‘IK BEN GEEN CENTENMAN’

Edouard Vermeulen is vooral bekend als de couturier van ons koningshuis. Dat hij ook een zakenman is, moet hij in deze moeilijke tijden meer dan ooit bewijzen. Hij doet het zolang zijn angsten hem niet verlammen.

Door sjoukje smedts

fotografie pat verbruggen

“Je moet met je klanten meeleven”, vindt Edouard Vermeulen. We ontmoeten de ontwerper en oprichter van het modehuis Natan bij de paskamers in zijn winkel in de Brusselse Louizalaan. Vermeulen is niet alleen hofleverancier, hij is ook bevriend met klinkende namen als Bekaert-voorzitter Paul Buysse en Luc Bertrand, topman van Ackermans & van Haaren. “Ik discussieer graag met ondernemers, maar mensen komen toch vooral naar mij toe om te weten wat de nieuwe mode wordt. Hoe het met de verkoop of met Natan gaat, vragen ze me veel minder.”

Nochtans zijn het ook voor Vermeulens bedrijf spannende tijden. De tien winkels en de honderd klanten van Natans groothandelsactiviteit werden de afgelopen maanden hard getroffen door de financiële crisis. In 2009 dook Natans bedrijfsresultaat 391.852 euro in het rood. De omzet daalde vorig jaar met zo’n twee miljoen tot 9,6 miljoen euro. ” Parce que… de marge is zo klein. Als de omzet daalt, is er onmiddellijk geen winst meer”, verklaart Vermeulen. De uitgeweken West-Vlaming spreekt tegenwoordig vaker Frans dan Nederlands. “2010 ziet er al positiever uit, want we hebben onze structuur aangepast. Bij de verkoop van de zomercollectie voel ik ook dat de economie opnieuw aantrekt. Hopelijk is het geen vals gevoel en komt er geen nieuwe val”, tempert Vermeulen zijn eigen enthousiasme. Hij speelt nu naar eigen zeggen zijn moeilijkste wedstrijd ooit. “Als het lukt, zal ik de crisis heel dankbaar zijn. Het zal tenslotte gemakkelijker leven zijn na de crisis dan ervoor.”

EDOUARD VERMEULEN (NATAN). “Ik ben me opnieuw bewust van alles. Ik heb mijn hele bedrijf gescand. Wat kost hoeveel? Want je imago mag niet meer kosten dan de omzet hoog is. Ik ken mijn boekhouding ondertussen uit het hoofd. Ik heb ook mijn vijftigkoppige team opnieuw leren kennen. Het kan door de crisis niet meer dat er nog mensen voor mij werken die niet voor 120 procent gemotiveerd zijn. Tja, als ik met iemand praat, is het altijd straight to the point. Je hebt er niets aan om te vergaderen over achttien punten en alleen maar wat te filosoferen. Dat kun je thuis doen. Op het terrein moet het resultaat daarvan zichtbaar zijn.”

Waar leerde u een bedrijf zo te leiden? U bent interieurvormgever van opleiding.

VERMEULEN. “In een West-Vlaams gezin. ( knipoogt) Ik heb altijd geleerd dat je alles moet nakijken en dat je stapsgewijs moet werken. Een toekomstvisie is als een brug. Je moet altijd zorgen dat die niet te lang is zodat je het vasteland nog kunt zien als je erop staat. Dan kan je in tijden zoals nu gemakkelijk opnieuw achteruitgaan zonder veel benen te breken.”

Een paar van uw concurrenten zijn al kopje-onder gegaan. Maakt dat uw leven gemakkelijker?

VERMEULEN. “We moeten vandaag vooral concurreren met de levensstijl van consumenten. Mensen spenderen vooral geld aan andere dingen: auto’s, reizen, kinderen. Ze kleden zich bovendien steeds minder op. De tijd dat klanten een stuk kochten om het maar een keer te dragen, is ook voorbij. Voor iedereen, want de crisis slaat ook toe bij high end-klanten. Een uitzuivering, noem ik dat.

“Wat consumenten bij Armani kopen, kopen ze natuurlijk niet bij mij. Maar wij beperken ons tot een type klanten en producten, we kunnen niet iedereen bedienen. Er zullen misschien nog wel bedrijven uit de Belgische mode-industrie failliet gaan, maar ik hoop alleszins van niet. De Belgische mode heeft echt nog steeds een goed imago in het buitenland. Ik volg dus zeker de mensen die vinden dat de creatieve industrie de Belgische economie kan redden.”

Stoort het u dan dat er overheidsgeld naar de zogeheten oude industrie gaat?

VERMEULEN. “Je moet dat in een sociale context zien. Als grote ondernemingen problemen hebben, zijn er ook veel mensen te redden. Ik zou niet graag willen dat alle Belgische werknemers op straat staan, dat ze allemaal moeten gaan stempelen. Ik ga me dus niet engageren om te bepalen wat de regering wel of niet mag doen. Je kent toch nooit alle details van de dossiers.

“Wat de regering wel moet doen om ons te helpen, is de personeelskosten verlagen. In Frankrijk houden de personeelsleden veel meer over van wat hun werkgevers hun betalen. Stom dat het zover is gekomen. Ik vind dat je bijvoorbeeld de eerste drie jaar nadat je een jongere aanwerft geen lasten zou moeten betalen op diens loon. Een andere mogelijkheid is om de lasten evenredig met de leeftijd van de werknemers te laten stijgen. Ja, sommige mensen zullen dan mensen buiten zetten als ze te oud worden. Bon, we gaan hier nu geen sociaal plan maken, hé.”

Spreekt u daar met politici over?

VERMEULEN.”Ja, vooral met mensen van Brussel. Ik ben mijnheer Leterme tegengekomen, maar ik kan hem daarmee toch niet lastigvallen tijdens het gesprek. Ik begrijp wel dat er zoveel problemen zijn. Het is toch belangrijk dat politici weten dat jongeren die van school komen geen baan meer vinden. Het gaat tegenwoordig vaak over vijftigers aan werk helpen, maar er zijn ook al die twintigers die hun carrière nog moeten beginnen. Jonge geesten met frisse ideeën zijn hard nodig in bedrijven.”

U werkt veel voor ons koningshuis. Beïnvloedt dat uw denken?

VERMEULEN.”Als we geen koning hadden gehad, was het waarschijnlijk al tot een splitsing van ons land gekomen. Beeld je in hoe dat in het buitenland moet overkomen. In Amerika weten ze niet eens waar België ligt. Dan zouden we nog moeten uitleggen dat we zijn gesplitst. Dat is toch al te gek? Ons land moet ook een geheel blijven voor het prestige. Jongeren vinden dat niet meer nodig, maar ze mogen niet vergeten dat Belgische producten een heel goed imago hebben. Je wordt in de creatieve industrie als Belg onmiddellijk positiever benaderd.

“Het is ook goed leven in ons land hoor. Alles beweegt hier nu een beetje door de crisis, maar daarvoor was het kalm. Ja, in de politiek gaat het altijd wel op en neer. Die persoon buiten, die persoon binnen. Voor een scheiding van het land, tegen een scheiding. Dat is normaal, daar leven we mee. En wij overleven in ons vak dankzij de Belgen. Zij kopen nog altijd Belgisch.”

Als alle nationaliteiten zo chauvinistisch worden, verliest u veel klanten.

VERMEULEN.”Het is inderdaad een geluk dat Franse of Amerikaanse zakenlui of toeristen naar onze winkel op de Louizalaan komen wanneer ze in het Conrad Hotel logeren. Veel omzet komt toch nog van de verkoop aan Belgen. In andere landen is dat helemaal anders. In Parijs bijvoorbeeld komt 70 procent van de omzet van toeristen of reizende zakenlui. De Parisiens kopen nul komma nul bij ons.”

Is het daarom dat u Natan niet verhuisde naar Frankrijk hoewel de loonlasten er lager liggen?

VERMEULEN.”De kledingssfeer is in ieder land toch anders. Natan is echt Belgisch. Het kan natuurlijk dat we in de toekomst toch voor een internationale expansie kiezen, maar dat lukt me niet alleen. Tot nu toe investeer ik 100 procent alleen in Natan. Zo zouden we normaal gezien ook de crisis moeten doorkomen. Als we het buitenlandse project op gang willen trekken, moeten er externe investeerders bijkomen. Ik heb al contacten met investeerders gehad, maar dat is ondertussen drie jaar geleden. Die mensen zoeken nu geen dossiers meer. Ze komen wel terug als ze vinden dat Natan een bestaansreden heeft en ze denken dat ze kunnen helpen om het bedrijf te laten evolueren.”

Vraagt u bevriende ondernemers hierover advies?

VERMEULEN.”Niemand kan je beter zeggen wat je moet doen dan jijzelf. Zeker in een creatieve sector kun je je niet beperken tot de expertise van iemand uit een ander vak. Ik vind dat ik zelf moet regelen dat Natan actueel blijft en dat we onze omzet positief houden. Vier of vijf jaar geleden heb ik zes maanden iemand gehad die hier directeur kwam spelen. Het is belangrijk om kritisch te zijn voor jezelf, dus wilde ik wel eens zien hoe iemand met een managementopleiding naar de zaken kijkt. Misschien waren er wel aanpassingen die onze efficiëntie konden verhogen waar ik niet aan dacht. Dat bleek niet het geval. Hij kwam alleen met nieuwe kosten aanzetten.

“Ik zie het nog zo voor me. ( Speelt geanimeerd na) ‘Oh ja, mijnheer Vermeulen, u moet dit doen en dat is een goed idee. De dag dat uw bedrijf zo draait, moet u daarmee klaar zijn. ‘ Allemaal goed en wel, maar wat doe je op de dag waarop het bedrijf niet zo draait? 24 uur later zat er trouwens iemand voor mij die me zei dat de ideeën van de manager niet konden worden uitgevoerd. Dat was een bankier. Er zijn dagen waarop ik me afvraag of ik die plannen toch had moeten doorzetten. Maar als ik ze voor de crisis had uitgevoerd, bestond Natan nu waarschijnlijk niet meer.”

Kan Natan blijven bestaan als u straks tegen een boom rijdt?

VERMEULEN.”Zonder ziel. Ik ken drie Belgische modeontwerpers die hun bedrijf hebben verkocht. In acht maanden tot een jaar tijd gaat zo’n onderneming helemaal kapot. De ziel trekt eruit als er een ander management komt. Het is toch altijd de stichter die de ziel meedraagt.

“Misschien kan de naam Natan wel blijven bestaan als ik sterf. Zover is het nog niet hoor. De tarotkaarten voorspellen dat ik zeker tot mijn 75 zal werken. Dat was het beste nieuws dat ik kon krijgen, want ik ben altijd bang dat ik de passie plots kwijt raak. Dat ik een burn-out krijg. Het kan gebeuren, hé. Ondernemen in de mode-industrie wordt er niet gemakkelijker op. Er zijn steeds minder goede stofleveranciers, je moet daarvoor naar het buitenland. Daar gelden dan weer quota voor minimumafname. Dan vraag je je soms af of je er nog een euro aan kunt verdienen. Ik ben geen centenman, maar ik kan toch niet toelaten dat we elk jaar geld verliezen?”

Over West-Vlamingen wordt wel eens gezegd dat ze gierig zijn.

VERMEULEN.”Wat wil dat zeggen, gierig zijn? Mensen koppelen dat altijd aan geld. Ik respecteer geld, maar ik ben er niet aan verslaafd. Ik heb wel de luxe om niet alle dagen aan geld te moeten denken. Op emotioneel vlak ben ik alvast niet gierig. Ik zeg mijn vrienden en familie ook altijd dat ze niet egoïstisch mogen zijn. We leven tenslotte in een groter geheel.

“Een West-Vlaamse trek waar ik meer last van heb, is het bekritiseren van mijn eigen kunnen. Alles wat ik doe, had volgens mij altijd beter gekund. The sky is no limit. Je moet jezelf daarvoor behoeden, want nooit tevreden zijn werkt soms als een mes in je geest. Ik heb dat leren herkennen en ermee leren werken. Iedereen draagt een patrimonium van jarenlange tradities uit de streek of het land van herkomst op zijn schouders. Je moet je van dat gewicht verlossen om op een rechte lijn met jezelf te staan.”

Was het daarom dat u drie jaar geleden in therapie ging?

VERMEULEN.”Creatievelingen zoals ik zijn meestal heel emotionele mensen. We staan voor veel meer impulsen open, ook voor negatieve impulsen. Dat maakt het moeilijk om je gemoedstoestand vlak te houden. Het kan zelfs een emotionele vloek worden, want je moet een goed persoon zijn om een bedrijf goed te leiden. Ik moet dus niet alleen de zaak, maar ook mezelf managen.

“Net voor de crisis ben ik daarom op de rem gaan staan. Ik ben even hard blijven werken, maar ik heb mezelf in vraag gesteld. Ben ik in evenwicht met het geheel? Ik ben niet zeker dat Natan nog zou bestaan, had ik dat toen niet gedaan. Ik ben zo verweven met mijn zaak dat mijn angst de groei wel eens kon blokkeren. Al moet je altijd wel voldoende bang zijn om op tijd rode lichten te zien.”

Waar bent u dan zo bang voor?

VERMEULEN.”Voor het onbekende, voor mijn gezondheid. Om iets niet goed te doen. Angst is mijn vijand nummer één, angst is een last voor mij geworden. Het kan me onmiddellijk mentaal, fysiek en spiritueel naar beneden halen. Iemand die bang of in paniek is, die stopt. Alsof zijn benen zijn afgesneden. Wie het gevoel heeft met de rug tegen de muur te staan, neemt ook nooit goede beslissingen. Zodra je angst voelt, moet je je daarom afvragen waarvan je eigenlijk bang bent. Zo kun je die angst sturen.”

Hoe herbront u op zo’n moment?

VERMEULEN.”Ik loop elke ochtend een kwartier. Om opnieuw goed te kunnen ademen. Ik reis ook geregeld een beetje, maar altijd met de bedoeling om ideeën op te doen. Ik ben bijvoorbeeld net naar de kunst- en antiekbeurs Tefaf in Maastricht gegaan. Om er mijn klanten te zien en om er te kijken wat de bezoekers dragen. Grote ondernemers kunnen niet de hele tijd aan hun cijfers denken. Creatieve zaakvoerders krijgen wel overal impulsen. U kunt dat niet weten, maar het is alsof je elke keer een dosis adrenaline krijgt.”

U moet blijkbaar toch nog leren loslaten.

VERMEULEN.”Ook in het bedrijf houd ik nog te veel in het oog. ‘Zie je dat ik het gezien heb. Wat was er gebeurd als ik dat niet had gemerkt?’, hoor ik mezelf dan zeggen. Terwijl het waarschijnlijk ook tot een goed einde komt als ik me er niet mee bemoei. Ik denk wel eens dat ik meer afstand moet nemen. Tegelijkertijd geloof ik dat het mijn grootste geluk is dat mijn zaak en mijn persoonlijkheid zo samenvallen. Ik zou het dus niet anders willen. Wat op je weg ligt, gebeurt toch. Zo relativeer ik nu de dingen. Ik heb het niet altijd beseft, maar er zijn ook mensen die het veel moeilijker hebben dan ik.

“Ik ben zo verweven met mijn zaak dat mijn angsten de groei kunnen blokkeren” Edouard Vermeulen (Natan)

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content