Het einde van de gifpil?

Op lange termijn zijn beschermingsconstructies tegen overnemers (‘gifpillen’) voor beursgenoteerde bedrijven onhoudbaar. Al zal een nieuwe Europese overnamerichtlijn ze nog niet onmogelijk maken.

Volgende week weten we wie het pleit haalt bij de strijd om Ubizen. Een kern van aandeelhouders hanteert gifpillen en andere vennootschapsrechtelijke beschermingstechnieken om Ubizen in te palmen. Een achterhoedegevecht? De Europese ministerraad zal waarschijnlijk nog deze maand een overnamerichtlijn goedkeuren, die beschermingstechnieken moeilijker maakt. Volgens Paul Van Hooghten, corporate and M&A-advocaat van Linklaters De Bandt (dat ook Ubizen adviseert), moet de soep niet zo heet gegeten worden. De gewezen managing partner van de New Yorkse vestiging van het vroegere De Bandt wijst erop dat er twee systemen mogelijk blijven.

PAUL VAN HOOGHTEN (LINKLATERS DE BANDT). “De Europese overnamerichtlijn streeft in de artikels 9 en 11 naar het opheffen van beschermingsmaatregelen bij een overname van een beursgenoteerd bedrijf. Lidstaten kunnen echter opteren om die regels niet in een wet om te zetten.”

VAN HOOGHTEN. “Neen, de lidstaat moet gewoon de mogelijkheid bieden dat genoteerde ondernemingen de bepalingen van de richtlijn op hen van toepassing maken (de opt-in-clausule). Wanneer ondernemingen hiervan gebruikmaken, genieten ze van twee bijkomende beschermingsmaatregelen: ze kunnen er altijd op terugkomen én ze kunnen bepalen dat er wel beschermingsconstructies worden opgetrokken bij een bod door een vennootschap waarvan de maatschappelijke zetel gevestigd is in een land dat de artikelen 9 en 11 van de overnamewetgeving niet toepast.”

Die ‘reciprocity clausule’ kreeg veel kritiek, omdat ze gericht zou zijn tegen Amerikaanse ondernemingen.

VAN HOOGHTEN. “Dat heeft meegespeeld, zeker in Duitsland. Amerikaanse bedrijven zijn soms niet over te nemen, maar kunnen wel zelf agressieve raiders zijn. Wanneer men een level playing field wenst te creëren, lijkt me dit – ook voor overnames binnen de Europese Unie – onrechtvaardig.”

Vooral in Groot-Brittannië klinkt kritiek op de richtlijn. Wat zeggen uw Londense collega’s binnen Linklaters?

VAN HOOGHTEN. “Ze vinden het een onaanvaardbaar compromis, dat bovendien het euroscepticisme voedt. Hun Angelsaksische regels zijn immers zaligmakend en een absolute garantie voor een correcte waardering van ondernemingen. Het hoeft geen betoog dat ondernemingen die gifpillen toelaten, dat zullen voelen in de prijs van hun aandeel. Op termijn zullen de meeste ondernemingen onder druk van institutionele beleggers de constructies afbouwen.”

Moet België inspelen op de Angelsaksische trend? Of moeten we de mogelijkheid van beschermingsconstructies laten bestaan?

VAN HOOGHTEN. “Op lange termijn zijn beschermingsconstructies onhoudbaar, maar toch lijkt het me beter om geen systeem op te dringen. Laat de onderneming beslissen. Voor een familiebedrijf op zoek naar kapitaal kan de beurs geschikt zijn, maar het verbod van een zekere bescherming zou het beslissingsproces voor de beursgang waarschijnlijk negatief beïnvloeden.”

H.B.

Ondernemingen die gifpillen toelaten, zullen dat voelen in de prijs van hun aandeel.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content