingen op de primaire uitgaven van de overheid tastbaarder.

In de begroting staan ook voor 340 miljoen euro nieuwe maatregelen. Daar zitten een aantal goede tussen. De verhoging van de laagste pensioenen is terecht, het optrekken van de sociale tarieven voor gas en elektriciteit komt ook tegemoet aan een verzuchting. De extra jobkorting van 50 euro, de mobiliteitspremie voor werklozen die in een ander gewest gaan werken en het optrekken van het belastingvrije minimum met 250 euro zijn drie initiatieven die de werkgelegenheid kunnen bevorderen en dat is nog steeds de beste manier om de overheidsrekeningen te doen kloppen.

Dit begrotingsakkoord was niet mogelijk zonder een akkoord over de staatshervorming. Twee fases werden afgesproken: fase een is die van de borrelnootjes, de tweede fase is die van de vette vissen. De borrelnootjes zijn eerder van het Aldihuismerk dan van het topmerk Duyvis. En de vette vissen … die zwemmen nog vrij rond in het water. De Raad van Wijzen had twaalf uur onderhandelen nodig, tot 3 uur ‘s nachts, om een lijstje te maken van de thema’s die in de tweede fase behandeld moeten worden. Van enige garantie, of zelfs maar van enige toelichting over deeldossiers of principes is geen sprake. Eigenlijk is er nauwelijks vooruitgang geboekt. De kans dat de vette vissen straks maar magere beestjes zullen zijn, blijft reëel. Niet te verwonderen dat de N-VA niet in deze regering wil stappen.

Het enige lichtpunt in het communautaire akkoord is dat Brussel het moet stellen met 65 miljoen euro extra in plaats van de gevraagde 500 miljoen euro. Brussel is een armlastige stad omdat het een bevolking heeft van wie 17 % werkloos is (tegen 4 % in Vlaanderen en 10 % in Wallonië) en van wie een zeer groot deel allochtonen in armoede en bijna segregatie leeft. Bovendien is Brussel een verzameling van negentien baronieën, waaruit moeilijk een efficiënt bestuurd geheel kan groeien. Los eerst die problemen op en dan kan er over een financiering van Brussel gepraat worden.

Dit communautaire Aldipakket was voldoende voor de Vlaamse regering om 360 miljoen euro te reserveren voor de federale schuldaflossing. En daarmee is de begroting rond.

De ontnuchtering zal niet lang op zich laten wachten. In juli heeft de eerste begrotingscontrole plaats. Dan zal duidelijk worden hoe sterk de conjunctuurvertraging is. De kredietcrisis dreigt in de Verenigde Staten voor een recessie te zorgen en die zal ook in Europa te voelen zijn. De eurozone zou in 2008 nog maar met 1,8 % groeien; dat is 0,4 procentpunt minder dan in november. Bovendien is de kans dat het nog minder wordt, groter dan dat het meer wordt.

Op het thuisfront loert nog meer gevaar achter de hoek. De uitgaven in de gezondheidszorg stijgen weer en als die reële groei hoger uitvalt dan de groei van het bbp, dan moet de regering financieel tussenbeide komen. Dat gaat geld kosten.

In juli zal een extra inspanning nodig zijn, zeker als sommige begrotingsmaatregelen van vandaag luchtkastelen blijken te zijn. Zal de regering dan de échte maatregelen durven te nemen? Een afslanking van het overheidsapparaat bijvoorbeeld. Niet dat zoiets een grote onmiddellijke impact heeft op de begroting voor 2008, maar het zou wel de toekomst makkelijker maken. Of de transfers naar Wallonië afbouwen door een grondige staatshervorming. Geen borrelnootjes, maar kreeft en oesters. (T)

de auteur is hoofdredacteur.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content