Hoe de Nationale Bank miljoenen misliep in vastgoedtransacties

Dirk Van Thuyne Freelance journalist

Eerder deze week begon de verkoop van het oude agentschap van de Nationale Bank in Aarlen. De voorbije jaren verkocht de Nationale Bank een groot deel van haar kantoren. Sommige kopers konden het kantoor onmiddellijk met een grote winst doorverkopen. Waarom liep de Nationale Bank die miljoenen mis?

Woensdag 22 mei 2002, 10.30 uur Kantoor notaris De Maesschalck, Oostende

Karel Vandeneede, chef van het departement Uitrusting en Algemene Diensten van de Nationale Bank van België, zet opgelucht zijn handtekening onder de verkoopakte van de Kortrijkse zetel. Zijn zoektocht naar een koper voor het stijlrijke herenhuis – een zoektocht die bijna twee jaar eerder was begonnen – is nu eindelijk afgelopen. De kopers zijn twee Oostendse dertigers die actief zijn in het West-Vlaamse vastgoedwereldje: Guy Boussy-Haesaert, op dat moment veruit de grootste aandeelhouder van Société Immobilière et Garage du Phare (SIGP), en zijn kompaan Pierre Verborgh (zie kader: Wie zit er achter SIGP?). SIGP was de enige om een bod te doen op het historische pand, en na een kleine verhoging hapte het directiecomité van de Nationale Bank in januari 2002 toe. Ruim vier maanden na datum bezegelt notaris De Maesschalck nu de verkoop. Voor 520.576 euro mag SIGP zich de nieuwe eigenaar noemen van het gebouw in de Doorniksestraat. Bij het begin van de procedure had een lokale expert de waarde van het pand nochtans geschat op 991.574 euro.

Woensdag 22 mei 2002, 11.30 uur Kantoor notaris De Maesschalck, Oostende

Guy Boussy-Haesaert en Pierre Verborgh zetten opgelucht hun handtekening onder de verkoopakte van hun eigendom in Kortrijk. Ze hebben zwaar gegokt, maar gewonnen. Wat de Nationale Bank niet lukte, heeft het ondernemende duo wel voor elkaar gekregen: een geïnteresseerde koper vinden. Onder het waakzame oog van notaris De Maesschalck telt de Federale Kas voor het Beroepskrediet (FKBK)… 991.574 euro neer voor het prestigieuze gebouw. Het is feest in Oostende. Je zou voor minder een flesje champagne ontkurken.

Loketten en kluizen verkopen

Dat het directiecomité van de Nationale Bank – dat de eindverantwoordelijkheid draagt voor deze transactie – in 2002 op een schijnbaar knullige manier in de zak werd gezet, betekende natuurlijk koren op de molen van de ontevreden minderheidsaandeelhouders van het beursgenoteerde bedrijf. Aan de Berlaimontlaan vindt men echter dat men zich in dit dossier niets te verwijten heeft. “Meer dan een jaar hebben wij ruim publiciteit gegeven aan de geplande verkoop. In totaal hebben 25 geïnteresseerde partijen het dossier opgevraagd en/of het gebouw in Kortrijk bezocht. Dat heeft geleid tot één concreet bod, dat finaal nog iets werd verhoogd. Uiteindelijk hebben we het bod aanvaard, omdat de kosten voor het gebouw opliepen,” zegt Kristin Bosman, dienstchef Communicatie van de Nationale Bank, ter verdediging. Mensen uit de vastgoedsector geven grif toe dat het niet makkelijk is om voor zo’n specifiek gebouw – met loketten en immense kluizen uit gewapend beton – een koper te vinden.

Ambtenaar weigert kop koffie

Omdat hij de verdachtmakingen beu is, wil de Oostendse makelaar Pierre Verborgh voor het eerst praten. “De Nationale Bank heeft niet de hoogste prijs gekregen, maar dat kan je ons toch niet aanwrijven. Wij hebben met volwassen mensen onderhandeld en ten slotte hebben we een groot risico genomen. Dankzij onze expertise zijn wij er wel in geslaagd om een koper te vinden. Bovendien is niet alles zuivere winst. Zo hebben we het pand opgefrist en we hebben ook een niet onbelangrijke boete moeten betalen aan de registratie.” Volgens Verborgh is er dus geen vuiltje aan de lucht en is de procedure volledig transparant verlopen. “Ik heb ooit Karel Vandeneede een koffie aangeboden, maar hij weigerde beleefd uit schrik om voor een corrupte ambtenaar te worden aangezien,” zegt de makelaar.

Toch is de timing van dit dossier zeer opvallend. Op 7 januari 2002 aanvaardde de Nationale Bank namelijk het verhoogde bod van SIGP en precies een dag later klopte de Federale Kas voor het Beroepskrediet aan bij de Nationale Bank om te informeren naar het Kortrijkse gebouw. “De tip kwam van burgemeester Stefaan De Clerck,” aldus Jozef Vandenberghe, voorzitter van de FKBK en een veelbesproken Kortrijks gemeenteraadslid (CD&V). Hij is nog altijd heel gelukkig met de aankoop van toen – “we gebruiken nog altijd hetzelfde camerasysteem” – vooral omdat de FKBK toen ook het aanpalende pand kon kopen.

Vandenberghe moet overigens wel toegeven dat hij de mensen van SIGP al veel langer kent, want ze werkten al eerder samen en bovendien zijn ze elkaars buren in Oostende. In de Kerkstraat 40 heeft Pierre Verborgh zijn persoonlijke makelaarskantoor (dat losstaat van SIGP) en in nummer 38 huist de Federale Kas voor het Beroepskrediet. En het wordt nog mooier, want nummer 36 is… het voormalige gebouw van de Nationale Bank, dat twee jaar eerder werd aangekocht door SIGP. De vastgoedvennootschap van Guy Boussy-Haesaert en Pierre Verborgh verbouwde dat pand, waar nu op het gelijkvloers een vzw huist. Op de eerste en tweede verdieping kwamen er appartementen, en de kluizen achteraan moesten plaatsmaken voor garageboxen. Ook hier wijst Pierre Verborgh op het risicovolle karakter van de transactie: SIGP moest drie jaar wachten voordat het Bijzonder Plan van Aanleg (BPA) werd gewijzigd.

Meerwaarde voor doorverkoper: 1,3 miljoen euro

Het op zijn zachtst gezegd merkwaardige vastgoeddossier in Kortrijk is geen alleenstaand geval. In diezelfde periode verkocht de Nationale Bank namelijk ook een pand in Hasselt aan de toen nog in oprichting zijnde vennootschap Cobogra. Met dit vehikel wilden autohandelaar Julien Convents en Herman Bosman samen een aantal vastgoedprojecten ontwikkelen. Herman Bosman is gedelegeerd bestuurder van Grafityp, een bedrijf dat zelfklevende folies maakt voor de reclame-industrie.

Voor het pand aan de Schiervellaan bleek er iets meer interesse dan in Kortrijk: er kwamen uiteindelijk drie concrete biedingen tussen 681.707 en 842.840 euro. Cobogra haalde het in de onderhandse verkoopprocedure voor een prijs van 941.995 euro, wat zelfs iets hoger was dan de schatting van een onafhankelijke expert, die op 930.000 euro uitkwam. Niets aan de hand dus, tot kort nadien bleek dat het gebouw voor maar liefst 2.305.410 euro was verkocht aan de NMBS.

Herman Bosman – overigens geen familie van Kristin Bosman van de Nationale Bank – spreekt net als zijn collega in Oostende over een gelukkige samenloop van omstandigheden. “Als we hadden geweten dat het om een eenmalige transactie zou gaan, zouden we nooit een aparte vennootschap hebben opgericht. We hadden namelijk eigen plannen om de site te ontwikkelen. Zo dachten we eraan om in het herenhuis een klasserestaurant onder te brengen. Maar het zou dom van ons zijn geweest om het genereuze bod van de NMBS niet te aanvaarden.”

NBB dagvaardt schatter

Dat de Nationale Bank op korte tijd miljoenen euro’s aan haar neus voorbij zag gaan, beroerde opeens ook de politieke wereld. Senatoren Hugo Vandenberghe (CD&V) en Vincent Van Quickenborne (toen VU-ID, nu VLD) interpelleerden minister van Financiën Didier Reynders (MR) in de Senaat. Drie jaar later kan Van Quickenborne (intussen gepromoveerd tot staatssecretaris) zich zijn tussenkomst niet meer herinneren. Vandenberghe – die op het einde van zijn parlementaire betoog nochtans had aangekondigd dat hij de minister niet met rust zou laten over deze zaak – stelt nu voor om daar nog eens een vraag over te stellen.

Toch misten de politieke bemoeienissen hun effect niet. Bij de Nationale Bank stelde men een intern onderzoek in, wat resulteerde in twee gerechtelijke procedures. Een eerste betreft de aansprakelijkheid van de externe expert die het pand in Hasselt schatte. In een tweede procedure probeert de Nationale Bank de verkoop zelfs terug te draaien. De Bank baseert zich daarvoor op een straatoude wet die stelt dat wanneer een verkoper voor meer dan zeven twaalfden van de waarde van het onroerend goed benadeeld is, de verbintenis nietig is. “Beide procedures zijn nog hangende,” laat Kristin Bosman weten. “Op een zitting in maart 2005 heeft de rechtbank van eerste aanleg in Hasselt aan de Nationale Bank de toestemming verleend om het bewijs te leveren van de benadeling. De rechtbank heeft een deskundigenonderzoek bevolen en drie deskundigen aangesteld, maar sindsdien hebben zich in deze zaak geen verdere ontwikkelingen voorgedaan.”

Jan Callewaert zorgt voor positieve noot

Een ander gevolg van de mislukte verkopen in Kortrijk en Hasselt was dat de Nationale Bank zich beraadde over de verkoopprocedure. Het directiecomité besliste dat voortaan alle overtollige gebouwen openbaar zouden worden verkocht. Dat ook deze procedure geen garantie voor een hoge prijszetting is, bewijzen de moeilijke verkopen in Turnhout en vooral Charleroi. “Ondanks een zeer ruime publiciteit kwam het hoogste bod op de tweede zitdag niet hoger dan 725.000 euro,” vertelt Kristin Bosman. “De Bank aanvaardde dat bedrag niet en verleende de notaris extra mandaten om het goed alsnog tegen een hogere prijs te verkopen. Maar de biedingen bleven ver onder de vraagprijs. Uiteindelijk is de Bank rechtstreeks met de stad Charleroi gaan onderhandelen, die er 1,2 miljoen euro voor betaalde.”

Eerder deze week vond de eerste zitdag voor de verkoop van het gebouw in Aarlen plaats. Binnenkort hoopt de Nationale Bank ook een koper voor het gebouw in Brugge te vinden, maar die procedure wordt bemoeilijkt door het BPA. Dat beperkt de bestemming van het perceel tot een zone van openbare gebouwen. Volgens ingewijden zou ING zijn oog op het pand hebben laten vallen, maar dan moet het Brugse stadsbestuur eerst instemmen met een herziening van het BPA. De beslissing wordt in april verwacht.

Gelukkig was er niet alleen kommer en kwel voor de Nationale Bank: het pand op de Leuvense Grote Markt leverde een mooie meerwaarde op. Het gebouw, dat bekendstaat als het Tafelrond, deed nog tot februari 2005 dienst als informaticaback-upcentrum. Tijdens de tweede zitdag van de openbare procedure klom de biedprijs tot 6,4 miljoen euro, wat een stuk meer was dan de geschatte waarde van 4,5 miljoen euro. Het was Jan Callewaert, oprichter van het Leuvense technologiebedrijf Option en Manager van het Jaar 2005, die zijn privégeld in het beschermde pand investeerde.

Dirk Van Thuyne

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content