Investeren tegen struikroverij

Désiré Collen, de stichter van het biotechbedrijf ThromboGenics, lanceert samen met Chris Buyse, de voormalige CFO van ThromboGenics, een nieuw investeringsfonds in lifesciences van minstens 100 miljoen euro. De naam is Fund+.

Bij ThromboGenics heeft oprichter Désiré Collen de deur definitief achter zich dichtgetrokken, maar er staat al een nieuw initiatief in de steigers. Het wordt een kloek investeringsfonds, geen onderneming. “Om een nieuw bedrijf te beginnen, is het te laat”, zegt Collen. “Het heeft twintig jaar geduurd om ThromboGenics te maken en uit te bouwen. Ik ben intussen 71 en ik heb geen zin om weer van nul te beginnen.” Collen houdt kantoor op de negende verdieping van het Leuvense ziekenhuiscomplex Gasthuisberg, dat hij ooit zelf nog heeft gefinancierd. Vandaar leidt hij samen met Chris Buyse, de voormalige CFO van ThromboGenics, de vzw Life Sciences Research Partners (LSRP).

Opbrengst van een spaarboekje

LSRP heeft de voorbije jaren in vijftien biotechbedrijven geïnvesteerd, en lang niet alleen in Vlaanderen. De eerste investering was het Waalse Cardio3 Biosciences, dat inmiddels een beursnotering heeft. Voor de financiering zorgde Collen zelf. De emeritus hoogleraar, die mede-uitvinder van een twintigtal octrooien en een van ‘s werelds meest geciteerde wetenschappers is, lag aan de basis van een van de best verkochte medicijnen tegen hartaanvallen. Met de royalty’s uit die ontdekking richtte hij LSRP op en zorgde hij voor de werkingsmiddelen ervan. “De originele insteek van LSRP was veeleer filantropisch, maar we hebben een mooi trackrecord”, zegt Buyse. “Er zijn mislukkingen geweest, maar we hebben ook mooie bedrijven kunnen ondersteunen.”

“Maar ik besef dat LSRP niet dé oplossing voor de biotechsector is”, vult Collen aan. “Met de beperkte middelen ervan zullen we nooit echt het verschil kunnen maken. Met Fund+ moeten we alles naar een hoger niveau kunnen tillen. Het streefdoel is minstens 100 miljoen euro. Er is geen maximumbedrag, maar als je zoals wij met een viertal doorgewinterde fondsbeheerders wilt werken, moet je volume hebben.”

Dat geld moet komen van zowel publieke als private investeerders. “Op mijn eigen aandelen van ThromboGenics heb ik door de koersval bijna niets verdiend, misschien de opbrengst van een spaarboekje”, zegt Collen. “Ik ga het nu op een andere manier proberen. Mijn geld uit ThromboGenics investeer ik in Fund+, maar 100 miljoen euro heb ik uiteraard niet.”

Social impact funding

Aan Vlaamse kant is de investeringsmaatschappij PMV kandidaat-partner. Aan Waalse kant is dat de SRIW, op federaal niveau de Federale Participatie- en Investeringsmaatschappij FPIM. “Er is reële interesse, die hopelijk de komende weken wordt geconcretiseerd”, zegt Buyse. “Daarnaast zijn er nog privépartijen, vooral familyoffices, die gecharmeerd zijn door de maatschappelijke impact die het fonds nastreeft.” Naast een financieel rendement wil Fund+ ook een sociaal rendement halen. “We willen zorgen voor banen, patenten en bedrijven”, legt Collen uit. “Kandidaat-investeerders gaan ons daarover aanspreken, dus moeten we dat kunnen kwantificeren met cijfers over potentiële werkgelegenheid en intellectueel eigendom.”

Namen van private investeerders wil Buyse nog niet geven. “Maar met een paar voeren we al verregaande gesprekken. We zijn aangenaam verrast door het draagvlak voor dat initiatief, dat aan socialimpact funding wil doen naar Angelsaksisch voorbeeld. We denken dat de tijdsgeest rijp is voor zo’n project, om een sector te ondersteunen die strategisch is voor het land.”

Collen en Buyse rekenen hoofdzakelijk op Belgische geïnteresseerden. “Ik betwijfel of buitenlandse investeerders belangstelling hebben voor een bijdrage aan de maatschappelijke impact in België”, zegt Collen. Toch zal Fund+ ook toenadering zoeken tot andere Europese fondsen. “Er zijn er op Europees niveau een tiental, zoals LSP en Forbion in Nederland, Sofinnova in Frankrijk en Abingworth in Engeland, die professioneel gestructureerd zijn en waarmee we graag willen samenwerken voor bepaalde projecten”, aldus Buyse.

Fund+ wil vooral investeren in Belgische bedrijven. Start-ups zullen achter het net vissen. “Zulke heel vroege projecten kunnen terugvallen op academische financiering via de universitaire fondsen Baekeland (UGent) of Gemma Frisius (KUL), subsidies van het IWT, of fondsen van vrienden en familie”, zegt Buyse. “Wij mikken op bedrijven die net iets te groot zijn om nog zulke financiering te kunnen krijgen, maar nog net niet attractief genoeg zijn voor de serieuze durfkapitalisten.”

Aan de kar duwen

Fund+ moet operationeel zijn in het eerste kwartaal van 2015. In januari al verhuizen Collen en Buyse met hun fonds naar een appartement in het Leuvense Begijnhof. Over opstartkosten hoeft Fund+ zich geen zorgen te maken. “Voor de startfase zijn Désiré en LSRP bereid gevonden het backoffice te financieren”, zegt Buyse. “We gaan de eerste drie jaar dus geen administratieve kosten hebben.” Intussen worden de activiteiten van LSRP wel op een laag pitje gezet. Buyse: “Misschien gaan we de bestaande portefeuille van investeringen van LSRP gedeeltelijk of helemaal overzetten naar Fund+.”

Fund+ zal uitsluitend investeren in biotech- en farmabedrijven. “We zoeken interessante projecten waar we iets van kennen. We gaan dus niet in de chemische industrie of in cleantech”, zegt Collen, die de dagelijkse leiding van het fonds overlaat aan Buyse. “Ik ga niet aan de kar trekken. Ik ga als voorzitter een beetje duwen, wat facturen betalen en ik ga er drie jaar geïnteresseerd aan meedoen. Zodra ik 75 ben, is het voor mij gedaan.” Maar toch niet helemaal. Collen wil dan focussen op nog een ander initiatief, het Collen Programme. Dat is een demografisch onderzoek in ontwikkelingslanden door de universiteit van Oxford, dat vooral peilt naar de impact van onderwijs en het leefmilieu op vrouwen. Het programma wordt gefinancierd door LSRP.

Made in China

“Waar ik mijn drive vandaan haal? Dat we ons ervan bewust moeten zijn dat de volgende generatie hier nog moet kunnen leven”, gaat Collen verder. “We moeten zorgen dat bedrijven niet allemaal weglopen, en dat het hier allemaal Chinees wordt. Al wat je hier ziet, is made in China en wordt door oneerlijke concurrentie hier ingevoerd en gedumpt. Ik maak me daar zorgen over. Niet voor mezelf, want mijn tijd is voorbij, maar als we hier nog iets willen doen, moeten we potverdorie reageren.”

Met zijn nieuwe initiatief vecht Collen naar eigen zeggen ook tegen de struikroverij in de biotechsector. “Neem ThromboGenics, waar shorters weglopen met 100 à 130 miljoen euro nettowinst, zonder daarop belasting te betalen. Als ik lees wat daarover allemaal wordt geschreven… mijn maag keert ervan om. Dat is natuurlijk niet allemaal illegaal, maar pakweg 120 miljoen die naar de Verenigde Staten verkast, gaat dat de Belgische biotech helpen?” vraagt Collen zich hardop af. “Met ons fonds proberen we die struikroverij toch wat tegen te werken. Benieuwd hoever we raken.”

BERT LAUWERS, FOTOGRAFIE THOMAS DE BOEVER

“We mikken op bedrijven die nog net niet attractief genoeg zijn voor de serieuze durfkapitalisten”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content