La femme d’O

Stout, dat is misschien het eerste waaraan u denkt bij de lingerie van La Fille d’O. Maar ontwerpster Murielle Scherre heeft veel grotere ambities.

Ooit was ze ‘die van de pornofilm’, openhartige seksboeken en pikante tv-programma’s, maar vandaag speelt ondergoed weer de hoofdrol in het leven van lingerieontwerpster Murielle Scherre. En met succes. Haar tegendraadse bh’s en onderbroeken – zonder kant, maar met luxueuze materialen en een dosis humor – hangen sinds kort in de rekken van de Londense department store Selfridges. Vanavond opent ze haar eerste eigen winkel in de Gentse Burgstraat.

Een grote stap voor Scherre (34), die acht jaar geleden haar lingerie begon te verkopen op Tupperware-achtige party’s bij mensen thuis. Later deed haar eigen living dienst als winkel en had ze een pop-upshop in Antwerpen. “De afgelopen zeven jaar was een wilde periode waarin ik van alles uitprobeerde. Als mens was ik redelijk snel volwassen, maar als merk had ik een hevige pubertijd. Nu is La Fille d’O volwassen.”

MURIELLE SCHERRE. “Mijn merk is heel organisch ontstaan. In het begin kwamen mijn vriendinnen gewoon langs om wat tv te kijken en tussendoor een bh te passen. Alle stock stond toch in de living. Op den duur was er meer stock dan living en had ik plots een winkel aan huis die alle dagen open was. Maar ik bleef in de twilightzone, mijn huis ligt buiten het winkelcentrum en je moet aanbellen. Dat blijft voor sommigen letterlijk een drempel. Met een winkel kan ik nieuwe klanten bereiken. En het is een manier om te laten zien waar La Fille d’O voor staat. Bovendien was de verstrengeling van wonen en werken nefast. Mijn job verdrong hoe langer hoe meer mijn privéleven.”

Gaat zo’n bouwwerf dan niet ten koste van uw privéleven?

SCHERRE. “Eigenlijk zou mijn winkel al in april 2010 opengaan, maar er was veel tegenslag. Ik moest veel wachten. Helemaal niet mijn stijl. Voor mij moeten de dingen vooruitgaan. Toch leverde die noodgedwongen adempauze nieuwe inzichten op. Terwijl ik werkte aan de nieuwe collectie, keek ik nog eens naar mijn oude collecties. Ik ontdekte hoeveel goede ontwerpen daartussen zaten. Hetzelfde verhaal hoorde ik van Selfridges. Zij volgen me al drie jaar en bestelden ook veel ‘oude’ stukken. Speciaal voor hen produceerden we die opnieuw. Maar binnenkort zullen ook in andere winkels oude succesnummers weer te koop zijn.”

Druist die recyclagegedachte niet in tegen de mallemolen van de modetrends?

SCHERRE. “Ik studeerde mode aan de academie in Gent, maar ik heb er altijd een haat-liefdeverhouding mee gehad. Psychologisch vind ik het heel moeilijk om al mijn creativiteit en energie te steken in een collectie die een half jaar later afgedankt in de koopjesbak ligt. Ik wil iets maken dat over tien jaar nog goed is. Duurzaamheid en kwaliteit zijn top- prioriteit. Daarom koop ik mijn stoffen bij Liebaert in Deinze. Hun textiel ziet er eenvoudig uit, maar is technisch heel hoogstaand. Zijde koop ik bij Perrin in Parijs: onberispelijke kwaliteit van eigen bodem. En ik produceer alles in België. Al mijn ondergoed en bikini’s worden gestikt in het oude atelier van Van de Velde, dat zijn productie overhevelde naar het buitenland.

“Dat zal ik nooit doen. Het metier van de naaisters uit Kemmel vind je niet in China of Polen. Die vrouwen kunnen echt toveren achter hun stikmachines en ze denken mee na over de productie. Ik kan daar naartoe gaan met een lap stof, een vel papier en een schaar en buitenkomen met een bh. Fantastisch. Dus waarom zou ik in godsnaam naar een goedkoop land gaan als ze niet kunnen maken wat ik wil? Foert, dat het hier veel duurder is. Mensen klagen dat luxegoederen in lagelonenlanden worden geproduceerd en dat er daardoor in Europa minder jobs zijn. Maar diezelfde mensen kopen wel graag een trui van 10 euro bij H&M. Dat houdt toch geen steek.”

Schuilt er dan geen zakenvrouw in La Fille d’O?

SCHERRE. “Ik ben te weinig gedreven door geld. Ik zit bomvol goede ideeën, maar daar staat voor mij niks tegenover. Rijk worden, interesseert me niet. Gelukkig geeft Francis Weyns me veel zakelijk advies. Hij begrijpt mijn ideeën, maar ziet La Fille d’O ook als een commercieel bedrijf. Dankzij hem heb ik de vrijheid om te blijven doen wat ik wil.”

Wat wilt u dan precies?

SCHERRE. “Simpel: bh’s maken voor elke vrouw: maat 34, maat 44, jong meisje, prille moeder of kankerpatiënt. Ik heb cup A tot H en ontwikkelde een prothese- en een borstvoedings-bh. Ik vind het intriest om te zien dat elke vrouw een complex heeft over haar lichaam. Allemaal de schuld van de media. Ik vergelijk schoonheid graag met kleuren. Tegenwoordig zien we in de bladen alleen blauw – denk: magere meisjes met ellenlange benen. Zo saai. Er zijn zoveel mooie kleuren – lees: dikke vrouwen. Waarom zie ik die niet? Waarom zetten magazines keer op keer een ‘blauw’ meisje op de cover van hun lingeriespecial? Daar kan ik me echt druk om maken. Dus werk ik voor mijn campagnes met de mooiste modellen van alle denkbare types.

“Ik gebruik ook geen klassiek matensysteem, maar ik nummer van 1 tot 9. Ik begrijp dat niemand een broek wil waarop staat XXXXXL, maar vrouwen laten zich te veel leiden door zo’n stom cijfer. Ik heb klanten met maat 40 die standaard een 36 kopen. Een andere nummering geeft wat ademruimte om met een goed stuk naar huis te gaan.”

Is La Fille d’O nu een volwassen vrouw?

SCHERRE. “Al mijn hele leven ben ik dol op lingerie. Helaas was het altijd of mooi of comfortabel. Nooit alle twee. In plaats van daarover te zeuren, wilde ik mijn eigen merk starten. Tijdens mijn studie volgde ik een avondopleiding patroontekenen en corsetterie. En om mijn wilde plan te financieren, begon ik de dag na mijn afstuderen meteen te werken. Bij elke loonstorting kocht ik iets: 200 meter stof, 1000 bretellen, noem maar op. Twee jaar later presenteerde ik mijn eerste collectie. Met La Fille d’O keer ik terug naar het abc van de lingerie en vernieuw ik ondergoed vanuit de basis. Ik doe ontzettend veel ontwikkeling in pasvorm, materiaal en productie. “En ik stel alles in vraag: Wat is vrouwelijk? Wat is sexy? Wat is luxe? Ik vind dat te veel merken kiezen voor de gemakkelijke weg. Ze hebben een vijftal bh-modellen die ze versieren met veel kant omdat dat zogezegd sexy en luxueus is. Ik gebruik zijde die boterzacht aanvoelt. Dat vind ik luxueuzer. Kant is bovendien een extreem materiaal, iets voor gevorderden. Misschien dat ik me er over een jaar of 30 eens aan ga wagen. Ik vind dat je moet eerst leren lezen voordat je poëzie kan voordragen.”

Pikante programma’s op Jim en TMF, seksboeken en een pornofilm met Goedele Liekens, een tijdje geleden begon u verdacht veel op een BV te lijken. Pure reclame voor uw merk?

SCHERRE. “Een beetje. Maar ik ben ook gewoon ontzettend nieuwsgierig en wil alles uitproberen. Die zijprojecten waren de max, maar op den duur wist niemand nog dat ik lingerie maakte. Zelfs ik was het een beetje vergeten. In de komende jaren wordt dat mijn enige focus. Vroeger wilde ik van de ene op de andere dag kunnen beslissen om twee maanden een boek te schrijven. Die nood heb ik niet meer. Gelukkig maar, want ik heb nu een winkel en personeel. En ik vind dat nog cool ook. De wereld is fantastisch, maar in de Burgstraat valt ook van alles te beleven. Dat moest ik even inzien.”

IRIS DE FEIJTER

“Als mens was ik redelijk snel volwassen, maar het merk La Fille d’O had een hevige pubertijd”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content