Lessen uit een mijnramp

Florencio, Mario, Juan en negenentwintig anderen zijn gered. Ook een Boliviaanse stumperd, Carlos Mamani, is veilig en wel aan de oppervlakte geraakt. Het was voor de Boliviaanse president veel belangrijker aanwezig te zijn bij de redding van een Boliviaanse mijnwerker dan een vergadering voor te zitten of bij te wonen om structurele wantoestanden uit te roeien. Er zijn nieuwe helden, nieuwe beelden die op het netvlies staan gebrand, er zijn nieuwe toppolitici, eind goed al goed.

Tegendraads als ik soms kan zijn, zijn de ware helden van deze redding uiteraard al die anonieme ingenieurs, ambtenaren en wereldvreemde idealisten die al zoveel jaren vruchteloos hadden geijverd om in Chili structureel de mijnen veiliger te maken. Die mensen die de rug wordt toegedraaid omdat ze ‘fantasten’ zijn, of ‘dromers’, omdat het financieel niet haalbaar is.

De reddingsoperatie zou 22 miljoen dollar hebben gekost. Met die som had men waanzinnig veel aan preventie kunnen doen. Maar dat is een eerste les: preventie is niet sexy, er staan geen veertig televisiezenders klaar om verslag uit te brengen over een preventievergadering. Op die vergaderingen zie je dus ook nooit presidenten, premiers of senatoren. Die treden pas in actie als het goed fout loopt, als er bloed vloeit. Langs deze weg dus dank en hulde aan alle ambtenaren, muggenzifters, preventieadviseurs, ingenieurs, experts die mij in veilige liften doen stappen, veilige tonijn uit blik laten eten en in veilige auto’s laten rijden, mij in veilige hotels laten overnachten en mij veilig een straat laten oversteken. Ik weet het, één column verdwijnt in het niets tegenover de heldenverhalen, de feesten, het breaking news over kompels die één na één gedurende vijftien minuten van de hel naar de hemel werden gehesen.

Er was ook een leider in de mijn, Luis Urzua. En volgens alle rapporten heeft die man dat uitstekend gedaan. Er schuilt in de meesten onder ons wel een leider, die er enkel op wacht om onder de juiste omstandigheden naar boven te komen. Leiderschap heeft vaak meer te maken met omstandigheden dan met talent. Het is daarom belangrijker dat we als gemeenschap ons bezinnen over het feit dat we zo weinig politiek leiderschap hebben. Het ligt toch niet aan gebrek aan de intrinsieke kwaliteiten van een Milquet, De Croo of andere De Wevers dat dit land zo moeizaam geleid wordt. Ook hier moeten we leren wat minder in te hakken op de zichtbare, conflictzwangere, spectaculaire momenten bij publieke debatten, maar meer aandacht te besteden, meer ondersteunend te werken voor de ‘stille krachten’, de structurele voorwaarden, de culturele randvoorwaarden. Dat zijn helaas wat abstractere begrippen. Iedereen kan meepraten als het gaat over het zingen van het juiste volkslied, maar de meesten haken af als het gaat over het opzetten van feedbackmechanismen waardoor een klimaat van openheid wordt opgeroepen. Mensen, zeker als ze het predicaat leider opgespeld krijgen, zijn zichtbaar, bewonderbaar, analyseerbaar. Zij domineren het menselijke denken. Structuren, processen, systemen zijn vaak veel belangrijker. Sociologen en systeemdeskundigen zien zich echter vaak verplicht in de marge te knoeien, terwijl Hollywood bepaalt wat leeft. Charlie Chaplin heeft meer effect gehad op het denken over bandwerk dan alle arbeidssociologen samen.

De Chileense mijnramp heeft eens te meer aangetoond dat onze samenleving gehollywoodiseerd is. Niets laat zich zo leuk verfilmen als een echt verhaal, met echte helden, met tastbare moeilijkheden. En liefst met een happy end. Alles wat structureel is, wat sluipend superdreigend is, wat niet in de ‘Bold & the Beautiful’ kan worden getoond, geraakt moeizaam, supermoeizaam op de politieke agenda. Zelfs de opwarming der aarde heeft pas de volle aandacht gekregen na de film van Al Gore en is nu zo goed als volledig van de politieke agenda’s verdwenen, omdat het debat eerder gaat over de twee zwembaden van Gore dan over de basisboodschap van de film. Eén verhaal boeit meer dan duizend analyses. Dat is op zich niet erg voor de populaire pers. Maar dat is wel gevaarlijk voor beleid en bestuur.

Marc Buelens, Partner-hoogleraar management aan de Vlerick Leuven Gent Management School

Langs deze weg dank en hulde aan alle ambtenaren, muggenzifters, preventieadviseurs, ingenieurs, experts die mij in veilige liften doen stappen.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content