Kasbon op zonne-energie

Nog geen vijf kaarsjes staan op de verjaardagstaart van Origis Energy. Maar het jonge bedrijf pronkt met een stevig palmares van zonneparken in België, Italië, Griekenland en Slovakije. Nog dit jaar volgt een obligatielening.

LUC HUYSMANS, FOTOGRAFIE THOMAS SWEERTVAEGHER

LUC HUYSMANS, FOTOGRAFIE THOMAS SWEERTVAEGHER

De verlaging van de Vlaamse subsidiesteun voor hernieuwbare energie brengt de zonnepanelensector in problemen. Maar niet elk bedrijf deelt in de klappen. Origis Energy, met kantoren in Waregem, Cyprus en New York, realiseerde zopas een eerste project in de Verenigde Staten, en bestudeert ernstig de mogelijkheden om een obligatielening uit te geven.

“Wat we eigenlijk doen, is de financiering aanpassen aan de risico’s. Een pak van onze projecten is intussen operationeel, en er is dus geen ontwikkelingsrisico meer”, legt managing partner Dries Bossuyt uit. In dochtermaatschappij Origis Invest wordt het eigenaarschap van 51 zonnepanelenprojecten in Italië, en in mindere mate België en Slovakije, gegroepeerd. Gezien de economische toestand zitten er geen Griekse projecten in. Via die dochter wil Origis tussen 31 en 35 miljoen euro ophalen. Is dit de eerste zonnekasbon? “Er zijn wel wat verschillen, maar conceptueel is dit inderdaad een bevak, een vastgoedobligatie.”

Origis Energy heeft zich altijd gespecialiseerd in de vastgoedkant van de zonnepanelenindustrie. “Je hebt spelers die nieuwe projecten ontwerpen of bouwen, of materiaal leveren. Wij zitten in het andere segment, dat zich toelegt op de ontwikkeling en financiering van projecten, en het beheer van bestaande projecten. Natuurlijk zijn er raakvlakken, maar vergelijk het met gebouwen. Daar zit je ook ofwel in de bouwsector, ofwel in de vastgoedmarkt.”

Het idee voor Origis Energy begon te rijpen toen Bossuyt in 2006 zonnepanelen liet plaatsen op zijn dak. “Ik begreep snel dat je hier een financieel product van kon maken, maar ik dacht aanvankelijk aan de residentiële markt. Guy Vanderhaegen werkte heel kort bij een Enfinity, en dat leerde ons dat we onze plannen ook, en zelfs beter, op grootschalige projecten konden toepassen.”

Het gevolg was Origis, dat in januari 2008 boven de doopvont werd gehouden. Daar verzamelden de twee een indrukwekkend team rond zich. Paul Thiers (ex-Unilin) is non-executive partner, verantwoordelijk voor investor relations, terwijl Johan Vanhee (ex-Amylum, VPK Packaging en Beaulieu International Group) operationeel directeur is. “Zeg nooit nooit, maar we zijn niet van plan om ooit aandelen van de moederholding te verkopen. Dat is niet nodig.”

In de adviesraad zitten Raf Decaluwé, ex-CEO van Bekaert; Luc Vandewalle, voormalig topman ING België; Yvan Dupon, die onder andere bij Electrabel en zonnepanelenproducent Photovoltech actief was; en voorts Steven Dekeyser, ex-advocaat bij DLA Piper en nu managing partner bij adviesbureau Binon-Dekeyser; en Geert Bossuyt, broer van Dries maar vooral financieel expert en topman van de islamitische bank Dar al Istithmar.

Een blijver

Zon heeft veel voordelen voor investeerders, stipt Bossuyt aan. “Er is geen competitief risico: het maakt niet uit of je buur er ook mee begint. Het is niet cyclisch: de elektriciteitsprijs is hooguit een beperkt percentage van de inkomsten, en technologisch is er evenmin veel gevaar: iemand anders die met beter renderende zonnepanelen op de markt komt, loopt niet weg met jouw rendement.”

Het maakt dat zonne-energie wereldwijd een blijver is. In 2011 kwam er meer capaciteit bij aan zonne-energie dan van om het even welke andere energiebrandstof. “Er is voor 80 tot 100 miljard euro geïnvesteerd in deze sector. We sluiten niet uit dat we met Origis later in de financiering stappen van slimme meters, energieopslag of andere hernieuwbare energie.”

Een eerste fonds werd in mei 2008 gelanceerd, met kapitaal van vooral Vlaamse zakenfamilies. “Uiteindelijk is dit een zeer voorspelbare activiteit. De energieproductie in Vlaanderen kan 10 procent meer of minder zijn, maar groter is het verschil niet. In Italië is de variatie zelfs nog kleiner, eerder 5 procent. Ook de meeste andere parameters liggen vast: je weet hoeveel subsidies je krijgt, wat je financiële kosten zijn, wat je kwijt bent aan onderhoud en hoeveel de landhuur bedraagt,…”

Origis Energy beheert vier investeringsfondsen. Daarmee werd in totaal bijna 50 miljoen euro opgehaald bij eigen equitypartners en via mezzaninefinanciering. Dat investeringsbedrag werd met zowat 200 miljoen euro aangevuld door bankleningen bij Deutsche Bank, Rabobank, Landesbank Baden-Württemberg, Dexia, KBC, ING, Intesa San Paolo, Sporitelna, National Bank of Greece, Emporiki, en andere financiële instellingen. Er werden al meer dan honderd grootschalige zonnepanelenprojecten afgewerkt in vier landen, goed voor 40.000 ton CO2-reductie per jaar en stroom voor 24.000 gezinnen.

De groep biedt werk aan vijftien mensen. De medewerkers zijn specialisten in ontwikkeling en financiering, administratie en het management. Dat moet ook, want er ressorteren meer dan honderd juridische entiteiten onder de groep. In België gaat het om zonnepanelen op daken van bedrijven als Barco, Recticel, VPK, Dujardin of Van de Wiele, elders bevinden de panelen zich op de grond.

Italië en Griekenland

“Van in het begin hebben we ons gericht op Italië en Griekenland. Duitsland en Spanje waren al erg concurrentiële markten toen we begonnen, daar bleven we dus liever weg. De projecten in België kwamen er eigenlijk vooral via onze relaties, we hebben hier nooit echt actief geprospecteerd. We hebben het eerste half jaar nog een paar projecten afgewerkt, maar met de nieuwe subsidieregeling zie ik voorlopig geen rendement meer haalbaar in Vlaanderen. Cyprus en Latijns-Amerika bekijken we ook, maar onze groei ligt de komende maanden en jaren vooral in de Verenigde Staten, waar we bezig zijn één of twee Amerikanen aan te werven. Met het eerste grootschalige zonnepanelenproject in de staat Georgia, hebben we er nu voet aan wal. Dan spreek je over gemiddeld grotere projecten dan we in Europa gewoon zijn.”

Bij de start dachten Bossuyt en Vanderhaegen vooral aan het ontwikkelen en verkopen van projecten. Maar die visie werd bijgesteld. “Ik geloof enorm in het samenhouden en optimaliseren van projecten, om zo schaalgrootte te creëren voor het beheer en de financiering. Onze emissie is voor financiers niets nieuws, maar in de sector behoren we ermee tot de pioniers. Dat geeft ons een voorsprong.”

Voor de obligatielening wordt samengewerkt met KBC Securities. De timing, voor of na de vakantie, ligt nog niet helemaal vast. “Dit is een investeringsopportuniteit, maar voor ons is het geen must. Mocht de obligatie niet volledig worden onderschreven, dan zijn er voldoende van onze huidige investeerders die willen intekenen, al zouden die liever in ons vijfde fonds stappen. Origis V zal zich richten op al gebouwde projecten. Tegelijkertijd richten we ook Origis VS op, een fonds dat investeert in de nieuwe projecten in de VS. Ik geloof in fondsen met een duidelijk profiel.”

“Zonne-energie

is een zeer voorspelbare activiteit. Dat zorgt voor lage risico’s, en vrij zekere rendementen”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content