Hoe worden we met zijn allen rijker?

Zijn Lernout & Hauspie of Enron typisch voor de geschiedenis van de onderneming? Twee journalisten van The Economist tekenen die algemene geschiedenis beknopt (maar met voldoende veelzeggende details) op.

John Micklethwait & Adrian Wooldridge, The Company – A Short History of a Revolutionary Idea. Random House, 229 blz., 22,35 euro. Verkrijgbaar bij Acco Leuven. tel. 016 29 11 00, fax: 016 20 73 89.

Hun echte werk was veeleer het creëren van aandelen dan het fabriceren van een product. Die opmerking stamt niet uit een zoveelste boek over de fraude bij de Amerikaanse energiehandelaar Enron of de scandaleuze hebzucht van andere door de mand gevallen managers, maar uit The Way We Live Now, een Victoriaanse roman uit 1875. Anthony Trollope (een literair genie met Dickensiaanse pen, die zijn dagen sleet in de postadministratie, waar hij de Britse rode bolle brievenbussen uitvond) volgt de immorele strapatsen van de politicus, zwendelaar en handelaar in spoorwegaandelen Augustus Melmotte. Waarschijnlijk was de oplichterij gebaseerd op het ware levensverhaal van de malafide spoorbaron George Hudson of de handel en wandel bij makelaar Crédit Mobilier.

Met dergelijke voorbeelden tonen John Micklethwait en Adrian Wooldridge aan dat de recente bedrijfsschandalen niets nieuws onder de zon brengen. “Fraude is, was en zal altijd een probleem vormen voor bedrijven, vooral tijdens perioden waarin de aandelenmarkt floreert,” beklemtonen de doorgewinterde journalisten van The Economist in The Company – A Short History of a Revolutionary Idea. Oplichters, al dan niet vermomd als manager of makelaar, zullen met hun zwendel ook altijd een lichtgelovig publiek vinden dat begerig in de financiële fuiken zwemt.

Met zijn allen rijker. Micklethwait en Wooldridge jammeren niet mee in het koor dat modieuze slogans krijst tegen de bedrijfswereld in het algemeen en de globalisering in het bijzonder. Dat betekent evenwel nog lang niet dat de auteurs zich op hun beurt bezondigen aan een eendimensionale apologie van hét kapitalisme. Met hun boek over managementgoeroes ( The Witch Doctors) kwamen ze al scherp en kritisch uit de hoek. Met hun doorlichting van de globalisering ( A Future Perfect) toonden ze aan dat ze zowel de argumenten pro als contra helder kunnen belichten.

Dat procédé van geduldig, doordacht en kritisch afwegen vinden we ook terug in deze beknopte geschiedenis van het concept onderneming. Dat instituut kan best enige regulering gebruiken om het te beschermen tegen zijn eigen voortvarendheid, zo zien de auteurs onder ogen, maar dat betekent nog geen overregulering. Bovendien dreigt in dat leeghoofdige getier tegen de vrije markt de eenvoudige vaststelling ondergesneeuwd te geraken dat de onderneming de meest efficiënte hefboom blijkt voor algemene vooruitgang en zelfs voor een vlot werkende democratie. Micklethwait en Wooldridge noemen de onderneming “de beste en makkelijkste structuur voor individuen om kapitaal te vergaren, vaardigheden te verfijnen en ze door te geven. Het resultaat is dat we er met zijn allen rijker op worden.”

Lopende band. Het fundament van de moderne onderneming ligt in Groot-Brittannië, waar in 1862 de Companies Act goedgekeurd werd, die de vennootschap met beperkte aansprakelijkheid in het leven riep. Voor nog meer revolutionaire vernieuwingen moeten we naar de VS. Daar stuiten we op een managementgenie als Julius Rosenwald, de vennoot van Richard Sears, die een postorderbedrijf omzette naar een gigantische distributieketen. Sears zag de opportuniteiten, terwijl Rosenwald de boekhouding in orde bracht en de organisatie op het getouw zette. In 1906 opende het duo het grootste bedrijfsgebouw ter wereld: een loods om de toestromende bestellingen te verwerken in een centraal punt. Rosenwald introduceerde er een lopende band langs de rekken om de bestellingen van de klanten af te werken. Alles was erop gebaseerd om zoveel mogelijk arbeid weg te automatiseren, het werk te versnellen en fouten te voorkomen. Eén van de eerste bezoekers was Henry Ford, die het concept prompt perfectioneerde en toepaste in zijn autofabriek.

De geschiedenis van het bedrijf staat evenwel nooit stil. Dat moest Henry Ford later zelf ervaren, toen hij niet mee wilde met de nieuwe wind, die van Alfred Sloan bij concurrent General Motors kwam. Sloan voerde gecontroleerde decentralisatie in en bouwde een auto voor de verschillende klassen en behoeften. Zo hield hij een nog grotere onderneming bestuurbaar en bombardeerde hij marketing tot leidraad.

De geschiedenis van de onderneming, opgetekend door Micklethwait en Wooldridge, is een paternoster van dergelijke creatieve ideeën, afgewisseld met een niet bepaald heilig gebruik ervan. Geregeld tast het wildwestkapitalisme de vrije markt aan. Maar hoe desastreus die afleveringen van de never ending bedrijfsavonturen ook zijn, steeds schuilt er een les in, steeds komen er nieuwe inzichten. Laten we die bron van rijkdom nu niet dempen uit paniek om de recente fraude, zo pleiten Micklethwait en Wooldridge.

Luc De Decker

“Fraude is, was en zal altijd een probleem vormen voor bedrijven, vooral tijdens perioden waarin de aandelenmarkt floreert.”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content