KRONIEK VAN EEN AANGEKONDIGDE DOOD

Het bankavontuur van Optima is faliekant afgelopen. Het betekent wellicht het einde voor de Gentse financieel adviseur. Hoofdaandeelhouder Jeroen Piqueur en het respecteren van regels en voorschriften, het bleek een onmogelijke combinatie.

Een omstreden en flamboyante figuur is Jeroen Piqueur altijd geweest. Hij liet zich met een privéjet vliegen, in de zomermaanden dobberde zijn jacht in de wateren rond Ibiza, en als hij door de straten van Gent reed was het steevast in een Rolls of een Porsche.

Piqueur had Optima in het begin van de jaren negentig opgericht om advies te verlenen aan vermogende klanten. Hij was ervan overtuigd dat je daarvoor zelf een luxueuze levensstijl moest uitstralen. Indruk maken, daar kwam het op neer. Eigenlijk deed hij daarmee niets anders dan de bankiers van grootbanken imiteren, die marmeren tempels laten bouwen om het publiek de indruk te geven: ‘Kijk eens hoe goed wij het hebben. U kunt uw geld aan ons toevertrouwen. Wij weten wat ermee te doen.’

Maar Piqueur kon zich geen respect en sympathie kopen. Zijn exuberante houding stak de ogen uit. Mede omdat hij als selfmade man van in het begin van zijn carrière betrokken was bij schimmige activiteiten zoals Ascona, de vennootschap die Belgen waardeloos vastgoed in Texas verkocht. Piqueur werd niet veroordeeld in het Ascona-dossier, maar de perceptie dat hij niet koosjer was, kon hij nooit meer omkeren. Eens een oplichter, altijd een oplichter, oordeelde de goegemeente.

“Nochtans is het idee achter Optima briljant”, zegt een oud-bankier. “Je maakt een doorlichting van de volledige financiële en fiscale situatie van een klant en daaruit distilleer je een plan om zijn vermogen te beheren en zijn toekomst te verzekeren. Het probleem met Optima was dat het plan telkens weer, bij elke klant, bij dezelfde investeringen uitkwam: vastgoed en Luxemburgse tak23-levensverzekeringen. Niet toevallig de twee producten die Optima zelf in de aanbieding had en de onderneming mooie marges opleverden.”

De vlucht voorwaarts

Piqueur richtte Optima in 1991 op. Het concept haalde hij uit de Verenigde Staten. Een hele tijd boerde de financieel planner goed. Het commerciële apparaat was ijzersterk en de instroom van nieuwe klanten aanzienlijk. Maar al snel kwamen de klachten. Klanten die instemden met de voorstellen van Optima zagen zich geconfronteerd met hoge kosten, waardoor het rendement van hun investeringen een pak lager uitviel dan wat Optima hun had voorgespiegeld. Optima verdiende er goed aan, sommige klanten zaten vaak voor jaren vast aan verlieslatende producten.

Een aantal klachten trok de aandacht van de toezichthouder. Die stelde vast dat iedereen zich ‘financieel planner’ kon noemen, dat er geen echte regels of voorwaarden voor het beroep bestonden. En dat leidde tot mistoestanden, niet enkel bij Optima. De eerste ideeën voor een strenger kader kregen vorm.

“Optima, dat gewoon was te doen wat het wilde, zag de bui hangen”, vertelt een ingewijde. “Het statuut van onafhankelijk financieel planner was wellicht niet te verzoenen met hun businessmodel. Precies op dat moment waren er contacten met de verzekeraar Ethias in het kader van het op te richten voetbalstadion in Gent. Ethias moest zijn bank verkopen en Optima zag een kans om een banklicentie te verwerven. Het bedrijf rekende erop dat het één keer door een zware compliance- en governancetest zou moeten, om daarna weer de handen vrij te hebben in het aanbieden van financiële diensten.” De vlucht voorwaarts heet zoiets.

Maar de toenmalige toezichthouder CBFA (nu FSMA) weigerde de overname van Ethias Bank door Optima goed te keuren. Anderhalf jaar duurde het voor Optima groen licht kreeg. Het was uiteindelijk de Nationale Bank die, na de overheveling van het bankentoezicht, in november 2011 instemde met de operatie. Volgens veel waarnemers had de Nationale Bank dat nooit mogen doen. FSMA-voorzitter Jean-Paul Servais uitte informeel verschillende keren zijn onbegrip over die beslissing.

Klinkende namen

Waarom keurde de Nationale Bank de verkoop van Ethias Bank aan Optima uiteindelijk toch goed? Sommige bronnen spreken van politieke beïnvloeding. Optima had de voormalige socialistische voorman Luc Van den Bossche binnengehaald, eerst als voorzitter en later als CEO. Van den Bossche had goede contacten bij de Nationale Bank (onder andere met directeur en oud-partijgenoot Norbert De Batselier), en kreeg de zaak door zijn vele connecties verkocht, luidt een versie.

Andere bronnen zeggen dat Optima op een gegeven moment gewoon aan alle formele eisen van de Nationale Bank voldeed. De governance werd geprofessionaliseerd middels een herschikking van de groepsstructuur. Er kwam een holding, Optima Group, boven de operationele dochters Optima Bank (bank en financial planning) en Optima Global Estate (vastgoed). Ook de bevoegdheden van het directie-comité en de raad van bestuur werden afgelijnd. Mensen met ervaring in het bankwezen zoals oud-Fortis-topman Herman Verwilst werden als onafhankelijk bestuurder aangesteld. Ook Ludo Swolfs (ex-E&Y) was een klinkende bestuurdersnaam die Optima voldoende geloofwaardigheid op het gebied van audit en controle moest verlenen.

“Achteraf is gebleken dat Optima veel mondelinge toezeggingen gedaan heeft, maar dat de praktische implementatie van de controle- en bestuursfuncties te wensen overliep”, zegt een oud-medewerker van de Nationale Bank. “Ik heb de indruk dat die mensen nooit goed begrepen hebben wat het runnen van een financiële instelling precies inhoudt.”

Diep in het rood

Regels volgen, compliance, corporate governance… Het bleek een moeilijk verhaal in de Optima-context. En steeds duikt de naam van oprichter Jeroen Piqueur als storende factor op. “Compliance en de oprichter-hoofdaandeelhouder van Optima, dat was een zeer moeilijk huwelijk”, aldus dezelfde bron. “Die man gaf steeds de indruk dat over de regels te negotiëren viel. Verschillende keren hebben we hem gezegd: regels en voorschriften zijn er om gevolgd te worden. Hij had het daar moeilijk mee.”

“Je ziet dat vaak bij familiale bedrijven waar de meerderheidsaandeelhouder strikt genomen geen operationele bevoegdheden meer heeft, maar zich in de praktijk opwerpt als de grote baas”, zegt een corporategovernancespecialist. “Als die man zich blijft gedragen als een boer op zijn erf, maakt het dikwijls niet uit welke structuur er is uitgetekend.”

Begin 2014 was al duidelijk dat Optima niet capabel is een bank volgens de geijkte regels te leiden. Bovendien had de bank net gestunt door tijdelijk een spaarrente van 3,75 procent te bieden, ongezien in een lagerenteomgeving. Het succes was veel groter dan verwacht – er werd 300 miljoen euro nieuwe middelen aangetrokken – en dat kostte de bank een pak geld. Optima Bank, dat in de boekjaren 2013 en 2012 amper winst had gemaakt (respectievelijk 1,7 en 3 miljoen euro, hoofdzakelijk te danken aan financiële transacties), zag zich geconfronteerd met een negatieve rentemarge en zakte diep in het rood.

Hoe groot het verlies was, is niet officieel bekend. Optima verlengde zijn boekjaar 2014, wellicht om de slechte cijfers te verdoezelen. In de wandelgangen wordt gesproken van 20 miljoen euro verlies. Daarmee zou een derde van het eigen vermogen weggeveegd zijn. Bovendien viel de complementariteit van de bank met de financialplanning-activiteit tegen. Niet veel klanten zijn bereid de overstap te maken van een hoogrentende spaarrekening naar een globaal financieel plan. De synergieoperatie dreigde op een sisser uit te lopen.

Onder toezicht

De Nationale Bank maakte zich intussen almaar meer zorgen over de zware kostenstructuur, de gebrekkige rendabiliteit en de zwakke kapitaalpositie van de bank. In september 2014 besliste Optima, onder druk van de toezichthouder, de bankactiviteit stop te zetten. Kredietportefeuilles werden verkocht, onder meer aan Delta Lloyd Bank en CKV Bank. De spaarrekeningen werden geliquideerd. Het balanstotaal van de bank daalde fors. De deposito’s verminderden van 700 naar 90 miljoen euro. Maar net toen de laatste fase van de liquidatie werd ingezet, kreeg de Nationale Bank begin dit jaar lucht van bepaalde ongeoorloofde transacties.

Alles wijst in de richting van hoofdaandeelhouder Jeroen Piqueur, die onrechtmatig middelen uit de bank zou hebben onttrokken. Daardoor zou er een tekort ontstaan bij de volledige afwikkeling van de bank. De precieze aard van de onregelmatigheden is niet duidelijk, maar het zou om meer dan 10 miljoen euro gaan. In de kranten wordt gewag gemaakt van exuberante onkostennota’s, commissievergoedingen en/of ongeoorloofde dividenduitkeringen in het voordeel van Piqueur. Het is in elk geval voldoende voor het parket van Gent om een onderzoek te starten.

De Nationale Bank plaatste Optima onder toezicht van een commissaris en trok de banklicentie in. Een dag later schorste de FSMA de inschrijving als verzekeringsmakelaar. “De kans dat Optima van die klap herstelt, is klein”, zegt een financieel specialist. “Als de onderneming geen bancaire of verzekeringsproducten meer kan verkopen, zijn er ook geen inkomsten meer.”

Doorstart wordt moeilijk

Een sectorgenoot wijst erop dat de commerciële motor van Optima ook in de activiteit financial planning al een hele tijd minder goed draaide: “De vette jaren zijn voorbij. De aanbreng van nieuwe klanten daalde en dus ook de inkomsten. Bovendien had Optima geen erkenning als onafhankelijk financieel planner. Het oefende die activiteit onder zijn bankstatuut uit, maar die paraplu is nu weggevallen.”

De onderneming was van plan het bankstatuut in te ruilen voor dat van beursvennootschap of vermogensbeheerder, maar de FSMA weigerde die erkenning te verlenen. Wat volgde, waren pogingen om een doorstart als financieel adviseur te nemen. Maar zoiets wordt, gezien de stugge houding van de toezichthouders, bijzonder moeilijk. Maandagmiddag zweefde Optima tussen het scenario van een vereffening en dat van een faillissementsaanvraag. Er zouden hoe dan ook voldoende middelen en waarborgen zijn om de tegoeden van de depositohouders volledig uit te keren. Een beroep doen op het depositogarantiefonds zal hoogstwaarschijnlijk niet nodig zijn, bevestigde minister van Financiën Johan Van Overtveldt.

Intussen blijft Optima wel actief als vastgoedmakelaar. De vastgoedactiviteiten zijn twee jaar geleden geïsoleerd in de vennootschap Optima Global Estate, waarvan Luc Van den Bossche voorzitter was. Hij nam vorige week ontslag. Maar de verkoop van vastgoed draaide vooral op de aanbreng van kopers door de financieel adviseurs van Optima. Als dat aanvoerkanaal droogvalt, kan ook Optima Global Estate in de problemen komen.

PATRICK CLAERHOUT EN ILSE DE WITTE

Bij Optima was de conclusie van het financiële plan bijna altijd dat klanten vastgoed van Optima en levensverzekeringen van de Luxemburgse verzekeraar Lombard International Insurance moesten kopen.

De precieze aard van de onregelmatigheden is niet duidelijk, maar het zou om meer dan 10 miljoen euro gaan.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content