Komen de stieren terug?

DE STIER VAN WALL STREET De beren hebben het voorlopig voor het zeggen. © Getty Images

De prestaties van de markten in 2023 hangen af van het wangedrag dat aan het licht komt door de baisse van 2022.

Berenmarkten heb je in allerlei soorten en maten. Sinds de jaren vijftig zijn er elf geweest. De kortste, in 2020, duurde één maand, de langste, die van 2000, meer dan tweeënhalf jaar. De diepste duik van de Amerikaanse koersen zette in oktober 2007 in, bij het begin van de financiële crisis. Van top tot dal bedroeg de daling liefst 57 procent. De kleinste daling was die van 1990 (-20%), als reactie op een milde recessie. De geschiedenis beantwoordt de vraag niet of de beurs in 2023 blijft dalen, maar levert wel aanknopingspunten.

De langste en grootste inzinkingen op de financiële markten kwamen er meestal doordat dalende activaprijzen financieel wangedrag aan het licht brachten, zoals de problemen met hypotheekobligaties vóór 2007. Een slechte activacyclus zet dan een periode van diepe economische malaise in, waarbij de consumenten besparen en de bedrijven personeel ontslaan omdat hun winsten krimpen. Milde baisses, zoals die van de jaren negentig, ontstonden als de economische cyclus niet al die kenmerken vertoonde, bijvoorbeeld als de activaprijzen laag waren maar geen significant wangedrag bleek, of de consument al te zwaar werd getroffen.

Houdt de berenmarkt aan tot 2023? In de aanloop ernaartoe ging het behoorlijk goed. De stierenmarkt van 2021 was onwrikbaar. De S&P 500 bereikte nieuwe records op 68 van de 252 beursdagen. Alleen in 1995 werden meer records geboekt. Er groeiden onmiskenbaar zeepbellen in cryptoactiva, zoals non-fungible tokens (NFT’s). Special purpose acquisition vehicles (SPAC’s) haalden absurde hoeveelheden kapitaal op. De vastgoedprijzen klommen nog sneller dan vóór 2007. Verhult die inzinking wijdverbreide financiële zondes? Als dat zo is, dan zal u dat snel te weten komen. Al een jaar nadat de markt in oktober 2007 piekte, ging Lehman Brothers failliet. En er worden nu al zwakke plekken in het financiële systeem zichtbaar.

Als er al een ernstige malaise op ons afkomt, is die nog niet zichtbaar.

In september 2022 werden Britse pensioenfondsen bedreigd door margin calls (verzoeken om geld bij te storten, omdat onderpanden niet langer voldoen) voor sommige obligatiederivaten. De volatiliteit in de Amerikaanse staatsobligatiemarkt piekt. De verzekeringskosten tegen een faillissement van Credit Suisse, een grote internationale bank, zijn enorm gestegen. Toch zijn wereldwijd toezichthouders al vijftien jaar bezig de risico’s voor het financiële systeem te verkleinen en het af te schermen met dikke kapitaalbuffers. Het is moeilijk voor te stellen dat iets van dezelfde ordegrootte staat te gebeuren als in 2007-2009.

Hoeveel pijn zal dit de economie doen? Dat is onduidelijk. Als er al een ernstige malaise op ons afkomt, is die nog niet zichtbaar. Het Amerikaanse werkloosheidspercentage blijft lager dan in vele decennia, ondanks het snel verkrappende beleid van de Fed. Toch werkt het monetaire beleid met lange en variabele tussenpozen. Je kunt je voorstellen dat deze verkrapping voor een scherpe krimp van de economische activiteit zal zorgen zodra de huishoudens en de bedrijven hem in zijn volle hevigheid voelen. Prijs de beursdag niet voor het avond is.

De auteur is correspondent Wall Street van The Economist

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content