Het verloren paradijs ?

Eric Pompen Eric Pompen is redacteur van Moneytalk

Via het EU-lidmaatschap hoopt Cyprus zijn politieke problemen op te lossen. Maar is toetreding tot de EU wel mogelijk zonder dat het land zijn fiscaal gunstregime laat varen ?

Nicosia (Cyprus).

Cynisch, maar waar. De vier doden aan de Groene Lijn in Nicosia dit najaar hebben de kansen op een definitieve oplossing voor het Cyprus-probleem vergroot. Door de recente rellen staan de vredesbesprekingen tussen het Griekse zuiden en het Turkse noorden opnieuw op de internationale agenda. Bovendien starten begin ’98 de officiële onderhandelingen over een toetreding tot de Europese Unie (EU) van het sinds ’74 gesplitste eiland. Zo hoopt Zuid-Cyprus een politieke oplossing de creatie van een federale staat te kunnen afdwingen.

President Glafcos Clerides, die economie en wetgeving op Europese leest schoeit, is evenwel niet bereid zijn grootste troef het fiscaal gunstregime van offshorecentrum (bedrijven die hun financiële zetel naar Cyprus verplaatsen maar hun activititeiten in eigen land behouden, betalen maar 4,25 % vennootschapsbelasting), zomaar uit handen te geven. “De regering is vastbesloten alle noodzakelijke stappen te ondernemen om het statuut van dienstencentrum te behouden,” aldus de minister van Buitenlandse Zaken Alecos Michaelides op CyServ’96, de tweede dienstenbeurs van de Cypriotische werkgeversfederatie OEB die eind oktober in Nicosia plaatsvond.

Norman Elliott, voorzitter van de Cyprus Offshore Enterprises Association (COEA) : “Ondanks de toenemende militarisering in het gebied en de aanvraag tot EU-lidmaatschap, behouden de bedrijven hun vertrouwen in de Cypriotische offshorecentra. De recente rellen hebben geen enkele vennootschap het eiland doen verlaten. Integendeel, het aantal kandidaten blijft toenemen. Wel verwacht onze federatie begin volgende eeuw een kleine aanpassing van het systeem, maar de grote voordelen zullen zeker behouden blijven. Dat is in hoofdzaak te danken aan de uitstekende dubbele belastingverdragen die Cyprus met een 30-tal landen (waaronder recentelijk ook België) heeft afgesloten.”

Alleen Turkije lijkt nog roet in het eten van de Cypriotische plannen te kunnen gooien. Maar donderdag 24 oktober bevroor het Europees parlement al zijn financiële hulp (budget van 375 miljoen ecu over een periode van vijf jaar) aan Turkije. Bedoeling van die hulp was de negatieve effecten op te vangen van de douane-unie, die begin ’96 werd getekend. Turkije boekt immers geen vooruitgang in het democratiseringsproces en op het vlak van de mensenrechten. Hans Van den Broek, Europees commissaris van Buitenlandse Zaken : “Desnoods gaan we alleen met Grieks Cyprus in zee.”

FISCALE HARMONISERING.

De hamvraag die vele bedrijven bezighoudt, is of de offshorecentra ná het EU-lidmaatschap van Cyprus hun belastingvoordelen zullen behouden. “Zonder enige twijfel,” antwoordt George Georgiou, afdelingshoofd van de Central Bank of Cyprus : “Fiscale harmonisering in Europa is een utopie. Sinds de oprichting van de eenheidsmarkt streeft de Commissie naar een gemeenschappelijk belastingstelsel. Na jarenlange strijd is slechts een overgangsregime met minimumtarieven voor de BTW uit de bus gekomen. De jongste pogingen van Mario Monti dreigen opnieuw vast te lopen. De EU-commissaris moet tegen de top in Dublin van 13 en 14 december ’96 de krijtlijnen voor een uniform belastingstelsel uittekenen. Maar elk concreet voorstel Monti pleit voor een verschuiving van de belastbare grondslag van arbeid en investeringen naar kapitaal en vervuiling stuit op een veto van één der lidstaten. Geen enkel land wil zijn fiscale autonomie loslaten.”

Intussen maakt Cyprus wel zijn huiswerk. Zo voldoet het eiland aan alle Maastricht-normen, iets waarop behalve Luxemburg nog geen enkele lidstaat aanspraak kan maken. Ook heeft het parlement een resem maatregelen genomen om het land van zijn kwalijk imago als witwascentrum voor misdaadgeld te verlossen : de ondertekening van de Wenen-conventie (december ’88), de ratificatie van de Europese conventie (juli ’95) en de invoering van een meldingsplicht (april ’96).

Georgiou : “De Central Bank of Cyprus legt de offshorecentra strenge auditnormen op en controleert uitvoerig de afkomst van het geld. Hoewel discretie gewaarborgd blijft, willen we toch goed weten welk vlees we in de kuip hebben. Maandelijks moeten de banken ons de lijst van stortingen of transfers boven 10.000 dollar voorleggen. Anonieme rekeningen of verdachte transacties worden niet toegelaten. De informatie over de eigenaars van een vennootschap blijft echter strikt geheim zolang er geen bewijs van misdaad is geleverd.” Dit wordt bevestigd door een enquête van het internationale maandblad Euromoney, dat in april jongstleden tot de conclusie kwam dat alle grote offshorecentra strenge vestigingscriteria hanteren om het witwassen van crimineel geld te verhinderen.

Voorts past de regering het arbeidsrecht, de vennootschapswetgeving en het financiewezen aan de Europese regelgeving aan. Moeilijk punt blijft de liberalisering van de intrestvoeten en de wisselkoersen. Hoewel het Cypriotisch pond nog niet volledig converteerbaar is, volgt de munt toch al de schommelingen van de ecu. Het eiland wil tegen eind volgend jaar volledig gereed zijn met de geplande harmonisering om de Commissie geen excuus te geven de onderhandelingen over het EU-lidmaatschap uit te stellen.

Net zoals de meesten van zijn collega’s op CyServ’96 is Athos Fouttis, manager van Totalserve, winnaar van de kwaliteitsprijs ’95 voor kmo-accountantskantoren, er gerust in. Hij verwacht zelfs een nieuwe boom van offshorecentra : “Cyprus is een ideale locatie om westerse investeringen in de ex-Sovjetunie te financieren. Het huidige belastingverdrag voorziet zelfs een volledige vrijstelling voor dividenden, intresten en royalty’s.”

Na de val van de Berlijnse Muur vestigde zich een stroom van rijke zakenlui uit Oost-Europa in Cyprus. Vooral de Russische kolonie valt op, aangetrokken door de veiligheid (nagenoeg geen criminaliteit) en de economische vrijheden op het eiland. In de kiosken van Nicosia is overal de Pravda verkrijgbaar. Tussen beide landen bestaat immers een culturele band : dezelfde godsdienst (Grieks orthodox), de geografische nabijheid en een sterke communistische partij (30 % in Cyprus). Mikis Costa, partner van Petrides Modinos Costa & Co (accountantskantoor Moores Rowland International) : “Vroeger was het voor Cyprioten die in Rusland hadden gestudeerd moeilijk om een job te vinden. Vandaag staan ze nummer één op de verlanglijst van de werkgevers. Dankzij het Russische kapitaal, dat het land binnenstroomt, is kennis van de Russische taal een voordeel.”

AANPASSING AAN EUROPA.

President Clerides ziet in ieder geval geen graten in het behoud van de offshorecentra. Hierbij baseert hij zich op een vergelijkend rapport dat een groep Britse experts heeft opgesteld. Tot grote ergernis van het lokale Instituut der Accountants (ICPA) zijn de resultaten van deze studie nog altijd niet vrijgegeven, aldus Mikis Costa, lid van het ICPA-offshorecomité : “Nochtans hebben wij alle belang bij een zo groot mogelijke duidelijkheid op dit vlak. Het EU-lidmaatschap zal immers de reputatie van Cyprus verhogen, zodat de offshorecentra nog in aantal zullen toenemen. Door de non-discriminatieregel zullen wij onze fiscale voordelen niet verliezen. Bovendien stellen de bedrijven onze hoge auditnormen op prijs. Ten slotte is het eiland een goede uitvalsbasis voor investeringen in de Middellandse Zee, die ná de jongste Barcelona-conferentie over extra subsidies beschikken ( nvdr. om de vrede in het Midden-Oosten te bevorderen).”

Nu heeft de regering aan professor Phedon Nicolaides van het European Institute of Public Administration de opdracht gegeven binnen de zes maanden uit te vissen hoe Cyprus zijn statuut van offshorecentrum conform de Europese wetgeving kan maken. Hierbij wijst Giorgiou op de bestaande gunstregimes in de Europese Unie. Zo genieten Dublin en Madeira al speciale vrijstellingen om de tewerkstelling in deze economisch achterop geraakte gebieden op te krikken. Maar deze voordelen zijn wel beperkt tot respectievelijk 2005 en 2011. In die zin rekent Cyprus op het behoud van zijn stelsel voor offshorevennootschappen, zeker voor een overgangsperiode van ten minste twintig jaar.

ERIC POMPEN

PRESIDENT GLAFCOS CLERIDES (L.) EN NORMAN ELLIOTT (CYPRUS OFFSHORE ENTERPRISES ASSOCIATION) Ook na de toetreding tot de Europese Unie zal Cyprus zijn fiscale voordelen behouden.

MIKIS COSTA (MOORES ROWLAND) Bedrijven stellen onze hoge auditnormen zeer op prijs.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content