‘Het voelt als thuiskomen’

Eric Van Dyck werkte al meer dan 25 jaar voor de internationale vastgoedadviseur Cushman & Wakefield (C&W) toen hij in 2010 de vastgoedsector verraste met zijn overstap naar Redevco Belgium. Bij C&W was Van Dyck opgeklommen tot managing partner van de Belgische afdeling. Hij maakte ook deel uit van de raad van bestuur in Londen. Bij Redevco, een internationale vastgoedinvesteerder verbonden aan de familie Brenninkmeijer, startte hij in opvolging van Marc Van Heddeghem als managing director. In 2013 kwam daar de functie van chief investment officer bij.

Begin vorig jaar keerde Van Dyck terug naar de oude stal. Hij kwam bij het EMEA capital markets-team van C&W in Londen. “Na zeven jaar bij Redevco had ik het een beetje gezien”, zegt hij. “Ik ben graag met dertig zaken tegelijk bezig. Dat geeft me energie. Bij een investeerder en projectontwikkelaar zoals Redevco is dat niet aan de orde. Als je daar vijf dossiers hebt lopen, is dat veel.”

Midden 2018 volgde al een nieuwe carrièreswitch. Koen Nevens, Van Dycks opvolger bij C&W Belgium, informeerde hem over de mogelijke opstart van een Antwerpse vestiging. Nevens zocht daarvoor iemand met ervaring, een uitgebreide adressenboek en de capaciteiten om een nieuwe ploeg te leiden. “Als het voor u goed is, wil ik dat wel doen”, antwoordde Van Dyck.

U ruilt Londen in voor Antwerpen. Waarom?

ERIC VAN DYCK. “Op mijn visitekaartje stond inderdaad Londen, maar ik zat bijna elke dag in een andere Europese hoofdstad. Dat is boeiend, maar ook slopend. Ik heb dat onderschat. Op je 36ste ga je daar op een andere manier mee om dan op je 56ste. Als Antwerpenaar ben ik ook heel blij dat ik in mijn eigen stad kan werken. Het voelt als thuiskomen. Hier heb ik in één dag soms vijf afspraken. In mijn vorige job had ik daar een hele week voor nodig.”

Anders dan jullie concurrenten heeft C&W altijd vastgehouden aan een centraal kantoor in Brussel. Wat is er veranderd?

VAN DYCK. “Vroeger lag onze focus sterk op het retailsegment. Het leek niet opportuun alleen voor de retailmarkt een Antwerpse vestiging op te starten. We wilden ons ook niet wagen op de regionale kantoormarkten die nog klein en volatiel waren. Nu is C&W actief in alle vastgoedsegmenten. En de regionale kantoormarkten hebben aan belang gewonnen. Mobiliteit speelt daarin een belangrijk factor. Dat geldt voor de kantoormarkt in zijn geheel, maar het is even goed een punt in onze organisatie. Ons Antwerps kantoor zal als een soort flexwerkplek dienen voor de collega’s van Brussel.”

Wat zijn de plannen met de Antwerpse vestiging?

VAN DYCK. “We zullen ons in eerste instantie toespitsen op de kantoormarkt en op het semi-industriële en logistieke vastgoed. Voor winkelvastgoed blijven we voorlopig centraal vanuit Brussel werken. We starten met een team van zes mensen.”

Is er nog plaats op de Antwerpse vastgoedmarkt voor een nieuwe speler?

VAN DYCK. “Er is veel concurrentie. Maar met de combinatie van kennis, hard werken, gezond verstand en een goed service moeten we in staat zijn die plek op te eisen. Op termijn verwacht ik wel een consolidatie in regionale markten zoals Antwerpen. Elders in Europa trekken de drie globale spelers (JLL, CBRE en C&W, nvdr) het laken grotendeels naar zich toe. Goede nichespelers zullen wel standhouden, maar voor partijen die daar tussen vallen wordt het moeilijk, denk ik. De vastgoedsector is sterk aan het veranderen. Alles draait om data. Dat vergt zware investeringen in onder meer IT.”