Hoe ready is Reddy Kilowatt ?

Electrabel spreekt met gespleten tong. Het handelt tégen de liberalisering van de Belgische elektriciteitsmarkt maar profiteert wél van de liberalisering in het buitenland. Het bedrijf vol ingenieurs behoeft meer marketeers, visionairen en hartstocht. Wie bevrijdt de gevangen klant ?

Electrabel is één van de efficiëntere elektriciteitsondernemingen van Europa. Wat remt het bedrijf om de kaart van de competitie voluit te spelen ? Gemakzucht, solidariteit met een behoudende producent als Electricité de France, de natuurlijke meerderwaardigheid van de technoloog (“Wij weten het beter, dat ze hun kritiek stoppen”) ? Mysterie. Het secretariaat public relations van Gaselwest-Electrabel uit Kortrijk zet de toon. Na de goedkeuring, vorige vrijdag, van de nieuwe statuten van de intercommunale (die haar na 2005, het einde van het huidige contract, opnieuw voor 18 jaar binden aan Electrabel) meldde de pr-functionaris in een communiqué : “Hier werd energiegeschiedenis geschreven. Tijdens de voorbije weken en maanden hadden de gemeenten, elk afzonderlijk in hun gemeenteraden, dit belangrijke project besproken en ter stemming voorgelegd. Uit de stemmingen in de gemeenteraden is gebleken dat een massale positieve stem werd uitgebracht over de partijgrenzen heen. De gemeenten zijn blijkbaar niet onder de indruk gekomen van de aanbeveling van minister Peeters om de behandeling van de statuten uit te stellen totdat de Europese Commissie daarover uitspraak zou doen. De actie van de minister was een gevolg van een communiqué van Europees commissaris Karel Van Miert waarin deze zijn “twijfels” uitte omtrent de conformiteit van bepaalde onderdelen van de statuten aan de Europese regelingen terzake. De Europese commissaris wenst de zaak verder te onderzoeken. De gemeenten van Gaselwest mogen echter gerust zijn : zij hebben een goede beslissing genomen die hen en hun bevolking ten goede zal komen. Samen met Electrabel stappen zij nu in een hernieuwde, gewijzigde samenwerking die beloftevolle perspectieven inhoudt.” Tot daar Gaselwest. Illustreert deze tekst de onderdanigheid van de communalisten aan Electrabel ? In Europa en de Verenigde Staten staan de elektriciteitsconcerns voor belangrijke veranderingen. Deze worden niet gepareerd met klefheid.

Elke vergelijking loopt mank, maar deze geeft de trend. De elektriciteitsondernemingen in Europa imiteren de houding van IBM de ooit ongenaakbare producent van mainframes dat uit de wielen gereden werd door de kleine makers van personal computers. Big Blue keek er zelfgenoegzaam overheen en betaalde de rekening. De evolutie van de energietechnologie doorbreekt het knowledge monopoly van de grootproducenten. Naast de aanbieders van 10.000, 20.000, 30.000 en 40.000 megawatt in Europa, groeit de ruimte voor kleinere, efficiënte energiebedrijven dicht bij groepen van gemeenten, steden en bedrijfsparken. Soepele entrepreneurs die langs de elektriciteitskabels of -lijnen van de traditionele energieverkopers hun kwh’s bij de consument brengen.

Meer markt.

Stef Proost (KU-Leuven) behoort met Aviel Verbruggen (Ufsia) en Yves Smeers (UCL) tot het handvol Belgische universitaire energie-economen. “Meer concurrentie op de elektriciteitsmarkt is aanbevelenswaardig,” is zijn mening. “Om dat ooit in België te bereiken, zal de Europese Commissie dienen op te treden. Spontaan komt het niet, hoewel Electrabel niet bevreesd dient te zijn voor meer concurrentie, omwille van zijn efficiëntie en lage prijzen voor de industrie. Ik begrijp wel dat de onderneming, zoals elke dominante marktpartij, de aandrang heeft om de concurrentie te minimaliseren zij verkiest captive customers en bovendien dat Electrabel solidair wil blijven met zijn vakgenoten van Europa.” Stef Proost leidt aan het Centrum voor Economische Studiën van de KU-Leuven een onderzoeksgroep voor energie-, milieu- en transportproblemen. Hij houdt zich verder van de actuele polemiek dan Aviel Verbruggen (die door het Belgische energiekartel belachelijk gemaakt wordt, zonder dat het antwoordt op diens argumenten).

Stef Proost ziet een trendbreuk in de elektriciteitsproductie. Was het tot voor kort logisch om de productie te concentreren op één site, in kernparken van het type Doel of Tihange, dan is vandaag gedecentraliseerde en kleinschaligere productie ook efficiënt. Aardgas is relatief goedkoop en overvloedig aanwezig, bovendien is de technologie om aardgascentrales te beheren overdraagbaar. Een producent van een aardgascentrale kan met zijn machines de exploitatiekunde transfereren naar ondernemingen, groepen van ondernemingen of clubs van gemeenten. Bij kernenergie is dit onmogelijk, nucleaire megawatts vergen het optreden van hooggekwalificeerde technologen. Die hebben een kennismonopolie.

Het Verenigd Koninkrijk experimenteert met een duopolie : PowerGen en National Power. Perfecte concurrentie bestaat niet, maar het heeft wel geleid tot een hoger productierendement en efficiëntiewinst, bewijzen studies. Stef Proost : “Er is kritiek op het duopolie, wat kan aanduiden dat die efficiëntiewinst in de eerste plaats gegaan is naar de producent, later kan ze de consument ten goede komen. Afgezien daarvan is er een macro-economische en maatschappelijke winst door de gestegen productie-efficiëntie.”

Nationale tarieven, waarom ?

Over het hele grondgebied van België worden nationale tarieven aangerekend en de prijszetting van die tarieven gebeurt op basis van de minst efficiënte kostenmaker. De koper van Antwerpen betaalt de kosten van de verkoop van elektriciteit aan de bezitter van een buitenverblijf in de bossen van Saint-Hubert. “Deze situatie brengt voor de distributeur van Antwerpen en Gent en Kortrijk een fikse extramarge op die in het kader van zijn werkelijke kosten dus niet hoeft,” zegt Stef Proost. “In deze duurdere elektriciteit zit voor de gemeenten een eventuele verborgen meerbelasting. Meer concurrentie brengt mee of zou moeten meebrengen dat de nationale tarieven worden losgelaten. Daardoor zullen de gemeenten moeten zoeken naar meer doorzichtige belastingen wat beleidsefficiëntie voor de gemeenten oplevert. De lakse kostendoorrekening van de intercommunales door de grote marge veroorzaakt ook een eventuele verborgen overtewerkstelling.”

De gemeenten bezitten in België het distributiemonopolie. Dat zij een andere leverancier zouden kunnen aanspreken, is niet het enige wat ter discussie staat. In de distributie kunnen verbeteringen en veranderingen doorgevoerd worden : innovatievere technieken, goedkoper dienstenaanbod, gedifferentieerde tarieven. Stef Proost : “De hogere overheid zou de huidige verticale integratie kunnen verbieden of eisen dat de gemeenten opnieuw gaan naar de initiële bedoeling van de wetgever, namelijk dat zij investeren in hun eigen distributienet, in hun eigen technologische kennis en in controle. Vandaag verkiezen de gemeenten via de gemengde intercommunales winst te maken op de korte termijn en binnenkort winst op hun aandelen in Electrabel. Als de producent in grote mate eigenaar is van de distributie dan is de vrije concurrentie moeilijk en dat conflicteert door de liberalisering van de Europese electriciteitsmarkt met de belangen van de consument.”

FRANS CROLS

KERNPARK VAN TIHANGE De concentratie van centrales hoeft niet langer.

STEF PROOST (KU-LEUVEN) Meer marktwerking is beter voor de consumenten.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content