Kleurrijke software

De Vlaamse kmo’s Sophis Systems en Eres Textile Automation zijn wereldleiders in software voor de textielsector. Turkije is voor hen een veelbelovende markt.

Istanbul (Turkije).

A ntoon Lozie, director sales & marketing van Sophis Systems, en Hans Scherpereel, managing director van Eres Textile Automation, liepen niet verloren tijdens de voorbije economische missie van de Belgische Dienst voor Buitenlandse Handel (BDBH) in Turkije. Beide West-Vlaamse softwarebedrijven voor de textielsector hebben in het land van Ataturk al hun sporen verdiend.

Sophis Systems en Eres maken een gelijkaardig product : een Cad/Cam-systeem voor de textielsector. Cad/Cam staat voor Computer Aided Design/Computer Aided Manufacturing : het ontwerpen van modellen gebeurt met de computer, en die laatste stuurt ook de productie. Maar de twee bedrijven hebben een andere doelgroep. Sophis Systems mikt op de weverijen en de textieldrukkers, Eres nagenoeg uitsluitend op de tapijtsector.

Wereldwijd zijn er per branche slechts enkele belangrijke spelers. In de textieldruk is de nummer één het Nederlandse Stork, gevolgd door Sophis Systems en het Zwitserse Luscher. Inzake eenvoudige systemen spelen ook Infodesign (VS), Nedgraphics (Nederland) en Dua (Italië) mee. In de weverijsector zijn de wereldleiders de Duitsers EAT en IAN, Nedgraphics, Eres en Sophis Systems. In de subsector van de tapijten is Eres de marktleider.

Sophis Systems is actief in 25 verschillende landen, Eres in 21. Zij weten donders goed wat er gebeurt in de wereld. En ze waarschuwen de Belgische textielbedrijven. Sophis Systems lanceerde in januari op Heimtex in Frankfurt de belangrijkste beurs in de sector zijn nieuw product : Point of decision. “Met Point of decision kunnen klanten via modem en e-mail lokaal ontwerpen en kleuren uitproberen,” zegt Antoon Lozie van Sophis Systems. “Een proefdruk is een week later klaar. Dat geeft een enorme tijdwinst en flexibiliteit. En een grotere toegevoegde waarde. We kregen al offerte-aanvragen uit Portugal, Spanje, Turkije, Brazilië en Argentinië. Textielbedrijven in die landen hebben dezelfde ultramoderne machines als in België. Met zulke geavanceerde communicatiemiddelen worden ze zware concurrenten voor onze ondernemingen. Wie niet ziet hoe de concurrentie zich organiseert rond communicatie zal de strijd verliezen.”

Hans Scherpereel geeft dezelfde waarschuwing aan de hand van een voorbeeld. Een van de Eres-klanten is de Turkse tapijtproducent Dünya, een groep die 40 miljoen dollar waard is en die topkwaliteit maakt. “80 tot 85 % van de productie is export, tot in België toe,” zegt Ökkes Öztemir, vice chairman van Dünya. “Te weinig mensen in België weten hoe sterk de Turkse groepen zijn.”

Steeds meer markten voor Sophis Systems

Sophis Systems is voor 51 % eigendom van het Nieuw-Zeelandse, maar in Kortrijk wonende echtpaar Noonan. Wetenschapper Karl Noonan kwam in ’77 naar Europa voor een wetenschappelijke studie in opdracht van de International Wool Board. Hij bleef er als ondernemer. Noonan vestigde zich in Kortrijk, stichtte Sophis Systems en begon software te schrijven voor de automatisering van jacquardsystemen voor weefgetouwen. Jacquards sturen de weefgetouwen aan de hand van kartonpapier, net zoals een muziekorgel.

Sophis Systems expandeerde in de tweede helft van de jaren tachtig. Met zijn Cad/Cam-systeem werd het mogelijk om de kartons uit te schakelen en de weefgetouwen meteen aan te sturen vanuit de computer. Eind de jaren tachtig trad de Vlaamse Investeringsvennootschap ( VIV) toe tot het kapitaal (ter vervanging van de eerder uitgetreden Gimv). VIV, dat ook een achtergestelde obligatielening verleende, bezit vandaag 21 % van de aandelen.

Begin de jaren negentig sloeg echter de economische crisis toe. In 1993 nam de omzet van Sophis Systems een duik en werd een verlies van 18,8 miljoen frank geboekt. Het personeelsbestand van tachtig werd gereduceerd tot zestig. Bovendien verkocht de toenmalige directeur zijn aandelen (18 %) aan concurrent Nedgraphics uit Nederland. De Noonans slaagden er toch in de meerderheid van de aandelen te verwerven, en sneden op die manier Nedgraphics de pas af.

“Tot dan was ons systeem te nemen of te laten,” zegt Antoon Lozie. “Daardoor waren we voor velen te duur. We hebben toen alles herschreven in modules zodat een goedkope basisuitvoering mogelijk werd. Daardoor opende de markt zich in Azië, Zuid-Amerika en het Verre Oosten.” Sophis werd nog meer een exportbedrijf (het kreeg trouwens in ’90 van de BDBH de Grote Oscar voor de Export).

Na het debacle van ’93 nam Ann Stewart, de vrouw van Karl Noonan, de scepter over. Terwijl Karl verantwoordelijk is voor de technische ontwikkeling op lange termijn, is Ann managing director. Antoon Lozie : “Ann Stewart heeft in ’93 de kosten fors verminderd. Vroeger gebeurde alles vanuit België, nu hebben we 25 sales- en service-organisaties in de wereld.” In Turkije heeft Sophis Systems een distributie-overeenkomst met het lokale Er Tez.

In de loop van de jaren negentig vond Sophis Systems ook een nieuwe doelgroep, die van de textieldruk. Daarvoor was een grondige kennis van de kleuren nodig. Bij het weven heb je zo’n twaalf tot vijftien mogelijke kleuren, bij het drukken zijn er nauwelijks beperkingen. Recenter is het werken voor de nog veeleisender producenten van vinylvloerbedekking, behangselpapier en ceramiek. En sinds begin ’96 is ook de confectie-industrie een doelwit. Dat kan door de samenwerking met het Franse Lectra Systems (25.000 geïnstalleerde Cad/Cam-systemen). “Wij hebben twee modules aan hen geleverd waarmee de klant een design kan zien als weefsel, niet als tekening,” zegt Antoon Lozie. “De klanten van Lectra kunnen hun designs voor productie naar eender waar sturen. De producent kan met het systeem van Sophis Systems de dessins veel vroeger zien en zich sneller voorbereiden op de confectie.”

Momenteel zorgt de weverijsector voor 70 % van de groepsomzet van Sophis Systems, die 350 miljoen frank bedraagt. De rest komt van de textieldruk, dé groeimarkt. 81 % is export. Sophis, dat filialen heeft in de VS (100 miljoen frank omzet) en Italië (50 miljoen frank omzet), telt 2000 geïnstalleerde systemen. Turkije is goed voor 4 % van de omzet. “Maar dat moeten er 10 tot 12 % worden,” zegt Antoon Lozie.

Eres niet ontevreden met de crisis

In 1990 genoot Hans Scherpereel nog van de Zuid-Afrikaanse zon in Port-Elisabeth. Hij verdeelde er de bureaumachines van het ouderlijke bedrijf Scherpereel en commercialiseerde de Cad/Cam-systemen van Datec. Toen Datec over de kop ging, keerde Hans Scherpereel terug naar België en nam de activiteit over via Eres Textile Automation.

Scherpereel is wellicht een van de weinige mensen die niet helemaal ontevreden waren met de crisis in de textielsector. “Om te overleven waren bedrijven verplicht om te investeren in ontwikkeling,” verklaart hij. En er waren nog andere zaken die in de kaart van Eres speelden. Er worden immers steeds meer dessins gemaakt omdat door de automatisering van de productiemachines het veel makkelijker is geworden van type te veranderen. Bovendien staan tapijtproducenten steeds meer in voor hun eigen collecties. Men gaat daardoor klantgerichter werken. Tekeningen op klantenmaat.

Eres’ producten beslaan drie stappen : tekenen van de ontwerpen op de computer (Cad), aansturen van het weefgetouw op basis van dat gecomputeriseerd tekenwerk (Cam) en sturing van de hele productie vanuit een centrale computer (Cim). Eres werkt op IBM-pc’s, de gemiddelde installatiekost bedraagt 2 miljoen frank. Eres heeft al 300 systemen geïnstalleerd. Het verkoopt ook beheerssystemen voor textielwinkels.

Nieuw is de poging om via Internet de tekenstudio en fabricatie samen te brengen. Hans Scherpereel : “We onderhandelen met iemand die een fabriek heeft in een Arabisch land en een verkoopkantoor in New York. Die twee moeten we koppelen. De kleurstelling is daarbij uiterst belangrijk, want die moet perfect overeenkomen met de realiteit. We moeten de kleur van het scherm, de printer en het garen op elkaar afstemmen. Dat is een eigen ontwikkeling.”

Eres heeft ook vrij snel voor de export geopteerd. Het is nu in 21 landen actief, ofwel via agentschap (onder andere in Brazilië en Zuid-Afrika) of joint venture (Verenigde Staten Atlanta en Turkije). In juli 1997 moet Atlanta een eigen vestiging worden, later op het jaar volgt een tweede eigen kantoor : “in een van de Arabische landen”.

Eres haalt nu een omzet van 282 miljoen, waarvan minstens 138 miljoen export. De export gaat naar de klassieke textiellanden, Turkije, Egypte, Saudi Arabië, Jordanië, Pakistan, India en ook naar minder klassieke landen als Maleisië, Brazilië, Mexico, VS en Canada. Turkije was vorig jaar goed voor 22 miljoen frank omzet. Daar zorgden acht werknemers voor. En dat land wordt belangrijker.

Eres stelt in België 32 mensen tewerk en deelt tien administratieven met een firma van een van de broers van Hans Scherpereel. In het buitenland heeft het nog eens 20 werknemers.

“Het ziet er voor ’97 heel goed uit,” zegt Hans Scherpereel. “Ik reken op 10 % groei, maar hoop de 18 % van vorig jaar te evenaren. Maar door die groei staan we nu op een breekpunt. We moeten onze organisatie aanpassen om verder te kunnen gaan. We hebben veel geïnvesteerd in ontwikkeling en service en naverkoop, nu moet dat ook gebeuren in de verkoopstructuur. Kunnen we dat alleen aan ? Er zal op dat vlak dit jaar veel gebeuren, maar we hebben nog niet beslist welke piste we juist zullen volgen.”

GUIDO MUELENAER

ANTOON LOZIE (SOPHIS SYSTEMS) Turkije is een opkomend land, het moet straks 12 % van de omzet genereren.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content