IS FORTIS TE KOOP?

Met zijn middelgrote omvang en zijn verspreid aandeelhouderschap lijkt Fortis een gemakkelijke prooi in het Europese bankenlandschap, dat volop herschikt wordt.

Of toch niet? “Fortis is niet te koop,” zegt CEO Jean-Paul Votron gedecideerd.

In België kunt u er niet omheen kijken, in Luxemburg en in Nederland is ze goed ingeburgerd. Het is duidelijk dat Fortis een solide instelling is. A priori heeft ze overigens geen nieuwe fusie nodig om verder te groeien in Europa en zich een nieuwe identiteit aan te meten. Toch ziet de middelgrote bank er broos uit op het Europese schaakbord, dat volop in beweging is.

Zijn versnipperd aandeelhouderschap maakt Fortis tot een gemakkelijke prooi voor een andere financiële groep. In tegenstelling tot zijn rechtstreekse rivalen Dexia en KBC, heeft Fortis geen referentieaandeelhouder. Sinds Suez zich in 2003 terugtrok, is 94 % van de aandelen in handen van het publiek (zie grafiek: Een zeer verspreid aandeelhouderschap). Die vele aandeelhouders zijn best in staat hun aandelen te verkopen als de koers een hoge vlucht neemt. Zij bepalen het lot van Fortis. Voorzitter Maurice Lippens beseft dat beter dan wie ook.

Het is dan ook begrijpelijk dat het management van de bank op 4 oktober 2006 zijn aandeelhouders vroeg of het een poison pill kon krijgen. Dankzij dat juridisch en financieel mechanisme kan de waarde van Fortis in recordtempo opgedreven worden, mocht het ooit aangevallen worden door een of andere bank. Op die manier zou de groep onverteerbaar worden voor de stroper die het overnamebod doet. De directie werd echter niet gevolgd door de aandeelhouders, de Angelsaksische fondsen (met pensioenfondsen, beleggingsfondsen en hedgefondsen) op kop. Onze financiële parel kan wel nog een beroep doen op zijn Stichting Continuïteit, een juridisch vehikel dat in Nederland geïnstalleerd werd, om raiders met iets te grote tanden op een afstand te houden.

Wie wil Fortis?

Het scenario van een eventuele aanval is verre van fictief. Na de overname van het Britse Abbey National door het Spaanse Santander, van de HypoVereinsbank door het Italiaanse Unicredit, van Antonveneta door het Nederlandse ABN Amro, van de Banca Nazionale del Lavoro door het Franse BNP Paribas, evenals het recente huwelijk tussen de Banca Intesa en Sanpaolo IMI, hebben toenaderingen tussen financiële instellingen de wind in de zeilen.

De reden daarvoor moet gezocht worden in het feit dat de race naar omvang nog niet afgelopen is binnen de Europese financiële diensten. “De grootste Europese banken boeken al enkele jaren recordwinsten, ze bulken van de liquiditeiten en beschikken dan ook over de nodige middelen om hun ambitie waar te maken,” merkt Ivan Lathouders, analist bij Bank Degroof, op. “Terzelfder tijd hebben de meeste onder hen de mogelijkheden om zich verder te ontwikkelen op de thuismarkt uitgeput. Ze moeten dus de internationale toer op, op zoek naar de groei die de beleggers van hen verwachten.”

Wie zou er kunnen azen op Fortis? De groep die geleid wordt door Jean-Paul Votron weegt niet op tegen mastodonten als BNP Paribas of het Britse HSBC (zie tabel: Fortis ver verwijderd van de Europese top 10). In beurskapitalisatie weegt Fortis twee keer minder dan het Nederlandse ING. Daarbij komen nog de geruchten over de expansie van de Amerikaanse banken in Europa. De instellingen van het oude continent mogen dan wel stevige winsten neerzetten, het zijn dwergen vergeleken bij rivalen als Citigroup, Bank of America of JP Morgan Chase. Deze laatste zijn niet weg te cijferen van het internationale toneel. In 2005 bedroeg hun gecumuleerde winst 50 miljard dollar, tegenover 10 miljard euro voor de vier grote Belgische banken. Met zijn vuurkracht is, bijvoorbeeld, Citigroup (198 miljard euro beurswaarde) volmaakt in staat om een middelgrote Europese bank over te nemen. Twee jaar van zijn nettowinst (19,3 miljard euro in 2005) volstaan om Fortis op te slokken.

Kan Fortis ook alleen verder?

De machtsverhoudingen mogen echter niet verkeerd begrepen worden: het populariteitscijfer dat Fortis haalt bij de beleggers en de financiële analisten is evenwaardig aan dat van zijn grote Belgische en Europese concurrenten. Fortis is de twintigste grootste financiële groep in Europa volgens beurskapitalisatie (43 miljard euro). Sinds de komst van Jean-Paul Votron als CEO in 2004 is de beurskoers gestegen van 19 naar 33 euro, een sprong met 74 %.

Fortis is ook de belangrijkste Belgische waarde op de Brusselse beurs én een aanzienlijke winstgenerator (3,9 miljard euro in 2005). In het eerste halfjaar realiseerde de groep al een nettowinst van 2,7 miljard euro. Dat is 29 % meer dan in dezelfde periode in 2005. “Fortis heeft voldoende middelen om alleen te groeien,” zegt de CEO. En hij voegt er meteen aan toe: “De groep heeft een geweldige toekomst in de Benelux.”

Fortis is tevens de negentiende grootste onderneming ter wereld op het gebied van inkomsten. In Europa staat het op de negende plaats. Maar Fortis is ook de grootste bank én de grootste verzekeringsmaatschappij van België. Tegenwoordig opereert die belangrijke werkgever (24.000 jobs in België, 58.000 in het totaal) onder één merk: gedaan met Fortis Bank, FB Verzekeringen en MeesPierson.

Fortis is ontstaan uit een resem fusies en acquisities die een periode van vijftien jaar overspant. Het is erin geslaagd, weliswaar niet zonder moeite, om een groep samen te stellen die beschikt over een multinationale cultuur. “We werken in een menselijke omgeving die eerder tolerant dan imperialistisch is,” bevestigde ons een jong kaderlid. Dat maakt Fortis precies zo aantrekkelijk: zijn openheid voor andere culturen. Jean-Paul Votron houdt zijn persconferenties liever in Londen dan in Brussel of Utrecht, de twee hoofdzetels van de Belgisch-Nederlandse groep. Om zich die Fortisgeest eigen te maken, worden de 3200 topkaderleden uitgenodigd om een intensieve opleiding te volgen in een kasteel in de buurt van Parijs.

Het model dat oorspronkelijk aangenomen werd om het binationale karakter van het geheel te garanderen – twee voorzitters, twee CEO’s, twee soorten aandelen – werd vereenvoudigd. Met Maurice Lippens en Jean-Paul Votron staan nu twee Belgen aan het roer. Kortom, een van de sterke punten van Fortis maakt de groep paradoxaal genoeg ook kwetsbaarder: vanuit het oogpunt van bedrijfscultuur is het een bank die veel toegankelijker is dan een andere.

Welke zwakke punten bedreigen Fortis?

Naast KBC, die goed ingeburgerd is in Centraal-Europa, en Dexia, die wereldleider is op het gebied van de lagere overheden, ontbreekt het Fortis aan identiteit. De onverstoorbare werker Votron heeft nog tot mei 2008, wanneer zijn mandaat afloopt, om het schip van de Koningsstraat internationaler te maken.

Velen verwachten van Fortis ook een strategische planning die wat boeiender is dan de doelstelling om tegen 2009 het aandeel van de winst dat buiten de Benelux gerealiseerd wordt, op te trekken van 15 % naar 30 %. Is de bank met haar ongebreideld koopgedrag in Turkije (Disbank), in Duitsland en Oekraïne, en in zo uiteenlopende sectoren als maritiem transport, de handel in grondstoffen, leasing, factoring en agrobusiness, niet bezig zichzelf te versnipperen? “Dat zijn niches waarin Fortis een referentie is,” weert Votron af. “De groep biedt er het hoofd aan wereldleiders zoals BNP Paribas en de Société Générale. Een en ander maakt het ook mogelijk om talent aan te trekken.”

In zijn categorie van de middenklassers van de Europese financiën groeit evenwel de kloof met de meer stoutmoedige actoren zoals Unicredit en de Société Générale, die hun pionnen op een spectaculairder manier dan Fortis naar voren schuiven in het buitenland (meer bepaald in Centraal-Europa en Rusland). Een paar jaar geleden pakten Fortis en de Sociéte Générale nog uit met dezelfde beurskapitalisatie (ongeveer 25 miljard euro). Vandaag is de groep van de Koningsstraat zowat 40 miljard euro waard op de beurs, terwijl zijn Franse tegenhanger flirt met de 60 miljard euro.

Een ander aspect is dat Fortis zopas zijn structuur herschikt heeft om zijn groei te ondersteunen. Een zoveelste verandering, zullen sommigen mompelen. Volgens de opstelling die helemaal operationeel moet zijn tegen 1 januari 2007, wordt de groep gestructureerd rond drie polen. De afdeling retailbanking blijft de operaties leiden in de acht landen waar Fortis aanwezig is. De andere bankactiviteiten (gericht op grote ondernemingen, internationale instellingen, kmo’s en privéklanten) worden ondergebracht onder de noemer merchant, corporate & private banking. Alles wat met verzekeringen te maken heeft, wordt ondergebracht in één departement (actief in elf landen). Naast die units zijn er de supportfuncties zoals human resources, financiën, strategie, risicobeheer en investeringen.

Sommigen vinden die veranderingen begrijpelijk en logisch, anderen – zoals Ivan Lathouders – hebben hun bedenkingen over de transparantie ervan. Lathouders: “Bij zulke ingrijpende veranderingen wordt het moeilijk om de langetermijnrentabiliteit van de verschillende activiteiten te berekenen. Ik geef de voorkeur aan een degelijke rapportage op een lager niveau. Fortis is een onderneming die bestaat uit drie moleculen, maar als analisten zijn we eerder geïnteresseerd in de atomen dan in de moleculen van een onderneming.”

Een laatste zwak punt is Fortis Investment, het filiaal dat zich bezighoudt met het activabeheer en dat verscholen zit in de afdeling retailbanking. “Onze strategie werpt vruchten af en we willen dat succes te gelde maken,” reageert Votron. “De nieuwe organisatie zal Fortis in staat stellen om, dankzij een betere exploitatie van zijn potentieel aan middelen, betere producten aan te bieden en de klanten een betere dienstverlening te bezorgen.”

Welke verweermiddelen heeft Fortis?

Votrons groeiplan mag dan ambitieus en agressief zijn, het verdoezelt nauwelijks de hybride kenmerken van Fortis, dat tegelijk Belgisch en Nederlands is, tegelijk bankier en verzekeraar. Dat zijn speciale eigenschappen die een eventuele integratie in een andere financiële groep alleen maar zullen bemoeilijken.

Dat probleem gaat terug op de oorsprong van de groep zelf. Op zoek naar een partner, heeft Fortis al eens afgezien van een huwelijk, precies wegens die complexiteit, die een samengaan in goede omstandigheden niet mogelijk maakte. De groep is al meer dan eens gestruikeld over het delicate evenwicht tussen zijn nationaliteiten en zijn stielen. Dat heeft de liefde van een aantal kandidaten, meer bepaald van PNB Paribas, danig bekoeld. Schaars zijn immers de financiële groepen die zich hebben laten inspireren door het bankverzekeringsmodel dat Fortis zo na aan het hart ligt.

“Een groep die Fortis overneemt, omdat hij geïnteresseerd is in zijn bankactiviteiten, maar niet in zijn verzekeringspool, zal moeite hebben om de twee activiteiten te scheiden, zozeer zijn ze met elkaar verweven,” beweert Ivan Lathouders. Bovendien zullen in zo’n model “een grote bankier en een grote verzekeraar samenspannen om aan te tonen dat het industrieel model een speciale meerwaarde biedt, die meer is dan het behalen van een grotere omvang, iets wat allesbehalve bewezen is,” fluisterde een bankier ons toe.

De groep heeft zich ook sterk geconcentreerd op zijn oorspronkelijk grondgebied: 80 % van de activiteiten is Belgisch of Nederlands. Precies daar bevindt zich de belangrijkste hinderpaal voor een overname. De vraag is niet zozeer of Fortis al dan niet in aanmerking komt voor een overname, dan wel waarom niemand bereid is om de groep over te nemen… Andere instellingen, met de Société Générale aan kop, zijn even vatbaar voor een overname. “Maar de prijs en de premie die neergeteld moeten worden om ze over te nemen, zijn te hoog in vergelijking met de toegevoegde waarde die de overnemer kan inpikken,” aldus Philippe De Backer, partner bij Bain & Company.

Fortis maakt handig gebruik van zijn concurrentiepositie op zijn referentiemarkten en trekt tegelijk een barrière op tegen elke poging tot vijandige overname. Het is echter niet de omstandigheidsrente die de grote financiële instellingen interesseert, maar veeleer de expansiebasis. Zelfs al maakt Fortis van die rente gebruik om te investeren in niches in het buitenland, hoe rendabel die dan ook zijn. Het is een strategie als een andere, maar tegelijk een profiel dat meer globaal gerichte financiële groepen niet interesseert.

Met andere woorden: een atypisch profiel aannemen is misschien wel de beste houding om zich te wapenen tegen een vijandige aanval. “Dat de activiteiten van Fortis sterk geconcentreerd zijn in de Benelux biedt alvast het voordeel dat zijn management gerustgesteld wordt en dat een vijandig overnamebod minder interessant wordt vanuit het oogpunt van diversificatie,” vertrouwde een ervaren waarnemer ons toe. Dat is waarschijnlijk de reden waarom Fortis (voorlopig) geen deel uitmaakt van de doelwitten die Citigroup toegedicht worden.

Met wie kan Fortis het huwelijksbootje in?

Fortis doet er alles aan om een eigen toekomst op te bouwen en zijn eigen lot in handen te houden. “Fortis is niet te koop!” roept Jean-Paul Votron uit. “De groep heeft plannen voor een aanzienlijke organische groei in zowel België als Nederland, en hij trekt met succes ten strijde tegen de groten van deze wereld. Er is geen enkele reden waarom we niet op de ingeslagen weg zouden voortgaan.”

Dat is het soort vastberadenheid die een financiële partner misschien wel over de streep zou kunnen halen. Want hebben de aandeelhouders niet een mechanisme aanvaard dat vergelijkbaar is met een poison pill, mocht de directie een interessante partner vinden en behoefte hebben aan bijkomende middelen om hem aan de haak te slaan?

En toch. Fortis zal het moeilijk hebben om omvang en zelfstandigheid op een duurzame wijze met elkaar te verzoenen. De bankconsolidatie is al volop aan de gang. “Financiële instellingen die beschikbaar zijn, zijn schaars in Europa. Dat heeft te maken met de talrijke binnenlandse operaties,” beklemtoont Philippe De Backer. Volgens hem moeten de bankiers onder elkaar een oplossing vinden: “De Italiaanse markt werd op minder dan een jaar tijd geconsolideerd. Om zichzelf te ontwikkelen en op een significante manier te kunnen investeren in de opkomende markten, moeten ze wel de internationale toer opgaan. Grensoverschrijdende fusies tussen instellingen van vergelijkbare omvang zullen de zuivere overnames stilaan vervangen.”

Wie is dan de ideale verloofde van Fortis? “Alles is mogelijk,” repliceert een zakenbankier. “Alles hangt af van het ogenblik en van het profiel van de partner.” Ondanks hun mislukt huwelijk in de herfst van 2005, zien sommigen Dexia Fortis wel ter hulp snellen bij een aanval. Bedoeling is in dat geval te vermijden dat de groep van de Koningsstraat hetzelfde elektrische lot ondergaat als Electrabel nadat het onder Franse vlag verzeilde. Anderen wijzen dan weer naar BNP Paribas en Lloyds TBS als mogelijke huwelijkskandidaten. En wat met ABN Amro? Beide ondernemingen zijn geografisch en cultureel verwant en vertonen gelijkwaardige beurskapitalisaties.

Eén zaak is echter zeker: Maurice Lippens heeft altijd volgehouden dat Fortis zich niet zou verzetten tegen een overname als die operatie zijn aandeelhouders een forse premie oplevert. Bedoelt hij dat er geen toenadering kan zijn zonder zijn akkoord? En wordt ook niet gezegd dat verstandshuwelijken goed standhouden?

Sébastien Buron

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content