“Ik schreef de Europese grondwet na mijn uren”

Hans Brockmans
Hans Brockmans redacteur bij Trends

Is de Europese grondwet een ver-van-mijn-bed-show? Koen Lenaerts, net rechter bij het Europees Hof van Justitie, betoogt met verve het tegendeel. Alleen een sterk Europa kan een dam opwerpen tegen sociale en fiscale dumping, rechtsonzekerheid in de nieuwe lidstaten en protectionisme.

Sommige rechters gaan jagen of tuinieren in hun vrije tijd. Koen Lenaerts, kersvers rechter bij het Europees Hof van Justitie, schreef na zijn uren een Europese grondwet. Een interview met Lenaerts is een droom voor juristen. Op elke vraag antwoordt de professor gestructureerd in drie hoofdpunten, met aandacht voor enkele subthema’s. Waag het niet hem te onderbreken. “Laat me even mijn betoog voortzetten,” zegt hij dan, waarop een academische argumentatie van tien minuten volgt.

Met een hoofd vol nieuwe juridische kennis keerden we na deze middag privé-les terug uit Luxemburg. We kunnen nu precies het verschil tussen Kompetenzabgrenzung en Kompetenzordnung uitleggen.

Maar met deze juridische abracadabra willen we u niet tergen. Lenaerts is een van de intellectuele architecten van de hervorming van de Europese Unie en dus dé man die ons uitleg kan geven over de Europese grondwet. Die wordt eind deze maand besproken door de ministers van Buitenlandse Zaken en half december op een Europese top. Mocht hierover al een discussie bestaan in België, dan hoor je zelden dat de grondwet een aantal nieuwigheden introduceert die tal van ondernemingen in het hart van hun activiteiten treft.

Op een intergouvernementele conferentie zal op 9 mei 2004 een Verdrag tot vaststelling van de Grondwet voor Europa ondertekend worden, negen dagen na de uitbreiding met tien nieuwe lidstaten.

Lenaerts maakte al veertien jaar deel uit van het Europese gerecht van eerste aanleg, dat onderzoekt of de EU-instellingen wel zelf de Europese regels naleven. Het Hof is dan weer bevoegd voor toezicht op de naleving van de Europese regels door de lidstaten.

Edegemnaar Koen Lenaerts – vader werkte bij Agfa-Gevaert – doceert Europees recht in Leuven, was gastprofessor in Harvard, spreekt vijf en begrijpt nog twee andere talen. Hij is de vader van zes dochters. De jurist werd vorige maand benoemd in het Europees Hof van Justitie ter vervanging van Melchior Wathelet. Die deed enkele bittere uitspraken over zijn ontslag, maar België schaart zich achter de Europese prakrijk dat gewezen politici niet thuishoren in het hoogste gerechtelijk orgaan van de Unie.

KOEN LENAERTS (EUROPEES HOF VAN JUSTITIE/KU LEUVEN). “Dat is te genereus uitgedrukt. Met een grote academische bescheidenheid kan ik zeggen dat ik me 100 % heb ingezet bij de voorbereiding van de grondwet, die politiek werd aangevuurd door premier Guy Verhofstadt en de Groep van Laken. Ook Jean-Luc Dehaene zetelde hierin. Beiden waren de bruggenbouwers van het idee van de grondwet. Ik zorgde mee voor de juridische bouwstenen.”

Wat als een van de 25 lidstaten het verdrag niet ondertekent?

LENAERTS. “Men wil deze hypothese niet onder ogen zien. Ik heb daar begrip voor. Deze grondwet heft immers alle bestaande verdragen op. Alleen als de 25 lidstaten de grondwet ratificeren, is hij rechtsgeldig. Om de juridische continuïteit te verzekeren, was er geen andere keuze dan een alles-of-nietsprocedure.”

Zijn institutionele vraagstukken geen ver-van-mijn-bed-show voor de Europese burger?

LENAERTS. “Inderdaad. Maar de grondwet zelf zal de burger dichter bij Europa betrekken. Hij zal concrete resultaten zien. De uitwerking van de grondwet moet leiden tot meer jobs, een sterke economie, meer levenskwaliteit, meer veiligheid, degelijk onderwijs en een betere gezondheidszorg. De grondwet is van enorm belang omdat ze Europa organiseert als een entiteit die staatsoverstijgend is. Dat is haar meerwaarde voor de gewone man en vrouw.”

Welke meerwaarde heeft de grondwet voor ondernemers?

LENAERTS. “De interne markt is van enorm belang. Europa biedt kansen voor grensoverschrijdende bedrijfsoperaties.”

De interne markt is al een feit. Wat biedt de grondwet extra?

LENAERTS. “Vergis u niet. Ik stel als Europees magistraat dagelijks vast dat de interne markt niet zonder meer verworven is. We verdedigen de open grenzen constant tegen lidstaten die protectionistische muurtjes willen opbouwen. Zeker met tien nieuwe lidstaten is dat gevaar groter. Daarom is er nood aan een efficiënt werkend Europa, dat deze muurtjes kan afbreken. De grondwet is het wapen in deze strijd.”

De grondwet verdedigt dat de Unie moet waken over consumentenrechten, milieunormen en sociale verworvenheden. Is dat de prijs die ondernemingen betalen voor meer efficiëntie?

LENAERTS. “De grondwet biedt ook een antwoord op andere uitdagingen. Zo vrezen heel wat ondernemers dat Europa aan de rand van de nieuwe binnengrenzen overspoeld wordt door individuen en organisaties, die de onveiligheid vergroten. De kans bestaat dat sommige ondernemingen de handel beconcurreren omdat ze voor ons sociaal onaanvaardbare praktijken toepassen. Ook moeten ondernemingen in de nieuwe lidstaten zich houden aan de milieunormen die op Europees vlak gelden en ook op andere vlakken rechtszekerheid scheppen.

“Het nieuwe constitutionele kader zet structuren op die een dam moeten bouwen tegen onrechtmatige concurrentie. Ook krijgt de Unie meer bevoegdheden in de strijd tegen de georganiseerde misdaad. Dat is van essentieel belang voor ondernemers. Als zij operaties opzetten in de nieuwe lidstaten, willen ze toch gelijkaardige garanties op het vlak van veiligheid en rechtszekerheid als in de rest van Europa? De grondwet geeft die garanties.”

Is er een consensus over de uitbouw van de sociale pijler?

LENAERTS. “Neen, dat ligt gevoelig. Het blijft een terrein dat voor een stuk aan de bevoegdheid van de lidstaten ontsnapt. Nationale werkgevers- en werknemersorganisaties spelen immers een rol bij de totstandkoming van de regels op het niveau van de lidstaten. Ook zijn er politieke bezwaren tegen het principe zelf van de uitbouw van een sociale pijler. Niet in ons land. Verhofstadt en Dehaene, socialisten en liberalen, allen zitten op dezelfde lijn: Europa moet meer bevoegdheden hebben om de sociale verwezenlijkingen veilig te stellen. De regering van Tony Blair volgt een andere politiek. Ook Frankrijk en Duitsland willen een minimumsokkel van bescherming die voldoende hoog is, al was het maar om te vermijden dat de lidstaten elkaar onderling beconcurreren met sociale dumping. Gaan Belgische ondernemers hier niet mee akkoord?”

Niet als ze, zoals heel wat Vlaamse bedrijven, al sterke vestigingen hebben in Tsjechië of Polen.

LENAERTS. “Niemand is voorstander van een Europa waar onderlinge concurrentie de sociale bescherming naar een minimum duwt. Al was het maar omdat een minder welvarende bevolking nu eenmaal niet het consumptiepatroon en het vertrouwen in de economie heeft van een rijkere maatschappij. Als alle Europeanen hetzelfde zouden verdienen als de Tsjechen vandaag, zouden heel wat ondernemingen serieus aan omzet verliezen. De kritiek die men soms op Europa heeft, als zou het sociale scheeftrekkingen tussen de landen veroorzaken, is eigenlijk een argument voor méér Europa. Dezelfde filosofie hanteert de Unie inzake de fiscale harmonisatie. Lidstaten mogen elkaar geen bedrijfsinvesteringen afsnoepen door (para)fiscale subsidies uit te delen.”

Als de Poolse en Tsjechische lonen en werkomstandigheden op het West-Europese niveau komen, verliezen die landen een concurrentieel voordeel. Dreigt een so- ciaal Europa een belangrijke economische troef van de nieuwe leden weg te nemen?

LENAERTS. “Neen. We hebben het hier alleen over minima. Vergelijk het met Amerika. Ook daar hebben de staten elk een andere omgeving op het vlak van fiscaliteit – ook voor vennootschappen – en sociale bescherming. Je hebt in Europa voorstanders van de absolute concurrentie versus verdedigers van een sterke sociale pijler. Beide groepen zoeken een gulden middenweg. De vraag is wie dit compromis definieert. Voor België mocht dat de Unie zijn als een gekwalificeerde meerderheid dat goedkeurt. We zijn er eigenlijk niet uitgeraakt in de Conventie. Fiscaliteit en sociale bescherming blijven grotendeels buiten schot, tenzij er consensus is.”

Elk jaar behandelt het Hof 400 tot 500 nieuwe zaken. Kunnen de extra tien rechters na de uitbreiding de nieuwe vloed van dossiers aan?

LENAERTS. “Een terechte vraag. Er zullen na een aanloopfase inderdaad relatief meer vragen komen van de nieuwe lidstaten, eenvoudig omdat de rechters via een prejudiciële procedure ( nvdr – tijdens een aan de gang zijnde rechtszaak) rechtsvragen willen aankaarten van een tak waar ze nooit mee te maken hebben gekregen.

“Ook moeten we voor heel wat wetgevingen op het vlak van contracten, verzekeringen of vennootschappen toetsen of ze beantwoorden aan de Europese maatstaf. De nieuwe lidstaten zullen de hervorming van hun rechtssysteem moeten voortzetten. Ik denk dat het zal meevallen. De convergentie naar een geharmoniseerde wetgeving is al in een recordtijd gebeurd. In enkele jaren hebben ze de EU-regels geïntegreerd, terwijl België daar bijvoorbeeld enkele decennia over deed.”

Gaat u – een man die bekendstaat als iemand met een christelijke achtergrond – akkoord met de zeven landen die in de grondwet een expliciete verwijzing naar het geloof willen?

LENAERTS. “Zeer duidelijk: neen. Een referentie naar de kerk hoort niet thuis in een grondwet. Bekijk de geschiedenis. Elke wereldlijke overheid die ter legitimatie van de machtsuitoefening verwees naar een religieuze grondslag, is in moeilijkheden gekomen. Zij die het christendom beschouwen als een sociale visie op mens en maatschappij vanuit een pluralistische houding – daar reken ik mezelf bij – vinden in de grondwet hun waarden terug. Net als de niet-gelovigen, overigens.”

Verwijst de Amerikaanse grondwet dan niet naar het geloof?

LENAERTS. “Dat is een hardnekkig misverstand. Het is niet omdat de Amerikaanse president voortdurend naar God verwijst, dat dit een juridisch gegeven is. ( staat op, loopt naar de kast en legt de Amerikaanse grondwet op tafel) Ik daag u uit! Waar staat die verwijzing naar het geloof? De Amerikaanse grondwet was een van de meest profane van zijn tijd en zette zich af tegen het Verenigd Koninkrijk, waar de Church of England wel een institutioneel karakter had. Een van de eerste beslissingen van het Hooggerechtshof was het verbod aan de overheid om religieuze scholen te subsidiëren! Het is onverenigbaar met de eerbied voor joodse, islamitische en alle andere niet-christelijke medeburgers om in de Europese grondwet een bepaling over de christelijke traditie op te nemen.”

Rechters hebben al de naam een beetje wereldvreemd te zijn. Is dit effect voor u niet nog sterker omdat u met uw gezin in Luxemburg woont? Dreigen de rechters hier niet te leven in een Europese cocon, ver van het dagelijkse leven van de burgers?

LENAERTS. “Dat gevaar is reëel. Ik reis echter minstens elke week naar mijn Vlaamse studenten, buren en vrienden. Ook had ik de voorbije jaren veel contacten met politici, diplomaten en academici rond de Conventie. Ik werd wel verplicht een stap in de wereld te zetten.”

U bent hoogleraar en voltijds rechter. Wanneer hebt u eigenlijk aan de grondwet geschreven?

LENAERTS. “Na mijn uren. Het was intellectueel verrijkend weekendwerk. Het was een boeiende taak die ik geheel onafhankelijk heb uitgevoerd. Dat ik Vlaming ben of doceer aan de KU Leuven heeft absoluut niet meegespeeld in de discussies met politici, van welke partij of taalgroep zij ook waren. Ik ben de ploeg-Verhofstadt dankbaar omdat dit werk kon gebeuren over de partijgrenzen heen in een open geest.”

De dankbaarheid lijkt wederzijds: u mag Melchior Wathelet vervangen. Die heeft zijn niet-herbenoeming fel gecontesteerd.

LENAERTS. “Over dat laatste spreek ik me niet uit. Mag ik erop wijzen dat de andere rechters vóór hun benoeming ook magistraat, advocaat of hoogleraar waren met een stevige reputatie in het Europees recht? Ik stel gewoon vast dat België aansluit bij de best practices in Europa.”

Hans Brockmans

“De Europese Unie krijgt meer bevoegdheden in de strijd tegen de georganiseerde misdaad. Dat is van essentieel belang voor ondernemers.””Zij die het christendom beschouwen als een sociale visie op mens en maatschappij vinden in de grondwet hun waarden terug. Net als de niet-gelovigen, overigens.”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content