Handdoek in de ring?

Of Santens, de West-Vlaamse producent van badlinnen, blijft voortbestaan wordt voor de rechtbank uitgevochten. In april keurt het hof van beroep de overname door de Franse textielgroep Descamps goed of af. Intussen draaien de weverijen door. Een blik op een bedreigd productieproces.

Tonnen bobijnen (1)

Jaarlijks wordt er 4300 ton katoenen en bamboe garen uit Europa, het Midden-Oosten en Azië geleverd. De bobijnen hebben allemaal een ecru-kleur. Omdat katoen veel vocht kan opnemen, is het de ideale grondstof voor badstof. Het duurdere bamboe dat onder patent in Europa alleen door Santens verwerkt wordt, voelt luxueuzer en zachter aan. Meestal wordt er pas geverfd na het weven. Alleen voor jacquardbadlinnen waar complexe tekeningen in voorkomen, worden de garen voor het weven gekleurd in een verfbad.

Van warpboom naar weefboom (2)

Een klassieke tapijtenweverij kan meteen met deze garen aan de slag. Maar om badstof te weven, moeten er eerst voorbereidingen getroffen worden. Honderden bobijnen worden op een rek geplaatst om draadje per draadje naast elkaar op een zogenaamde warpboom gewikkeld te worden. De garen worden verstevigd door een stof aan te brengen zodat de draad de spanning en wrijving op de weefmachine aankan. Daarna worden de draden op een weefboom gerold. Zo wordt het juiste aantal draden (minimaal 1800) geleverd voor de weefmachines van Santens.

Non-stop weven (3)

Bijna tachtig weefmachines produceren de klok rond badstof. Elke dag wordt er vijftig ton badstofweefsel vervaardigd, zowel badstof per lopende meter (voor de productie van badjassen) als badhanddoeken. Elke weefmachine wordt gevoed door duizenden draadjes van twee weefbomen. Samen maken ze een basisweefsel met daarop kleine lusjes die de zachtheid en het absorptievermogen bepalen. De geweven badstof, die nu nog ruw aanvoelt, wordt op grote rollen gewikkeld.

Eerst bleken (4)

De geweven stof kan niet meteen in het verfbad. Ze moet eerst gebleekt worden in een wasstraat. Met een snelheid van 35 meter per minuut wordt het verstevigingsmiddel uitgewassen, de stof tot witte badstof gebleekt met waterstofperoxide, uitgewassen, gedroogd en opgerold. In de honderd meter lange bleekstraat legt het doek een kronkelweg van wel 1500 meter af.

Verven en knippen (5)

De stof is klaar om in eender welke kleur geverfd te worden op de verflijn, die ongeveer 45 meter lang is. Eerst wordt de kleurstof aangebracht, vervolgens de hulpstoffen waardoor de kleurstof goed fixeert in de stoomkast. Daarna wordt de geverfde doek verzacht met een papje. Volgende stap is het machinaal snijden van de lappen, eerst in de lengte, dan in de breedte.

Manueel genaaid (6)

Een rol gekleurde badstof van maximaal een meter in diameter weegt tot 500 kilo. Voor de badjassen wordt deze rol in lappen van 2,20 x 10 meter gesneden. Aan een montagelijn met 22 werkposten worden de verschillende panden van de badjas manueel aan elkaar genaaid en afgewerkt. Na elke stap roetsjen ze verder naar de volgende naaister.

Schudden voor gebruik (7)

Na de eindcontrole schuiven de badjassen aan voor de uitschudmachine, die veel weg heeft van een strandcabine. Hij blaast en schudt alle pluisjes en draadjes van het afgewerkte product af. Dan zijn ze klaar voor opslag per kleur en maat op een van de drie verdiepingen, waar plaats is voor 150.000 stuks. Het vouwen van de handdoeken gaat automatisch, maar de badjassen worden manueel gevouwen.

TEKST: HANS HERMANS – FOTO’S: CHRISTOPHE LEPETIT

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content