HENRI MONTOIS

Toen hij twintig was, leverde hij al kritiek op Victor Horta. In 1967 zorgde hij voor opschudding met zijn plannen voor het eerste torengebouw van Brussel: het Hilton-hotel. En ook vandaag – op 78-jarige leeftijd – blijft architect Henri Montois verbazen. Een portret van een overtuigd modernist.

Achtenzeventig jaar is hij inmiddels. Maar zijn enthousiasme is hij nog niet verloren: Henri Montois, een architect die wellicht nog het best kan worden omschreven met de woorden ‘overtuigd modernist’.

Nauwelijks twintig jaar oud leverde Montois al openlijk kritiek op de werken van Victor Horta. De jeugd van de man werd dan ook overheerst door revolutionaire ideeën die totaal in strijd waren met het academisme van de vorige eeuw: Bauhaus zegevierde en Le Corbusier leidde de weg naar een architectuur met eenvoudige volumes die beantwoordden aan de nieuwe urbanistische concepten. Montois, opgegroeid in een artistieke omgeving, zou heel snel de deugden van het modernisme ontdekken en die waarden ook tijdens zijn hele loopbaan trouw blijven.

De eerste toren van Brussel

Diep overtuigd van de sociale opdracht van de architect gebruikt Henri Montois zijn kunst om uiting te geven aan zijn innerlijke overtuigingen. Zijn akte van geloof in het modernisme vertaalt zich in een architectuur die wordt gekenmerkt door ritme, expressie van materie en ruimte, visibiliteit van de structuren, en steunt op het rationalisme, de eenvoud en de functionaliteit.

“Elk ontwerp heeft een grote draagwijdte,” vertelt hij. “Het heeft een invloed op de omgeving, het urbanisme en het sociaal leven. Elke realisatie is een weerspiegeling van de maatschappij waarin ze wordt gecreëerd.”

Montois’ eerste succes

dateert van de Wereldtentoonstelling van 1958. Toen haalde hij, samen met een architectenvereniging, de eerste prijs voor de bouw van het Transportpaviljoen. Het werd een soort schip, zeventig meter lang, overdekt met een aluminiumstructuur die de vleugel van een vliegtuig uitbeeldde. Het werk werd bekroond met de befaamde Reynoldsprijs van het American Institute of Architects.

“Die erkenning maakte me niet alleen fier, maar gaf me vooral een stimulans om voort te doen,” herinnert hij zich. In 1960 werd Montois aangesproken door Solvay, dat hem de bouw van zijn researchcentrum in Neder-over-Heembeek toevertrouwde. Ook vandaag nog is hij dankbaar omdat hij carte blanche kreeg voor die opdracht: uiteindelijk kwam er een gebouw van 40.000 vierkante meter dat een bijzonder karakter uitstraalt door de betonnen “harp” die de moderniteit van het architecturaal gebaar uitstraalt. Het hek, 130 meter lang en 25 meter hoog, zonder zichtbaar steunpunt, was in die tijd een technische revolutie. En Montois zou nog voor meer revoluties zorgen.

Zoals in 1967, toen hij de plannen tekende voor het eerste torengebouw in Brussel: het Hilton Hotel. “Vandaag krijgen torengebouwen alleen maar slechte kritiek, maar toen ze werden gebouwd, gebeurde dat in een klimaat van euforie en verheerlijking,” beklemtoont Montois.

Ziekenhuizen in Afrika, een moskee in Koeweit

Voortgaande op zijn referenties in de hotelbouw en het Solvay-researchcentrum, gaf de Université Catholique de Louvain (UCL) hem een opdracht voor de bouw van een ziekenhuis in Woluwe. Later mocht Montois ook de campus van de universiteit (50 hectare) ontwerpen. “Het was een grootschalige opdracht. We breidden het personeelsbestand van ons kantoor uit tot dertig werknemers. Dat was een moeilijke fase. Wij moesten opeens rekening houden met de menselijke factor, een volledige ploeg leiden en coördineren.”

Geleidelijk werd Montois ook verantwoordelijk voor ziekenhuisprojecten: de Citadelle in Luik (1000 bedden), de klinieken van Gosselies en Schaarbeek, en in 1997 de bouw van de nieuwe ingang van het Erasmus-ziekenhuis in Brussel. Ook buiten de landsgrenzen mocht de architect trouwens ziekenhuizen bouwen: een kliniek in Yaoundé (Kameroen), en niet zo lang geleden ook in Portugal en Istanbul.

Henri Montois is een globetrotter. In Afrika schreef hij talrijke wedstrijden op zijn naam. Maar echt verliefd werd hij op het Midden-Oosten. Hij hield in Koeweit zelfs acht jaar lang een kantoor open, en mocht er in 1980 de Shaikh Nasser Al-Sabbah-moskee bouwen.

Vandaag richt het architectenkantoor van Montois zich weer meer op Europa, vooral op het zuiden (Portugal) en het oosten. Zopas nog kreeg het van een Duitse bank de opdracht om zijn kantoorgebouw in het centrum van Boedapest te renoveren. Maar ook Afrika werd niet vergeten: Montois mocht het hotel Memling in Kinshasa in een nieuw kleedje stoppen.

In België werden de jongste jaren nieuwe projecten gerealiseerd voor de UCL. En in navolging van AG en Bernheim, voor wie het Montois-kantoor in 1976 de Blauwe Toren mocht tekenen en in 1997 renoveren, kwamen heel wat klanten terug…

Op zoek naar een evenwicht

Toch was het niet altijd rozengeur en maneschijn voor Henri Montois. Zijn modernistische visie kreeg in ons land ook heel wat kritiek. Zijn antwoord was een soepeler, meer gediversifieerde architectuur die materiaal en kleuren mengde en een ruimere plaats gaf aan de integratie in de omgeving. De traditionele materialen kregen opnieuw een plaats in de projecten die een meer klassiek vocabularium gebruikten. Henri Montois bereikte het subtiele evenwicht tussen modernisme en classicisme. Montois: “Men moet het verleden in zich opnemen, er zich bewust van zijn. Maar men mag er zich niet door laten overheersen. Uiteindelijk moet in het heden naar de bronnen van de creatie worden gezocht.”

Het mooiste voorbeeld

van dit concept is zonder twijfel de renovatie van de maatschappelijke zetel van Indosuez, aan de voet van de Sint-Michielskathedraal. De herconditionering van de 130 meter lange gevel, de herwaardering van de buurt rond het gebouw, de monumentale structuur van het atrium en de verfijning van het geheel geven een duidelijk beeld van een volmaakte architecturale beheersing.

De voorbije vijf jaar zagen talrijke renovatieprogramma’s het levenslicht, samen goed voor een totaalbedrag van 5 miljard frank. Als voorbeeld vermelden we het Swiss Life-gebouw (Wetstraat), het Karel de Grote-gebouw en Regent 44. Binnenkort komt daar nog de Lottotoren bij. Henri Montois staat eveneens in voor de constructie van prestigieuze gebouwen zoals de zetel van CFE in Oudergem of Citibank (Generaal Jacqueslaan). Dit project past in de ontwikkeling van de wijk “La Plaine” (Elsene), die wordt gecoördineerd door het Montois-kantoor. Ten slotte maakt Montois deel uit van het team van bureaus dat de nieuwe luchthaven moet ontwerpen.

Henri Montois is een groot kunstliefhebber. Hij vraagt geregeld aan befaamde kunstenaars om mee te werken aan projecten. Zo werden in verscheidene recente verwezenlijkingen beeldhouwwerken van Pol Bury geïntegreerd.

Kan men zeggen dat Montois, na vijftig jaar actief te zijn geweest en meer dan 2 miljoen vierkante meter te hebben gebouwd, meer voelt voor één bepaalde verwezenlijking? Niet echt. Zelfs indien de kunstenaar bepaalde mijlpalen in zijn loopbaan aanhaalt, vergt elk project een belangrijke persoonlijke investering, “waarvoor men zijn hart uit zijn lijf moet spugen”.

Véronique Pirson

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content