“I’ll make a brand new start of it”

Frank Sinatra zal het wel niet zo hebben bedoeld toen hij zijn ‘New York, New York’ op plaat zette. Maar na de terreur van 11 september, de vliegtuigcrash van vorige week, de verkiezing van Mike Bloomberg tot burgemeester en het afzwaaien van levende legende Rudolph Giuliani ziet het er meer dan ooit naar uit dat de Big Apple aan een nieuw begin toe is. Blijft New York de hoofdstad van de mondiale economie?

De naweeën van 11 september dreigen New York City ook in een diepe financiële crisis te storten. “Als er niet snel en doordacht wordt opgetreden, staan we voor een financiële crisis van het kaliber dat New York in 1975 aan de rand van de afgrond bracht,” waarschuwt Felix Rohatyn, gewezen topman van Lazard Frères en hoofdarchitect van het herstelprogramma dat New York er in de tweede helft van de jaren zeventig financieel bovenop hielp.

Bloedrode cijfers

De cijfers ogen draconisch. De financiële diensten van de stad New York rekenen voor dat de gevolgen van 11 september tussen de 90 en 105 miljard dollar zullen kosten tot en met eind 2003. Zo’n 40 miljard dollar zal de stad van de verzekeringsmaatschappijen uitgekeerd krijgen en de federale regering in Washington zei 20 miljard dollar toe. “Niemand weet waar de resterende 30 tot 45 miljard dollar vandaan moeten komen, zeker nu we met Mike Bloomberg een burgemeester hebben die van geen nieuwe belastingen zowat dé slogan van zijn campagne maakte,” zucht John Mollenkopf, directeur van het Center for Urban Research van de City University of New York.

De klap van 11 september ent zich op een budgettaire situatie die al danig de dam afgleed. In de weken voor de ramp schatten de stadsdiensten het te verwachten deficit voor het budgettair jaar 2002-2003 (dat loopt van 1 juli tot 30 juni) op 3 miljard dollar (op een budget van 40 miljard dollar). De recessie die zich nu nadrukkelijk doorzet in de hele VS vormde de hoofdoorzaak achter de felle verslechtering in de budgettaire positie van de stad. Eugene Keilin, voorzitter van de Citizens Budget Commission, ziet het inktzwart in: “We dreigen in een helse spiraal terecht te komen. Financiële zwaargewichten verhuizen. Wall Street kwakkelt. De toeristenindustrie gaat compleet door de knieën. Hotels, restaurants, musea, theaters: ze halen maar een fractie van hun normale bezetting.” Een medewerker van Alan Hevesi, de New Yorkse schepen van Financiën, voegt toe: “We hebben slechts één zekerheid: het deficit voor 2002-2003 zal de 3 miljard dollar ver overtreffen.”

Keren bedrijven terug?

Bij de grote banken en financiële ondernemingen die sedert mensenheugenis de ruggengraat vormen van Lower Manhattan en Wall Street weegt vooral de onzekerheid door. Kan de politieke overheid de noodzakelijke omkadering voor de wederopbouw creëren? Wat met de veiligheid? Hoe reageren werknemers die in en rond de oorlogszone opnieuw aan de slag moeten?

Het makelaarshuis Goldman Sachs keerde vrij snel terug naar de onbeschadigde gebouwen in de buurt van ground zero, maar de medewerkers hebben angst. Lehman Brothers, één van de zwaargewichten in en rond Wall Street, besliste naar Centraal-Manhattan te verhuizen. Andere grote jongens zoals American Express en Merrill Lynch zochten een tijdelijk onderkomen op de andere oever van de Hudson in New Jersey. Officeel luidt het dat zij zo snel mogelijk willen terugkeren, binnenskamers woedt daarover een felle discussie. “De bank JP Morgan zit op Park Avenue in Midden-Manhattan, UBS Warburg opereert vanuit Connecticut. Met de nieuwe communicatiemiddelen lijkt fysieke aanwezigheid in Lower Manhattan niet noodzakelijk,” oppert een topman van Merrill Lynch, die anoniem wenste te blijven.

Er heerst onduidelijkheid over de toekomstige bestemming van het zwaarst getroffen gebied in Lower Manhattan. Toch ziet niemand de toekomst van New York als financieel centrum van de wereldeconomie in gevaar komen. Hugh O’Neill, president van Appleseed, een New Yorkse consultant gespecialiseerd in economische ontwikkeling: “New York is uniek in termen van de concentratie van kennis en menselijk kal omtrent financiële materies. Iedereen beseft dat dit gegeven een zelfvoedend karakter heeft: bedrijven presteren efficiënter door die concentratie en dus zou verwatering daarvan tot een minder gunstige competitieve positie voor alle betrokkenen leiden.” Ook Felix Rohatyn kijkt met vertrouwen naar de toekomst: “New York blijft het centrum van de wereldeconomie en Manhattan blijft de kern van het financiële universum.”

Joel Kotkin van het Reason Public Policy Institute voegt nog een dimensie toe: “De voorbije jaren kreeg de economische ontwikkeling in Lower Manhattan belangrijkere impulsen vanuit de nieuwe economie, van bedrijven uit de gezondheidssector en van non-profitorganisaties dan vanuit de financiële sector. Kersvers burgemeester Mike Bloomberg heeft herhaaldelijk aangegeven dat hij die trend wil versterken, ondanks de crisis in de diverse sectoren van de nieuwe economie. Dat perspectief brengt nieuwe uitdagingen op tafel.”

Vaarwel Giuliani

Onzekerheid over de budgettaire toekomst van New York City en bezorgdheid over de kwaliteit van de leefomgeving _ dáár draaien de discussies om in deze bange dagen. Maar over één zaak heerst nagenoeg eensgezindheid: met uittredend burgemeester Rudolph Giuliani verdwijnt begin 2002 de man die het meest geschikt lijkt om de titanentaak van de wederopbouw van New York tot een goed einde te brengen. Heel New York hoopt in stilte dat Giuliani toch op de een of andere manier zal worden betrokken bij de hersteloperaties.

De manier waarop Giuliani op 11 september en de weken nadien de zaken in handen nam en als een onvermoeibare vaderfiguur opdook overal waar hij kon bijspringen, troosten en bevelen, bevestigde hem definitief als dé politieke figuur waarmee een grote meerderheid van de New Yorkers zich ondanks alles vereenzelvigt. Hoe groot de schaduw van Giuliani in New York wel is, moest Mark Green, de kandidaat van de Democraten bij de jongste burgemeestersverkiezing en al jaren een gezworen vijand van Giuliani, tot zijn scha en schande ondervinden. Green leek het makkelijk te gaan halen van Bloomberg, tot Giuliani zich pal achter de kandidatuur van de ondernemer zette.

Niemand werkte bij de New Yorkers de afgelopen jaren zoveel emoties los als Giuliani. Ex-burgemeester Ed Koch verwijst steevast naar Giuliani als die schorpioen. Anderen, vooral in het linkergedeelte van het politieke speelveld en bij de zwarte bevolking, gaan nog veel verder: verwijten als racist en fascist zijn er niet uit de lucht. “Een actiefreak met een voortdurende neiging tot ballistische woede-uitbarstingen,” aldus een medewerker van het eerste uur. Over een aantal kenmerken is nagenoeg iedereen in de Big Apple het eens. Giuliani is een onversneden Italiaanse macho, meedogenloos, bikkelhard, machtsgeil, bijna paranoïde. “Alleen Yesrudy’s gedijen in zijn omgeving,” sneert Andrew Kirtzman, auteur van een (zeer) kritische biografie over Giuliani.

Maar de levende legende staat ook geboekstaafd als Messiaans gedreven, steeds paraat met een uitzonderlijke dossierkennis en uiterst consequent. Deze man, zo bezweren diverse waarnemers ons in New York, richt vanaf nu zijn blik op het Witte Huis.

Jacht op maffiosi

De nu 57-jarige Giuliani studeerde in 1968 af als jurist aan de rechtsschool van de New York University. Na diverse jobs in de privé- en publieke sector benoemde president Ronald Reagan hem in 1983 tot openbaar aanklager in New York. Als een bezetene maakte hij jacht op maffiabazen, corrupte politici en frauderende financiers. Toen hij begin 1989 zijn job als openbaar aanklager opzegde, hing zijn trofeekast vol met scalpen van veroordeelden.

Na een mislukte poging in 1989, haalde Giuliani in 1993 het burgemeesterschap van New York binnen. De stad die hij erfde, dreigde compleet weg te zakken onder het gewicht van misdaad, onbetaalbare steunprogramma’s, bureaucratische inertie en de almacht van vakbonden en de meest exotische belangengroepen. Bij zijn aantreden zat New York City in haar derde jaar van recessie. Méér dan een miljoen mensen leefden volledig van uitkeringen. Het stadsbudget verdrievoudigde in de jaren tachtig van 10 naar 30 miljard dollar. Tekorten en schulden stapelden zich op. Qua misdaad stond New York in zowat alle subcategorieën aan de kop in de VS. Een poll van de New York Times wees uit dat ruim 60% van de New Yorkers de stad wilde verlaten.

Steeds meer bedrijven sloegen hun hoofdkwartier elders op. Méér dan welke andere grootstad ook, vormde New York sedert de jaren dertig het “stadslaboratorium voor een beleid geënt op de principes van de New Deal van Roosevelt. Het onhoudbare van dat beleid kwam dan ook nergens zo schrijnend aan de oppervlakte als in New York,” aldus Alan Brinkley, historicus verbonden aan Columbia University.

In een stijl die het hele politieke establishment op zijn grondvesten deed daveren, haalde Giuliani brutaal de borstel door de Augiasstal. Uitkeringen gingen drastisch naar beneden voor werklozen, daklozen en ongehuwde moeders, 15.000 ambtenaren vlogen aan de deur en een stevige belastingverlaging zou het ondernemingsklimaat opnieuw opkrikken. “Die belastingverlaging,” meent Andrew Kirtzman, “had niet op de eerste plaats te maken met de bekommernis voor een betere ondernemingsomgeving. Giuliani creëerde, naar het voorbeeld van toenmalig president Reagan, bewust tekorten om zo een voortdurende druk in de richting van uitgavenvermindering en afbouw van bureaucratie te creëren.”

Beleid van zerotolerantie

De meest spectaculaire veranderingen kwamen er in de misdaadbestrijding. Giuliani vond zijn inspiratie in het artikel Broken Windows, dat de criminologen George Kelling en James Wilson tien jaar eerder in de Atlantic Monthly publiceerden. Hun basisstelling: alleen als men de misdaad vanaf het laagste niveau (bijvoorbeeld jongeren die ruiten ingooien) bestrijdt, kan men tot een indamming van de misdaadgolf komen. Giuliani en zijn beruchte politiecommissaris William Bratton installeerden een beleid dat zerotolerantie als uitgangspunt nam. Bijna onmiddellijk schoten de misdaadcijfers naar beneden (zie tabel: Misdaadrecessie). New York zit nu ver beneden het landelijke gemiddelde in nagenoeg elke misdaadcategorie.

“Uit analyses blijkt dat New York voorliep op de nationale trend naar minder misdaad. Hoe je het ook draait of keert, Giuliani en Bratton maakten hun beloftes waar. New York is vandaag een veilige en propere grootstad. Dat de politie daarbij geregeld stevig zijn boekje te buiten ging, namen de meeste New Yorkers er zonder veel morren bij. Overigens doen omtrent politiebrutaliteiten onder het Giuliani-bewind ook wel wat fabels de ronde. Het aantal mensen neergeschoten door de politie daalde zelfs tijdens de acht jaar van Giuliani’s burgemeesterschap,” weet Kirtzman.

Velen vrezen nu dat de enorme financiële noden voortvloeiend uit de naweeën van 11 september zullen leiden tot kariger budgetten voor politie, parkbeheer, vuilnisophaling en andere elementen die de voorbije acht jaar de levenskwaliteit in New York City opkrikten. Vandaar het heimwee naar Giuliani. Alleen in hem hebben vele New Yorkers voldoende vertrouwen om de reusachtige opdracht tot een goed einde te brengen.

Johan Van Overtveldt

“De naweeën van 11 september dreigen New York City ook in een diepe financiële crisis te storten.”

“New York blijft het centrum van de wereldeconomie en Manhattan blijft de kern van het financiële universum.”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content